Return to Video

Heb geen medelijden met vluchtelingen, heb vertrouwen in ze

  • 0:01 - 0:05
    Ik weet nog dat ik hoorde
    dat ik een TED Talk mocht doen.
  • 0:05 - 0:08
    Ik rende naar een van mijn lokalen
    om het mijn studenten te vertellen.
  • 0:09 - 0:11
    "Moet je horen, jongens!
    Ik ben gevraagd voor een TED Talk."
  • 0:12 - 0:14
    De reactie was nogal raar.
  • 0:14 - 0:15
    Iedereen was stil.
  • 0:17 - 0:20
    "Een TED Talk?
    Zoals die over vastberadenheid?
  • 0:20 - 0:23
    Of die met die wetenschapper
    met de coole robots?"
  • 0:23 - 0:24
    vroeg Mohammed.
  • 0:24 - 0:26
    "Ja, zo eentje."
  • 0:27 - 0:30
    "Maar coach, die mensen
    zijn heel belangrijk en slim."
  • 0:30 - 0:32
    (Gelach)
  • 0:32 - 0:34
    "Ja, dat weet ik."
  • 0:35 - 0:39
    "Maar coach, waarom zou je dat doen?
    Je haat spreken in het openbaar."
  • 0:39 - 0:41
    "Dat klopt", gaf ik toe.
  • 0:42 - 0:46
    "Maar het is belangrijk te vertellen
    over ons, over jullie leven,
  • 0:46 - 0:47
    over mijn leven.
  • 0:47 - 0:48
    Mensen moeten dat weten."
  • 0:49 - 0:52
    De leerlingen van mijn vluchtelingenschool
  • 0:52 - 0:54
    besloten ten slotte
    om me wat moed in te spreken:
  • 0:54 - 0:56
    "Cool! Zorg dat het vet is, coach."
  • 0:56 - 0:58
    (Gelach)
  • 0:59 - 1:03
    Er zijn 65,3 miljoen mensen
    die met geweld uit hun huis zijn verjaagd
  • 1:03 - 1:05
    als gevolg van oorlog of vervolging.
  • 1:06 - 1:09
    Het grootste aantal,
    11 miljoen, komt uit Syrië.
  • 1:10 - 1:14
    Er vluchten iedere dag 33.952 mensen.
  • 1:17 - 1:20
    De meeste van hen
    verblijven in vluchtelingenkampen,
  • 1:20 - 1:24
    in omstandigheden
    die verre van humaan zijn.
  • 1:25 - 1:29
    Wij dragen bij aan het verval van mensen.
  • 1:33 - 1:35
    Nooit eerder waren het er zo veel.
  • 1:35 - 1:38
    Het hoogste aantal vluchtelingen
    sinds de Tweede Wereldoorlog.
  • 1:38 - 1:41
    Ik zal uitleggen waarom
    dit zo belangrijk voor me is.
  • 1:42 - 1:45
    Ik ben Arabisch. Ik ben immigrant.
  • 1:46 - 1:47
    Ik ben moslima.
  • 1:48 - 1:51
    En ik heb de afgelopen 12 jaar
    met vluchtelingen gewerkt.
  • 1:52 - 1:53
    Oh ja, ik ben ook lesbisch.
  • 1:53 - 1:55
    Dat maakt me erg populair tegenwoordig.
  • 1:55 - 1:57
    (Gelach)
  • 1:57 - 1:59
    Maar ik ben de dochter
    van een vluchteling.
  • 2:00 - 2:04
    Mijn oma vluchtte uit Syrië in 1964,
    tijdens het eerste regime van Assad.
  • 2:05 - 2:08
    Ze was drie maanden zwanger
    toen ze haar koffers pakte,
  • 2:08 - 2:11
    haar vijf kinderen in de auto zette
    en naar buurland Jordanië reed,
  • 2:11 - 2:14
    zonder idee over hoe het met haar
    en haar gezin zou aflopen.
  • 2:14 - 2:18
    Mijn opa besloot achter te blijven,
    hij geloofde niet dat het zo erg was.
  • 2:19 - 2:22
    Hij kwam haar een maand later achterna,
    nadat zijn broers waren gemarteld
  • 2:22 - 2:24
    en zijn fabriek was ingepikt
    door de overheid.
