Return to Video

Poëzie die de ziel bevrijdt

  • 0:03 - 0:11
    Om dichter te zijn moet je
    een keer door hel zijn gegaan.
  • 0:12 - 0:18
    Mijn eerste keer in de gevangenis
    keek ik nergens van op.
  • 0:18 - 0:24
    Niet van het geluid van de sloten,
    de deuren die dichtgingen, niet de tralies
  • 0:24 - 0:28
    of wat dan ook van wat ik
    me ervan had voorgesteld.
  • 0:28 - 0:33
    Misschien omdat de gevangenis
    zich op een vrij open plek bevindt.
  • 0:33 - 0:35
    Je kunt de lucht zien.
  • 0:35 - 0:39
    Meeuwen vliegen voorbij en het voelt net
    alsof je dichtbij zee bent.
  • 0:39 - 0:42
    Alsof je dichtbij het strand bent.
  • 0:42 - 0:48
    Maar in werkelijkheid komen de meeuwen
    voor de vuilnisbelt vlakbij de gevangenis.
  • 0:49 - 0:56
    Ik liep verder naar binnen en ineens zag
    ik gevangenen heen en weer lopen.
  • 0:56 - 1:00
    Het was alsof ik een stap terug deed
    en ik dacht bij mezelf
  • 1:00 - 1:04
    dat ik best een van hen had kunnen zijn.
  • 1:04 - 1:10
    Met een andere achtergrond,
    ander context, ander geluk.
  • 1:10 - 1:17
    Want niemand, maar dan ook niemand
    kan kiezen waar hij of zij geboren wordt.
  • 1:18 - 1:22
    In 2009 werd ik uitgenodigd
    om mee te doen aan een project
  • 1:22 - 1:28
    in Unidad 48, dat onderdeel is van
    de Nationale Universiteit van San Martín.
  • 1:28 - 1:31
    Het ging om het geven
    van een schrijfworkshop.
  • 1:31 - 1:38
    De penitentiaire dienst stelde een
    deel van de gevangenis ter beschikking
  • 1:38 - 1:43
    en daar bouwde men
    het universitair centrum.
  • 1:44 - 1:46
    Tijdens mijn eerste ontmoeting
    met de gevangenen
  • 1:46 - 1:50
    vroeg ik hen waarom ze graag een
    schrijfworkshop wilden doen.
  • 1:50 - 1:53
    Ze zeiden dat ze graag op
    papier zouden willen zetten
  • 1:53 - 1:58
    wat ze niet kunnen
    zeggen en doen.
  • 1:59 - 2:04
    Op dat moment besloot ik om poëzie
    te introduceren in de gevangenis.
  • 2:05 - 2:09
    Dus ik stelde voor om met poëzie te gaan
    werken en ik vroeg
  • 2:09 - 2:12
    of iemand wist wat poëzie betekent.
  • 2:12 - 2:16
    Niemand wist eigenlijk
    wat poëzie nou echt was.
  • 2:17 - 2:22
    Daarnaast stelden ze voor om
    de workshop niet alleen te geven
  • 2:22 - 2:25
    aan gevangenen die
    universitaire lessen volgen
  • 2:25 - 2:28
    maar aan alle gevangenen.
  • 2:28 - 2:32
    Ik zei: om de workshop te beginnen
  • 2:32 - 2:36
    heb ik een hulpmiddel nodig
    waarover wij allemaal beschikken.
  • 2:36 - 2:38
    Dat hulpmiddel is taal.
  • 2:39 - 2:44
    Dus we hadden taal en we hadden een
    workshop. We konden poëzie maken.
  • 2:45 - 2:51
    Maar ik stond niet stil bij de
    ongelijkheid die er is in de gevangenis.
  • 2:51 - 2:56
    Velen van hen hebben de
    basisschool niet eens afgemaakt.
  • 2:56 - 3:01
    Velen konden alleen
    blokletters lezen.
  • 3:03 - 3:07
    Ook schreven ze niet vloeiend genoeg.
