Return to Video

Ernesto Sirolli: Wil je iemand helpen? Hou je mond en luister!

  • 0:01 - 0:05
    Alles wat ik doe en professioneel onderneem --
  • 0:05 - 0:09
    mijn hele leven -- is gevormd
  • 0:09 - 0:15
    tijdens zeven jaar werken als jongeman in Afrika.
  • 0:15 - 0:18
    Van 1971 tot 1977 --
  • 0:18 - 0:22
    Ik mag er dan jong uitzien, dat ben ik niet -- (Gelach)
  • 0:22 - 0:27
    Ik heb gewerkt in Zambia, Kenia, Ivoorkust,
    Algerije en Somalië.
  • 0:27 - 0:31
    In technische samenwerkingsprojecten
    met landen in Afrika.
  • 0:31 - 0:34
    Ik werkte voor een Italiaanse ngo
  • 0:34 - 0:40
    en elk project dat we in Afrika uitvoerden,
  • 0:40 - 0:44
    mislukte.
  • 0:44 - 0:48
    Ik was radeloos.
  • 0:48 - 0:52
    Ik dacht, toen ik 21 was,
    dat wij Italianen goede mensen waren
  • 0:52 - 0:56
    en dat we goed werk deden in Afrika.
  • 0:56 - 1:03
    In plaats daarvan maakten we alles
    wat we aanraakten kapot.
  • 1:03 - 1:08
    Ons eerste project
    en inspiratie voor mijn eerste boek
  • 1:08 - 1:11
    `Rimpelingen van de Zambezi`,
  • 1:11 - 1:13
    was een project waar wij Italianen besloten om
  • 1:13 - 1:19
    de Zambianen te leren
    hoe ze voedsel moesten telen.
  • 1:19 - 1:23
    We arriveerden met Italiaanse zaden
    in het zuiden van Zambia,
  • 1:23 - 1:27
    in een heel mooie vallei
  • 1:27 - 1:30
    die uitkomt op de Zambezi rivier.
  • 1:30 - 1:34
    We leerden lokale mensen
    Italiaanse tomaten telen
  • 1:34 - 1:37
    en zucchini...
  • 1:37 - 1:39
    Natuurlijk hadden de lokale bewoners
    daar helemaal geen belangstelling voor.
  • 1:39 - 1:42
    Dus gaven we ze geld om te komen werken
  • 1:42 - 1:46
    en soms verschenen ze zelfs ook. (Gelach)
  • 1:46 - 1:49
    We waren verbaasd dat de lokale bevolking,
  • 1:49 - 1:52
    in zo'n vruchtbare vallei, niets aan landbouw deed.
  • 1:52 - 1:55
    Maar in plaats dat we hen vroegen
    waarom ze niets verbouwden,
  • 1:55 - 1:59
    zeiden we tegen elkaar: "Godzijdank zijn wij er." (Gelach)
  • 1:59 - 2:04
    "Net op tijd om het Zambiaanse volk
    te redden van de hongerdood."
  • 2:04 - 2:07
    Natuurlijk groeide alles in Afrika prachtig.
  • 2:07 - 2:10
    We teelden schitterende tomaten,
    die in Italië zo groot,
  • 2:10 - 2:13
    en in Zambia, wel zo groot werden.
  • 2:13 - 2:16
    We konden het niet geloven,
    en zeiden tegen de Zambianen:
  • 2:16 - 2:19
    "Zie je hoe eenvoudig landbouw is."
  • 2:19 - 2:22
    Toen de tomaten mooi, rijp en rood waren,
  • 2:22 - 2:25
    kwamen 's nachts zo'n 200 nijlpaarden
    uit de rivier,
  • 2:25 - 2:29
    en aten alles op. (Gelach)
  • 2:29 - 2:34
    We zeiden tegen de Zambianen:
    "Help, de nijlpaarden!"
  • 2:34 - 2:39
    De Zambianen reageerden: "Precies, daarom
    doen we hier niet aan landbouw." (Gelach)
  • 2:39 - 2:45
    "Waarom zeiden jullie dat niet tegen ons?"
    "Jullie vroegen het ons nooit."