  • 2:25 - 2:27
    Ze bouwden hun levens weer op
  • 2:27 - 2:31
    en werden uiteindelijk zelfstandige,
    welvarende Jordaanse burgers.
  • 2:32 - 2:34
    Ik werd 11 jaar later in Jordanië geboren.
  • 2:35 - 2:39
    Mijn oma vond het heel belangrijk
    dat we wisten over ons verleden
  • 2:39 - 2:40
    en onze migratie.
  • 2:41 - 2:44
    Toen ik acht was nam ze me mee
    naar een vluchtelingenkamp.
  • 2:45 - 2:46
    Ik begreep niet waarom.
  • 2:47 - 2:50
    Ik snapte niet waarom
    we daar zo nodig naar toe moesten.
  • 2:50 - 2:53
    Ik weet nog hoe ik
    dat kamp binnenliep, aan haar hand,
  • 2:53 - 2:55
    en dat ze me zei
    met de kinderen te spelen,
  • 2:55 - 2:58
    terwijl zij langsging
    bij de vrouwen in het kamp.
  • 2:59 - 3:00
    Ik had er geen zin in.
  • 3:00 - 3:03
    Die kinderen waren anders:
    arm, ze woonden in een kamp.
  • 3:03 - 3:04
    Ik weigerde.
  • 3:04 - 3:07
    Ze hurkte en zei streng:
    "Je gaat naar ze toe.
  • 3:07 - 3:10
    En je komt pas terug
    als je met ze hebt gespeeld.
  • 3:10 - 3:12
    Denk nooit dat mensen minder zijn dan jij
  • 3:12 - 3:14
    of dat je niets te leren hebt
    van een ander."
  • 3:15 - 3:16
    Ik ging met tegenzin.
  • 3:16 - 3:18
    Ik wilde mijn oma nooit teleurstellen.
  • 3:19 - 3:25
    Na een paar uur voetballen
    met de kinderen in het kamp ging ik terug.
  • 3:26 - 3:27
    We verlieten het kamp
  • 3:27 - 3:30
    en ik vertelde enthousiast
    hoe leuk het was geweest
  • 3:30 - 3:32
    en hoe geweldig de kinderen waren.
  • 3:33 - 3:36
    "Haram!" zei ik in het Arabisch.
    "Arme kinderen."
  • 3:37 - 3:40
    "Haram aan ons", zei ze,
    in de andere betekenis van het woord:
  • 3:40 - 3:41
    dat wij zondigden.
  • 3:42 - 3:45
    "Heb geen medelijden met ze,
    heb vertrouwen in ze."
  • 3:46 - 3:50
    Pas toen ik mijn geboorteland
    verruilde voor Amerika,
  • 3:50 - 3:52
    begreep ik de impact van haar woorden.
  • 3:53 - 3:55
    Nadat ik was afgestudeerd,
  • 3:55 - 3:59
    kreeg ik hier politiek asiel
    als lid van een bepaalde sociale groep.
  • 4:00 - 4:01
    Misschien weet niet iedereen dit,
  • 4:01 - 4:05
    maar er zijn landen waar je nog steeds
    de doodstraf krijgt als je homo bent.
  • 4:07 - 4:09
    Ik moest de Jordaanse
    nationaliteit opgeven.
  • 4:09 - 4:12
    De moeilijkste beslissing van mijn leven,
    maar ik had geen keus.
  • 4:17 - 4:19
    Uiteindelijk,
  • 4:20 - 4:23
    als je moet kiezen
    tussen thuis en overleven,
  • 4:23 - 4:25
    wordt "Waar kom je vandaan?"
    een beladen vraag.
  • 4:27 - 4:30
    Een Syrische vrouw die ik ontmoette
    in een Grieks vluchtelingenkamp
  • 4:30 - 4:34
    vertelde me over het moment
    dat ze wist dat ze uit Aleppo weg moest.
  • 4:35 - 4:37
    "Ik keek naar buiten, er was niets meer.
  • 4:38 - 4:39
    Alleen nog puin.
  • 4:40 - 4:43
    Geen winkels, geen straten,
    geen scholen; alles was weg.