  • 3:07 - 3:14
    Dus begonnen we hele korte
    maar krachtige gedichten te zoeken.
  • 3:14 - 3:18
    En we begonnen te lezen
    en we lazen auteur na auteur
  • 3:18 - 3:24
    en door dat lezen van korte gedichten
    begonnen ze door te krijgen
  • 3:24 - 3:27
    dat de poëtische taal
  • 3:27 - 3:30
    een bepaalde logica afbreekt
    en een ander systeem aanmaakt.
  • 3:30 - 3:34
    Bij het breken van de logica van taal
    breek je ook de logica van het systeem
  • 3:34 - 3:38
    waarop zij gewend zijn te reageren.
  • 3:38 - 3:43
    Dus ontstond er een nieuw systeem,
    een aantal nieuwe regels
  • 3:43 - 3:49
    waardoor zij supersnel begrepen
  • 3:49 - 3:56
    dat zij door middel van gedichten
    precies kunnen zeggen wat ze willen.
  • 3:59 - 4:05
    "Om dichter te zijn moet je
    een keer door hel zijn gegaan."
  • 4:05 - 4:10
    En zij hebben genoeg hel.
    Genoeg hel.
  • 4:10 - 4:14
    Één keer vertelde een van hen:
    "In de gevangenis slaap je nooit."
  • 4:14 - 4:20
    Je kunt nooit slapen in de gevangenis.
    Je kunt nooit je ogen sluiten.
  • 4:20 - 4:25
    Dus gaf ik ze, zoals ik nu ook doe,
  • 4:25 - 4:31
    een moment stilte en ik zei:
    jongens, dat is poëzie.
  • 4:31 - 4:37
    Poëzie is in dit gevangenisleven,
    het is overal om jullie heen.
  • 4:37 - 4:40
    Dit alles, dat jullie nooit slapen.
  • 4:40 - 4:47
    Dit straalt angst uit. Alles wat niet
    wordt opgeschreven, dat is poëzie.
  • 4:47 - 4:52
    Dus we begonnen die hel te gebruiken.
  • 4:52 - 4:55
    We sprongen meteen in het diepe.
    In de zevende cirkel van de hel.
  • 4:55 - 4:59
    En in deze zevende cirkel van
    onze geliefde hel
  • 4:59 - 5:03
    leerden ze dat muren
    onzichtbaar konden zijn,
  • 5:03 - 5:06
    dat ze ramen konden laten schreeuwen
  • 5:06 - 5:10
    en dat we ons konden
    verstoppen in de schaduw.
  • 5:11 - 5:16
    Aan het eind van het eerste jaar
    van de workshop
  • 5:16 - 5:18
    hebben we een klein
    eindejaarsfeest gegeven
  • 5:18 - 5:21
    zoals men dat doet wanneer
    er iets met zoveel liefde wordt gedaan.
  • 5:21 - 5:24
    Je wil het vieren met een feestje.
  • 5:24 - 5:29
    We nodigden familieleden, vrienden
    en autoriteiten van de universiteit uit.
  • 5:29 - 5:33
    De gevangenen hoefden alleen maar
    een gedicht op te lezen
  • 5:33 - 5:38
    en hun diploma en applaus in
    ontvangst nemen en dat was ons feestje.
  • 5:40 - 5:46
    Het enige wat ik aan jullie
    duidelijk wil maken,
  • 5:46 - 5:51
    is het moment dat deze mannen,
  • 5:51 - 5:53
    soms enorm groot vergeleken met mij,
  • 5:53 - 5:59
    of jongeren, maar met een enorme trots,
  • 5:59 - 6:05
    hun papier trillend
    en zwetend vasthielden
  • 6:05 - 6:11
    en hun gedicht met trillende stem oplazen.
  • 6:12 - 6:17
    Op dit moment bedacht ik me
  • 6:17 - 6:21
    dat dit waarschijnlijk voor velen van hen
  • 6:21 - 6:27
    de eerste keer was dat er geklapt werd
    voor iets dat zij hadden bereikt.