  • 2:45 - 2:51
    Ik dacht toen dat alleen wij Italianen
    blunders maakten in Afrika,
  • 2:51 - 2:53
    maar toen zag ik wat de Amerikanen deden,
  • 2:53 - 2:56
    en de Engelsen en de Fransen.
  • 2:56 - 2:59
    Toen ik had gezien wat die deden,
  • 2:59 - 3:02
    werd ik behoorlijk trots op ons project in Zambia.
  • 3:02 - 3:07
    Want wij gaven in elk geval de nijlpaarden te eten.
  • 3:07 - 3:11
    Je zou de rotzooi eens moeten zien -- (Applaus) --
  • 3:11 - 3:14
    de rotzooi die wij hebben gekieperd
  • 3:14 - 3:16
    op niets vermoedende Afrikanen.
  • 3:16 - 3:17
    Lees maar eens het boek
  • 3:17 - 3:22
    'Dode Hulp' van Dambisa Moyo,
  • 3:22 - 3:25
    een Zambiaanse econome.
  • 3:25 - 3:27
    Dit boek is verschenen in 2008.
  • 3:27 - 3:32
    Westerse donorlanden hebben
    het Afrikaanse continent
  • 3:32 - 3:37
    twee biljoen dollar gegeven in de afgelopen 50 jaar.
  • 3:37 - 3:41
    Ik zal jullie niet vertellen
    hoeveel schade dat geld heeft aangericht.
  • 3:41 - 3:43
    Lees haar boek maar.
  • 3:43 - 3:51
    Lees met de blik van een Afrikaanse vrouw
    hoeveel schade wij hebben aangericht.
  • 3:51 - 3:57
    Wij westerlingen zijn imperialistische,
    kolonialistische zendelingen
  • 3:57 - 4:01
    en wij kennen
    maar twee omgangsvormen met mensen.
  • 4:01 - 4:05
    We zijn of neerbuigend of paternalistisch.
  • 4:05 - 4:08
    Beide woorden stammen van het Latijnse 'pater'
  • 4:08 - 4:10
    wat 'vader' betekent.
  • 4:10 - 4:14
    De woorden verschillen echter in betekenis.
  • 4:14 - 4:18
    Paternalistisch:
    ik behandel iedereen uit een andere
  • 4:18 - 4:23
    cultuur alsof het mijn kind is. "Ik hou zo van je."
  • 4:23 - 4:28
    Neerbuigend:
    ik behandel iedereen uit een andere cultuur
  • 4:28 - 4:30
    alsof hij mijn knecht is.
  • 4:30 - 4:36
    Daarom wordt een blanke
    in Afrika 'bwana' genoemd: 'baas'.
  • 4:36 - 4:40
    Ik kreeg een klap in mijn gezicht
    bij het lezen van het boek
  • 4:40 - 4:45
    "Klein is mooi",
    geschreven door Schumacher, die zei:
  • 4:45 - 4:48
    "Bedenk bij economische ontwikkeling,
    dat je mensen
  • 4:48 - 4:52
    die niet geholpen willen worden,
    met rust moet laten.
  • 4:52 - 4:55
    Dit moet het eerste hulpprincipe zijn.
  • 4:55 - 4:59
    Het eerste hulpprincipe is respect.
  • 4:59 - 5:01
    Vanmorgen legde de man die de conferentie opende,
  • 5:01 - 5:05
    een stok op de vloer.
  • 5:05 - 5:10
    Hij zei: "Kunnen we ons een stad voorstellen
  • 5:10 - 5:13
    die niet neokoloniaal is?"
  • 5:13 - 5:18
    Ik besloot op mijn 27e
  • 5:18 - 5:22
    alleen op mensen te reageren.
  • 5:22 - 5:26
    Ik bedacht het systeem Enterprise Facilitation
  • 5:26 - 5:30
    waarbij je nooit iets initieert,
  • 5:30 - 5:34
    nooit iemand motiveert. Je wordt dienaar
  • 5:34 - 5:37
    van de lokale passie,
    in dienst van de lokale bevolking,
  • 5:37 - 5:42
    die ervan droomt een beter mens te worden.