  • 4:44 - 4:46
    Ik had maanden in mijn flat gezeten,
  • 4:46 - 4:49
    gehoord hoe de bommen vielen
    en gezien hoe mensen stierven.
  • 4:50 - 4:52
    En ik bleef denken
    dat het beter zou worden,
  • 4:53 - 4:55
    dat niemand mij kon verjagen,
  • 4:55 - 4:57
    niemand mijn huis van me af kon pakken.
  • 4:58 - 5:01
    Maar toen ik die ochtend naar buiten keek,
  • 5:01 - 5:04
    wist ik dat als we bleven,
    onze drie kinderen zouden sterven.
  • 5:04 - 5:06
    Dus we vertrokken.
  • 5:06 - 5:08
    We vertrokken omdat het moest,
    niet omdat we het wilden.
  • 5:09 - 5:10
    Er was geen keuze", zei ze.
  • 5:12 - 5:16
    Het is moeilijk om je ergens
    thuis te voelen als je geen huis hebt,
  • 5:16 - 5:20
    als je geboorteland je afwijst
    vanwege angst of onderdrukking
  • 5:20 - 5:24
    of de stad waarin je opgroeide
    totaal verwoest is.
  • 5:25 - 5:27
    Ik had het gevoel dat ik geen thuis had.
  • 5:27 - 5:29
    Ik was niet langer Jordaans,
  • 5:29 - 5:31
    maar ik was ook niet Amerikaans.
  • 5:32 - 5:33
    Ik voelde een eenzaamheid
  • 5:33 - 5:36
    die ik nog steeds
    niet goed kan omschrijven.
  • 5:37 - 5:40
    Na mijn studie moest ik
    echt op zoek naar een thuis.
  • 5:41 - 5:45
    Ik ging van staat naar staat en kwam
    uiteindelijk terecht in North Carolina.
  • 5:45 - 5:49
    Aardige mensen die met me te doen hadden
    boden aan te betalen voor mijn huur
  • 5:49 - 5:53
    of een maaltijd of voor kleren
    voor een sollicitatiegesprek.
  • 5:53 - 5:56
    Maar dat versterkte mijn gevoel
    van eenzaamheid en onmacht.
  • 5:56 - 5:58
    Pas toen ik Miss Sarah ontmoette,
  • 5:58 - 6:02
    een baptist uit het Zuiden die me werk gaf
    toen ik het dieptepunt had bereikt,
  • 6:02 - 6:04
    begon ik weer in mezelf te geloven.
  • 6:05 - 6:08
    Miss Sarah had een restaurant
    in de bergen van North Carolina.
  • 6:10 - 6:14
    Met mijn bevoorrechte opvoeding
    en prestigieuze universiteitsdiploma
  • 6:14 - 6:16
    zou ze me vast wel vragen als manager.
  • 6:16 - 6:17
    Maar nee.
  • 6:18 - 6:20
    Ik begon met afwassen,
  • 6:20 - 6:22
    wc's schoonmaken en hamburgers bakken.
  • 6:22 - 6:25
    De waarde van hard werken leren zien
    was een louterende ervaring.
  • 6:25 - 6:28
    En het belangrijkste: ik voelde me
    gewaardeerd en welkom.
  • 6:29 - 6:33
    Ik vierde Kerstmis met haar familie
    en zij deed met mij mee aan de ramadan.
  • 6:34 - 6:38
    Ik was best bang om uit de kast te komen,
    omdat ze zo'n conservatieve baptist was.
  • 6:39 - 6:41
    We zaten op de bank en ik zei:
  • 6:41 - 6:43
    "Je weet toch wel dat ik lesbisch ben?"
  • 6:43 - 6:45
    Haar reactie zal ik nooit vergeten.
  • 6:46 - 6:48
    "Geeft niks schat,
    maar wees nooit een slet."
  • 6:48 - 6:51
    (Gelach)
  • 6:51 - 6:54
    (Applaus)
  • 6:54 - 6:55
    Uiteindelijk --
  • 6:57 - 7:00
    Uiteindelijk ging ik naar Atlanta,
    nog steeds op zoek naar een thuis.