  • 6:29 - 6:32
    In de gevangenis zijn er dingen
    die je niet kunt doen.
  • 6:32 - 6:36
    In de gevangenis kun je niet dromen,
    in de gevangenis kun je niet huilen.
  • 6:36 - 6:42
    Sommigen woorden zijn gewoon verboden,
    zoals het woord "tijd",
  • 6:42 - 6:47
    het woord "toekomst" en het woord "wens".
  • 6:47 - 6:52
    Maar wij durfden het aan om te dromen
    en om groot te dromen,
  • 6:52 - 6:57
    want we hadden besloten
    om een boek te gaan schrijven.
  • 6:57 - 7:01
    Ze schreven niet alleen een boek,
    maar bonden het ook zelf in.
  • 7:01 - 7:04
    Dit was eind 2010.
  • 7:04 - 7:07
    We schreven een tweede boek.
  • 7:07 - 7:10
    En we bonden dit tweede boek in.
  • 7:10 - 7:14
    Dit was pas geleden,
    eind vorig jaar.
  • 7:16 - 7:22
    Wat ik elke week weer zie
    is hoe ze veranderen
  • 7:22 - 7:27
    in een ander persoon.
    Hoe ze zich transformeren.
  • 7:27 - 7:31
    Hoe het woord hen zelfrespect geeft
    dat ze eerst niet kenden,
  • 7:31 - 7:33
    dat ze zich niet voor konden stellen.
  • 7:33 - 7:39
    Ze wisten niet dat dit gevoel bestond
    en dat het van hen zou kunnen komen.
  • 7:39 - 7:43
    Tijdens de workshop, in onze geliefde hel,
  • 7:43 - 7:46
    geven we allemaal iets.
  • 7:46 - 7:48
    We openen onze handen en ons hart
  • 7:48 - 7:51
    en geven wat we hebben en wat we kunnen.
  • 7:51 - 7:53
    Iedereen doet dit.
  • 7:53 - 7:57
    Op deze manier voelt iemand
    dat hij een heel klein beetje
  • 7:57 - 8:02
    die enorme sociale scheur aan het
    repareren is die er voor zorgt
  • 8:02 - 8:10
    dat voor velen zoals zij de gevangenis
    de enige eindbestemming is.
  • 8:12 - 8:17
    Ik herinner me een vers
    van een groot dichter,
  • 8:17 - 8:25
    van Unidad 48 van onze workshop:
    Nicolás Dorado.
  • 8:28 - 8:35
    "Ik heb een oneindig stuk draad nodig
    om deze schade te kunnen naaien".
  • 8:35 - 8:41
    Dit doet poëzie.
    Ze naait een wond van uitsluiting.
  • 8:41 - 8:46
    Ze opent deuren.
    Poëzie maakt een spiegel.
  • 8:46 - 8:49
    Die spiegel is het gedicht.
  • 8:49 - 8:54
    Ze herkennen zichzelf,
    ze bekijken het gedicht
  • 8:54 - 8:59
    en schrijven wat ze zijn...
    en zijn wat ze schrijven.
  • 8:59 - 9:05
    Om te kunnen schrijven moeten zij zich
    het moment van het schrijven toe-eigenen,
  • 9:05 - 9:08
    dat uitzonderlijke moment van vrijheid.
  • 9:08 - 9:12
    Ze moeten in hun hoofd
    op zoek naar dat stukje vrijheid
  • 9:12 - 9:16
    dat niemand ze kan ontnemen
    wanneer zij schrijven.
  • 9:16 - 9:20
    Het is ook goed om te bewijzen
    dat vrijheid mogelijk is,
  • 9:20 - 9:25
    ook al zitten we in de gevangenis
    en bestaan de enige tralies die we hebben
  • 9:25 - 9:31
    op deze mooie plek,
    uit het woord 'tralies'.
  • 9:31 - 9:34
    In onze hel branden we van geluk
  • 9:34 - 9:38
    wanneer het lont van het woord
    wordt aangestoken.