  • 5:42 - 5:46
    Je houdt je mond.
  • 5:46 - 5:50
    Je komt nooit met eigen ideeën
    naar een gemeenschap.
  • 5:50 - 5:54
    Je gaat praten met de lokale bevolking.
  • 5:54 - 5:57
    We werken niet vanuit kantoren.
  • 5:57 - 6:01
    We ontmoeten elkaar in een bar of een café.
  • 6:01 - 6:04
    We hebben geen infrastructuur.
  • 6:04 - 6:07
    We worden vrienden
  • 6:07 - 6:12
    en onderzoeken wat die persoon wil gaan doen.
  • 6:12 - 6:14
    Het belangrijkste is passie.
  • 6:14 - 6:16
    Je kunt iemand een idee geven,
  • 6:16 - 6:18
    maar als die persoon het niet wil uitvoeren,
  • 6:18 - 6:21
    wat kun jij daar dan nog aan doen?
  • 6:21 - 6:26
    De passie die iemand heeft
    voor zijn eigen groeiproces
  • 6:26 - 6:28
    is het belangrijkste.
  • 6:28 - 6:32
    De passie van die persoon
    voor zijn eigen persoonlijke groei
  • 6:32 - 6:34
    is het belangrijkste.
  • 6:34 - 6:37
    We helpen ze met het vinden van kennis,
  • 6:37 - 6:42
    want niemand kan in zijn eentje slagen.
  • 6:42 - 6:45
    Iemand met een idee
    mag dan niet beschikken over de kennis
  • 6:45 - 6:47
    maar die kennis is wel aanwezig.
  • 6:47 - 6:51
    Jaren geleden kwam ik op dit idee:
  • 6:51 - 6:55
    in plaats van een dorp te bezoeken,
  • 6:55 - 7:00
    en de mensen te vertellen wat ze moeten doen,
  • 7:00 - 7:05
    luisteren we naar ze!
    Maar niet in de dorpsbijeenkomsten.
  • 7:05 - 7:10
    Laat me jullie een geheim verklappen.
  • 7:10 - 7:14
    Er is een probleem met dorpsbijeenkomsten.
  • 7:14 - 7:18
    Daar komen nooit ondernemers.
  • 7:18 - 7:21
    Die vertellen je nooit in een openbare bijeenkomst
  • 7:21 - 7:25
    wat ze met hun geld willen doen,
  • 7:25 - 7:28
    of welk idee ze hebben bedacht.
  • 7:28 - 7:33
    Dit is een blinde vlek als je gaat plannen.
  • 7:33 - 7:38
    De slimste mensen in je gemeenschap ken je niet
  • 7:38 - 7:45
    omdat die niet naar openbare bijeenkomsten komen.
  • 7:45 - 7:49
    Wij werken 1-op-1
  • 7:49 - 7:51
    en om 1-op-1 te kunnen werken, moet je een
  • 7:51 - 7:54
    sociale infrastructuur scheppen die er nog niet is.
  • 7:54 - 7:56
    Je moet een nieuw beroep bedenken.
  • 7:56 - 8:02
    Dat beroep is de 'huisarts van de onderneming',
  • 8:02 - 8:05
    die met je gaat praten
  • 8:05 - 8:09
    bij je thuis, aan de keukentafel, of in een café.
  • 8:09 - 8:13
    Hij helpt je bij het vinden van middelen
    om je passie om te zetten
  • 8:13 - 8:15
    in iets waarvan je kunt leven.
  • 8:15 - 8:20
    Ik begon met een try-out in Esperance,
    in het westen van Australië.
  • 8:20 - 8:23
    Ik was toen bezig met promoveren
  • 8:23 - 8:27
    en probeerde af te
    komen van die neerbuigende onzin
  • 8:27 - 8:31
    om mensen te vertellen wat ze moesten doen.
  • 8:31 - 8:35
    In dat eerste jaar in Esperance
  • 8:35 - 8:40
    liep ik gewoon wat rond en binnen drie dagen
  • 8:40 - 8:43
    had ik mijn eerste klant.