  • 7:00 - 7:03
    Drie jaar later kwam er
    een verrassende wending
  • 7:03 - 7:06
    toen ik ergens een paar
    vluchtelingenkinderen zag voetballen.
  • 7:06 - 7:09
    Ik liep verkeerd bij een flatgebouw
  • 7:09 - 7:11
    en ik zag die kinderen buiten voetballen.
  • 7:11 - 7:15
    Ze speelden op blote voeten met een
    aftandse voetbal en stenen als doel.
  • 7:16 - 7:19
    Ik keek een uurtje naar ze
    en begon me blij te voelen.
  • 7:19 - 7:21
    Ze herinnerden me aan thuis.
  • 7:21 - 7:24
    Ze herinnerden me
    aan hoe ik vroeger voetbalde
  • 7:24 - 7:26
    op straat in Jordanië,
    met mijn broers en neven.
  • 7:28 - 7:30
    Ik vroeg of ik mee mocht doen.
  • 7:30 - 7:33
    Eerst twijfelden ze,
  • 7:33 - 7:35
    want ze dachten dat meisjes
    niet kunnen voetballen.
  • 7:35 - 7:37
    Maar dat kon ik dus wel.
  • 7:37 - 7:41
    Ik vroeg of ze in een team zouden willen
    spelen en dat leek ze hartstikke leuk.
  • 7:42 - 7:45
    Ik won ze langzaam voor me
    en we richtten ons eerste team op.
  • 7:46 - 7:51
    Deze kinderen gaven me een spoedcursus
    in vluchtelingen, armoede
  • 7:52 - 7:53
    en humaniteit.
  • 7:54 - 7:58
    Drie broers uit Afghanistan,
    Roohullah, Noorullah en Zabiullah,
  • 7:58 - 8:00
    speelden daarin een grote rol.
  • 8:00 - 8:04
    Ik kwam een keer te laat voor de training
    en het veld was helemaal leeg.
  • 8:04 - 8:05
    Ik was bezorgd.
  • 8:05 - 8:07
    Mijn team kwam graag trainen.
  • 8:07 - 8:09
    Ze misten nooit een training.
  • 8:09 - 8:11
    Ik stapte uit de auto
  • 8:11 - 8:14
    en twee kinderen kwamen tevoorschijn
    en renden in paniek op me af.
  • 8:15 - 8:19
    "Coach, Rooh is in elkaar geslagen.
    Hij is overvallen, overal was bloed."
  • 8:19 - 8:21
    "Hoe bedoel je in elkaar geslagen?"
  • 8:21 - 8:25
    "Er kwamen pesters aan, coach.
    Iedereen is er bang vandoor gegaan."
  • 8:26 - 8:28
    We stapten snel in de auto
    en reden naar Roohs flat.
  • 8:28 - 8:31
    Ik klopte aan en Noor deed open.
  • 8:32 - 8:34
    "Waar is Rooh?
    Ik wil zien hoe het met hem is."
  • 8:34 - 8:37
    "Hij zit op zijn kamer, coach.
    Hij komt er niet uit."
  • 8:37 - 8:38
    Ik klopte op de deur.
  • 8:39 - 8:41
    "Rooh, kom eruit. Ik moet je spreken.
  • 8:41 - 8:43
    Ik wil weten of je
    naar het ziekenhuis moet."
  • 8:44 - 8:45
    Hij kwam zijn kamer uit.
  • 8:45 - 8:47
    Met een grote hoofdwond,
    een snee in zijn lip
  • 8:48 - 8:50
    en hij stond te wankelen.
  • 8:51 - 8:54
    Ik keek naar hem en vroeg
    de jongens hun moeder te roepen,
  • 8:54 - 8:57
    want ik moest hem
    naar het ziekenhuis brengen.
  • 8:57 - 8:58
    Ze riepen hun moeder.
  • 8:59 - 9:00
    Ze kwam eraan.
  • 9:00 - 9:04
    Ik stond met mijn rug naar haar toe
    en ze begon in het Perzisch te roepen.
  • 9:05 - 9:06
    De jongens lachten zich dood.
  • 9:07 - 9:09
    Ik snapte er niks van,
    want er was niets grappigs aan.