  • 9:38 - 9:41
    (Applaus)
  • 10:05 - 10:11
    Ik heb jullie verteld over de gevangenis,
    over wat ik elke week meemaak
  • 10:11 - 10:16
    en waar ik van geniet
    en dat ik samen met hun verander.
  • 10:16 - 10:21
    Maar ik zou willen dat jullie
    zouden kunnen voelen en meemaken,
  • 10:21 - 10:25
    ook al is het maar voor een paar seconden,
  • 10:25 - 10:30
    waar ik elke week van geniet
    en wat me maakt me wie ik ben.
  • 10:32 - 10:35
    (Applaus)
  • 10:41 - 10:45
    "Het hart kauwt de tranen van tijd,
  • 10:45 - 10:48
    verblind door dat licht.
  • 10:48 - 10:52
    Het verbergt de snelheid van het bestaan
  • 10:52 - 10:53
    waar beelden varen.
  • 10:53 - 10:57
    Het vecht, het laat niet los.
  • 10:57 - 11:01
    Het hart breekt door trieste blikken.
  • 11:01 - 11:03
    Het rijdt op een vuurspuwende storm
  • 11:03 - 11:07
    en recht de schouders
    die zijn gebogen door schaamte,
  • 11:07 - 11:11
    wetend dat het niet alleen draait
    om lezen en doorgaan
  • 11:11 - 11:14
    maar ook om de wens
    het oneindige blauw te zien.
  • 11:14 - 11:18
    Het hart gaat zitten
    om over dingen na te denken,
  • 11:18 - 11:21
    vecht tegen een alledaags bestaan.
  • 11:21 - 11:24
    Trachtend lief te hebben zonder pijn,
  • 11:24 - 11:28
    ademt het zon en spreekt zichzelf moed in.
  • 11:28 - 11:32
    Het geeft zichzelf over
    op weg naar de rede.
  • 11:32 - 11:35
    Het hart vecht tussen moerassen,
  • 11:35 - 11:39
    staat op de rand van de onderwereld.
  • 11:39 - 11:43
    Het valt uitgeput neer, maar zal niet
    kiezen voor de makkelijke weg.
  • 11:43 - 11:47
    Terwijl onregelmatige stappen
    uit dronkenschap ontwaken,
  • 11:47 - 11:49
    ontwaakt de stilte."
  • 11:49 - 11:51
    Ik ben Martín Bustamante.
  • 11:51 - 11:55
    Ik zit gevangen
    in Unidad 48 van San Martín.
  • 11:55 - 11:58
    Vandaag ben ik op tijdelijk verlof.
  • 11:58 - 12:00
    Poëzie en literatuur
  • 12:00 - 12:02
    hebben mijn leven veranderd.
  • 12:02 - 12:03
    Dank jullie wel!
  • 12:03 - 12:04
    CD: Dank jullie wel!
  • 12:04 - 12:06
    (Applaus)
Title:
Poëzie die de ziel bevrijdt
Speaker:
Cristina Domenech
Description:

"Om dichter te zijn moet je een keer door hel zijn gegaan". Cristina Domenech geeft schrijfworkshops in een Argentijnse gevangenis en vertelt het ontroerende verhaal over het helpen van gevangenen om zichzelf uit te drukken, om zichzelf te begrijpen... en om de vrijheid van het woord te vieren. Let vooral op het intense gedicht van een van haar leerlingen, een gevangene, voor een publiek van 10.000 mensen.

more » « less
Video Language:
Spanish
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
12:37
Axel Saffran edited Dutch subtitles for Cristina Domenech
Axel Saffran edited Dutch subtitles for Cristina Domenech
Axel Saffran edited Dutch subtitles for Cristina Domenech
Axel Saffran approved Dutch subtitles for Cristina Domenech
Orlando Mendez edited Dutch subtitles for Cristina Domenech
Orlando Mendez edited Dutch subtitles for Cristina Domenech
Orlando Mendez accepted Dutch subtitles for Cristina Domenech
Orlando Mendez edited Dutch subtitles for Cristina Domenech
Show all

Dutch subtitles

Revisions