  • 8:43 - 8:47
    Hij was een Maori die vis rookte in een garage.
  • 8:47 - 8:51
    Ik hielp hem zijn vis te verkopen
    aan een restaurant in Perth.
  • 8:51 - 8:54
    Daarna vroegen een paar vissers me:
  • 8:54 - 8:57
    "Heb jij die Maori geholpen? Kun jij ons ook helpen?"
  • 8:57 - 9:00
    Ik heb deze vijf vissers geholpen om
  • 9:00 - 9:04
    hun mooie tonijn niet te verkopen aan
    de conservenfabriek in Albany
  • 9:04 - 9:08
    voor 60 cent per kilo.
    Wij stuurden die vis naar Japan
  • 9:08 - 9:13
    voor 15 dollar per kilo, om sushi van te maken.
  • 9:13 - 9:15
    Daarna kwamen boeren met mij praten:
  • 9:15 - 9:17
    "Je hebt hen geholpen. Kun je ons ook helpen?"
  • 9:17 - 9:20
    Binnen een jaar had ik wel 27 projecten,
  • 9:20 - 9:22
    en de overheid kwam naar me toe,
    en zei:
  • 9:22 - 9:24
    "Hoe doe je dat?"
  • 9:24 - 9:28
    Ik zei: "Ik doe iets heel, heel, heel moeilijks.
  • 9:28 - 9:33
    Ik hou mijn mond, en luister naar ze." (Gelach)
  • 9:33 - 9:42
    Dus -- (Applaus) --
  • 9:42 - 9:46
    Dus zei de overheid: "Blijf dat maar doen." (Gelach)
  • 9:46 - 9:49
    We hebben dit nu
    wereldwijd in 300 gemeenschappen gedaan.
  • 9:49 - 9:53
    We hebben 40.000 bedrijven geholpen bij hun start.
  • 9:53 - 9:55
    Er is nu een nieuwe generatie ondernemers
  • 9:55 - 9:57
    die doodgaat van eenzaamheid.
  • 9:57 - 10:03
    Peter Drucker, een van de grootste
    management-consultants uit de geschiedenis,
  • 10:03 - 10:08
    overleed enkele jaren geleden op 96-jarige leeftijd.
  • 10:08 - 10:10
    Peter Drucker was een hoogleraar filosofie
  • 10:10 - 10:12
    voordat hij zich ging bezighouden met ondernemingen.
  • 10:12 - 10:15
    Peter Drucker zei:
  • 10:15 - 10:20
    "Planning is eigenlijk niet verenigbaar
  • 10:20 - 10:24
    met een ondernemingsgerichte samenleving
    en economie."
  • 10:24 - 10:31
    Planning is de doodskus voor ondernemerschap.
  • 10:31 - 10:33
    Nu zijn jullie Christchurch aan het heropbouwen
  • 10:33 - 10:37
    terwijl je niet weet wat de slimste mensen
  • 10:37 - 10:42
    met hun geld en hun energie hier willen gaan doen.
  • 10:42 - 10:45
    Je moet leren hoe je deze mensen
  • 10:45 - 10:48
    naar je toe krijgt om met je te praten.
  • 10:48 - 10:53
    Je moet ze vertrouwelijkheid en privacy bieden.
  • 10:53 - 10:56
    Je moet ze op een fantastische manier helpen,
  • 10:56 - 11:00
    en dan komen ze ook in drommen.
  • 11:00 - 11:03
    In een plaats met 10.000 inwoners
    hebben we 200 klanten.
  • 11:03 - 11:06
    Kunnen jullie je voorstellen,
    in een plaats met 400.000 inwoners,
  • 11:06 - 11:08
    hoeveel intellect en passie voorhanden is?
  • 11:08 - 11:12
    Voor welke presentatie
    hebben jullie vanochtend het hardst geklapt?
  • 11:12 - 11:18
    Lokale, gepassioneerde mensen.
    Daar hebben jullie voor geklapt.
  • 11:18 - 11:23
    Alles komt dus aan
  • 11:23 - 11:25
    op ondernemerschap.