  • 9:10 - 9:12
    Ze legden uit dat ze zei:
  • 9:12 - 9:15
    "Jullie vertelden dat de coach
    moslim was en een vrouw."
  • 9:15 - 9:18
    Van achteren gezien
    leek ik haar geen van beiden.
  • 9:18 - 9:21
    (Gelach)
  • 9:21 - 9:24
    "Ik ben een moslima",
    wendde ik me tot haar.
  • 9:24 - 9:28
    "Ašhadu ʾan lā ʾilāha ʾilla (A)llāh",
    sprak ik de sjahada uit.
  • 9:29 - 9:33
    Verward, maar misschien
    ietwat gerustgesteld,
  • 9:33 - 9:38
    besefte ze dat die Amerikaanse vrouw
    in korte broek en zonder sluier
  • 9:38 - 9:39
    inderdaad een moslima was.
  • 9:40 - 9:42
    Hun familie was gevlucht voor de Taliban.
  • 9:44 - 9:46
    Honderden mensen in hun dorp
    waren vermoord.
  • 9:47 - 9:51
    Hun vader was door de Taliban meegenomen
    en kwam een paar maanden later terug;
  • 9:51 - 9:53
    er was bijna niets van hem over.
  • 9:55 - 9:57
    Het gezin vluchtte naar Pakistan
  • 9:57 - 10:01
    en de twee oudste zonen,
    acht en 10 jaar oud toen,
  • 10:01 - 10:04
    weefden 10 uur per dag tapijten
    om geld te verdienen voor het gezin.
  • 10:05 - 10:11
    Ze waren dolblij toen ze hoorden
    dat ze naar de VS konden verhuizen;
  • 10:11 - 10:14
    ze hoorden bij de gelukkige 0,1 procent
    die die kans krijgt.
  • 10:14 - 10:16
    Alsof ze de hoofdprijs wonnen.
  • 10:17 - 10:18
    Hun verhaal is niet uniek.
  • 10:19 - 10:23
    Elk vluchtelingengezin dat ik ken,
    heeft iets dergelijks meegemaakt.
  • 10:23 - 10:24
    Ik werk met kinderen
  • 10:25 - 10:29
    die zagen hoe hun moeder werd verkracht,
    hun vader de vingers werd afgehakt.
  • 10:29 - 10:32
    Een kind zag hoe zijn oma
    een kogel door haar hoofd kreeg,
  • 10:32 - 10:36
    omdat ze hem niet aan de rebellen
    mee wilde geven om kindsoldaat te worden.
  • 10:38 - 10:40
    Hun verhalen zijn verschrikkelijk.
  • 10:40 - 10:45
    Maar wat ik elke dag te zien krijg,
    is hoop, veerkracht, vastberadenheid,
  • 10:46 - 10:50
    levenslust en waardering
    voor de kans op een nieuw leven.
  • 10:52 - 10:54
    Ik was eens bij die jongens op bezoek,
  • 10:54 - 10:58
    toen de moeder thuiskwam
    na het schoonmaken van 18 hotelkamers.
  • 10:59 - 11:01
    Ze ging zitten en Noor
    masseerde haar voeten
  • 11:02 - 11:04
    en zei dat hij voor haar
    zou zorgen na zijn afstuderen.
  • 11:05 - 11:06
    Ze was uitgeput en glimlachte.
  • 11:06 - 11:10
    "God is goed. Het leven is goed.
    We boffen dat we hier zijn."
  • 11:11 - 11:16
    De afgelopen twee jaar
    is het anti-vluchtelingengevoel verergerd.
  • 11:16 - 11:17
    En dat is wereldwijd.
  • 11:18 - 11:20
    De aantallen nemen verder toe,
  • 11:20 - 11:24
    omdat we niets doen om het
    te voorkomen of tegen te gaan.
  • 11:24 - 11:27
    De vraag is niet hoe we
    minder vluchtelingen in ons land krijgen.
  • 11:27 - 11:30
    De vraag is hoe we de noodzaak
    te vluchten kunnen vermijden.
  • 11:30 - 11:34
    (Applaus)
  • 11:47 - 11:48
    Sorry.
  • 11:48 - 11:51
    (Applaus)
  • 11:58 - 12:00
    Hoeveel meer lijden --
  • 12:00 - 12:03
    Hoeveel meer lijden moeten we accepteren?
  • 12:03 - 12:05
    Hoeveel meer mensen
    moeten hun huis nog verlaten,
  • 12:05 - 12:07
    voor we zeggen: genoeg.
  • 12:07 - 12:09
    Honderd miljoen?
  • 12:09 - 12:12
    Eerst beschuldigen we ze van,
    en wijzen we ze af voor wandaden
  • 12:13 - 12:16
    waar ze helemaal niets
    mee te maken hadden,
  • 12:17 - 12:21
    en dan we bezorgen ze een nieuw trauma
    in plaats van dat we ze verwelkomen.
  • 12:23 - 12:26
    We ontnemen ze hun waardigheid,
    behandelen ze als criminelen.
  • 12:27 - 12:29
    Er kwam een studente bij me
    een paar weken terug.
  • 12:29 - 12:31
    Oorspronkelijk uit Irak.
  • 12:31 - 12:33
    Ze barstte in tranen uit.
  • 12:34 - 12:35
    "Waarom haten ze ons?"
  • 12:35 - 12:36
    "Wie haat jou?"
  • 12:36 - 12:40
    "Iedereen haat ons,
    omdat we vluchtelingen en moslims zijn."
  • 12:42 - 12:44
    Vroeger zei ik altijd tegen mijn studenten
  • 12:45 - 12:47
    dat de meeste mensen
    vluchtelingen niet haten.
  • 12:47 - 12:48
    Dat lukte dit keer niet.
  • 12:49 - 12:50
    Ik kon niet uitleggen
  • 12:50 - 12:53
    waarom iemand haar moeders hoofddoek
    wilde afrukken in de winkel
  • 12:54 - 12:57
    of waarom een tegenstander
    op het veld haar uitmaakte voor terrorist
  • 12:57 - 13:00
    en zei dat ze terug moest gaan
    naar haar land.
  • 13:00 - 13:02
    Ik kon haar niet verzekeren
  • 13:02 - 13:04
    dat de ultieme opoffering van haar vader,
  • 13:04 - 13:07
    voor het Amerikaanse leger
    werken als tolk,
  • 13:07 - 13:10
    haar meer erkenning geeft
    als Amerikaans staatsburger.
  • 13:11 - 13:14
    Wereldwijd gezien nemen we
    zo weinig vluchtelingen op.
  • 13:15 - 13:18
    We herhuisvesten minder dan 0,1 procent.
  • 13:19 - 13:22
    Van die 0,1 procent hebben we zelf
    meer voordeel dan zij.
  • 13:23 - 13:27
    Ik snap niet hoe het woord 'vluchteling'
    wordt geassocieerd met iets smerigs,
  • 13:27 - 13:28
    iets om je voor te schamen.
  • 13:28 - 13:30
    Ze hebben niets om zich voor te schamen.
  • 13:34 - 13:38
    We hebben vooruitgang geboekt
    op ieder gebied, behalve onze humaniteit.
  • 13:39 - 13:44
    65,3 miljoen mensen waren genoodzaakt
    hun huis te verlaten door oorlog.
  • 13:45 - 13:47
    Het hoogste aantal ooit.
  • 13:47 - 13:49
    Wij zouden ons zèlf moeten schamen.
  • 13:50 - 13:51
    Dankjewel.
  • 13:51 - 13:54
    (Applaus)
Title:
Heb geen medelijden met vluchtelingen, heb vertrouwen in ze
Speaker:
Luma Mufleh
Description:

"We hebben vooruitgang geboekt op ieder gebied, behalve onze humaniteit", zegt Luma Mufleh, een Jordaanse immigrant en moslima met een Syrische achtergrond, oprichter van de eerste geacrediteerde school voor vluchtelingen in de Verenigde Staten. Mufleh vertelt verhalen van hoop en veerkracht en beschrijft hoe ze jonge mensen uit door oorlog verdeelde landen helpt met het moeilijke proces van het opbouwen van een nieuw bestaan. Laat je inspireren een persoonlijke bijdrage te leveren aan het leven van vluchtelingen door deze krachtige talk.

more » « less
Video Language:
English
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
14:13

Dutch subtitles

Revisions