  • 11:25 - 11:28
    We zijn aan het eind
    van de eerste industriële revolutie --
  • 11:28 - 11:32
    met eindige fossiele brandstoffen
    en productiemethoden --
  • 11:32 - 11:36
    en ineens zitten we met niet-duurzame systemen.
  • 11:36 - 11:39
    De interne verbrandingsmotor is niet duurzaam.
  • 11:39 - 11:42
    Werken met freon is niet duurzaam.
  • 11:42 - 11:45
    We moeten kijken hoe we
  • 11:45 - 11:51
    voeden, genezen, onderwijzen,
    transporteren, communiceren
  • 11:51 - 11:55
    voor zeven miljard mensen, op een duurzame manier.
  • 11:55 - 11:59
    Daar bestaat nog geen technologie voor.
  • 11:59 - 12:02
    Wie gaat de technologie uitvinden
  • 12:02 - 12:09
    voor de groene revolutie?
    Universiteiten? Vergeet het maar!
  • 12:09 - 12:11
    De overheid? Vergeet het maar!
  • 12:11 - 12:17
    Het zullen ondernemers zijn,
    en die werken er nu aan.
  • 12:17 - 12:20
    Ik las een mooi verhaal in een futuristisch tijdschrift.
  • 12:20 - 12:21
    Lang geleden
  • 12:21 - 12:23
    werd een groep experts uitgenodigd
  • 12:23 - 12:28
    om te discussiëren over de toekomst van New York
  • 12:28 - 12:31
    In 1860 kwam deze groep bijeen
  • 12:31 - 12:34
    en ze speculeerden over wat er zou gebeuren
  • 12:34 - 12:35
    met New York over 100 jaar.
  • 12:35 - 12:37
    Hun conclusie was unaniem.
  • 12:37 - 12:41
    New York zou over 100 jaar niet meer bestaan.
  • 12:41 - 12:43
    Ze hadden gekeken naar de grafieken en zeiden:
  • 12:43 - 12:46
    "Als de bevolking met deze snelheid blijft groeien,
  • 12:46 - 12:50
    heb je voor het vervoer van de bevolking in New York,
  • 12:50 - 12:53
    zes miljoen paarden nodig.
  • 12:53 - 12:56
    De stront van deze zes miljoen paarden
  • 12:56 - 12:59
    kan je onmogelijk verwerken.
  • 12:59 - 13:04
    Ze verdronken nu al in de stront. (Gelach)
  • 13:04 - 13:09
    In 1860 ziet men dus deze smerige technologie
  • 13:09 - 13:14
    die het leven in New York zal verstikken.
  • 13:14 - 13:19
    Wat gebeurt er? ...40 jaar later, in 1900,
  • 13:19 - 13:24
    waren er in de Verenigde Staten 1001
  • 13:24 - 13:30
    autofabrikanten - - 1001.
  • 13:30 - 13:34
    De gedachte om een andere technologie te vinden
  • 13:34 - 13:36
    was helemaal ingeburgerd.
  • 13:36 - 13:41
    Er waren zelfs hele kleine fabrieken
    in afgelegen gebieden.
  • 13:41 - 13:47
    Dearborn, Michigan. Henry Ford.
  • 13:47 - 13:51
    Er is wel een geheim
    voor het werken met ondernemers.
  • 13:51 - 13:55
    In de eerste plaats moet je ze vertrouwen geven.
  • 13:55 - 13:57
    Anders zullen ze niet met je praten.
  • 13:57 - 14:01
    Daarnaast moet je ze een totale, toegewijde,
  • 14:01 - 14:05
    en gepassioneerde dienstverlening bieden.
  • 14:05 - 14:08
    Vervolgens moet je ze de waarheid vertellen
    over ondernemerschap.
  • 14:08 - 14:11
    De kleinste en de grootste onderneming
  • 14:11 - 14:15
    moeten goed zijn in drie dingen.
  • 14:15 - 14:19
    Het product dat je wil verkopen,
    moet fantastisch zijn,
  • 14:19 - 14:23
    de marketing moet fantastisch zijn,
  • 14:23 - 14:26
    en het financieel management
    moet geweldig goed zijn.
  • 14:26 - 14:29
    Raad eens?
  • 14:29 - 14:31
    We kennen niemand in de wereld
  • 14:31 - 14:37
    die kan produceren, verkopen en het geld beheren.
  • 14:37 - 14:40
    Dat bestaat niet.
  • 14:40 - 14:42
    Die persoon moet nog geboren worden.
  • 14:42 - 14:45
    We hebben onderzoek gedaan naar
  • 14:45 - 14:49
    100 voorbeeldondernemingen in de wereld.
  • 14:49 - 14:53
    zoals Carnegie, Westinghouse, Edison, Ford,
  • 14:53 - 14:56
    en nieuwe ondernemingen als Google en Yahoo.
  • 14:56 - 14:59
    Eén ding hebben al die succesvolle ondernemingen
  • 14:59 - 15:02
    gemeen, slechts één ding.
  • 15:02 - 15:07
    Geen enkel begon met één persoon.
  • 15:07 - 15:11
    Nu leren we ondernemerschap aan 16-jarigen
  • 15:11 - 15:15
    in Northumberland, en we beginnen de les
  • 15:15 - 15:19
    met de eerste twee bladzijden
    van de autobiografie van Richard Branson.
  • 15:19 - 15:23
    Deze 16-jarigen moeten
  • 15:23 - 15:27
    op deze bladzijden onderstrepen
  • 15:27 - 15:30
    hoe vaak Richard het woord 'ik'
  • 15:30 - 15:32
    en hoe vaak het woord 'wij' gebruikt.
  • 15:32 - 15:37
    'Ik' komt geen enkele keer voor,
    'wij' 32 keer.
  • 15:37 - 15:40
    Hij begon niet alleen.
  • 15:40 - 15:45
    Niemand begint een bedrijf in zijn eentje. Niemand.
  • 15:45 - 15:49
    We kunnen dus een gemeenschap creëren
  • 15:49 - 15:52
    waar we facilitators hebben
    met kennis van kleine bedrijven
  • 15:52 - 15:59
    die met je praten in cafés of bars,
    en toegewijde maten worden.
  • 15:59 - 16:03
    Iemand die voor jou hetzelfde doet
    als voor deze man
  • 16:03 - 16:06
    die zijn droom voorlegt.
  • 16:06 - 16:09
    Iemand die tegen jou zegt: "Wat heb jij nodig?"
  • 16:09 - 16:11
    Wat kun jij doen? Kun je het product maken?
  • 16:11 - 16:13
    Kun je het verkopen? Kun je op het geld passen?"
  • 16:13 - 16:17
    "Dat kan ik niet zelf."
    "Wil je dat ik iemand voor je ga zoeken?"
  • 16:17 - 16:19
    Wij activeren gemeenschappen.
  • 16:19 - 16:23
    Wij hebben groepen vrijwilligers
    die de Enterprise Facilitator ondersteunen.
  • 16:23 - 16:26
    Vrijwilligers die je helpen met het vinden
    van middelen en mensen.
  • 16:26 - 16:29
    We hebben ontdekt dat het wonder
  • 16:29 - 16:31
    van de intelligentie van lokale bewoners zo sterk is
  • 16:31 - 16:35
    dat je voor het veranderen
    van de cultuur en de economie
  • 16:35 - 16:39
    van de gemeenschap alleen maar de passie,
  • 16:39 - 16:43
    de energie en de verbeeldingskracht
    van je eigen mensen hoeft te vangen.
  • 16:43 - 16:48
    Bedankt. (Applaus)
Title:
Ernesto Sirolli: Wil je iemand helpen? Hou je mond en luister!
Speaker:
Ernesto Sirolli
Description:

Wanneer de meeste goedbedoelende hulpverleners over een probleem horen dat ze denken te kunnen oplossen, gaan ze daarmee aan de gang. Dit is volgens Ernesto Sirolli een naïeve opvatting. Hij stelt in zijn grappige en geestdriftige verhaal voor als eerste stap te luisteren naar de mensen die je wil helpen, en in te spelen op hun ondernemingszin. Zijn advies voor wat echt werkt, zal elke ondernemer kunnen gebruiken.

more » « less
Video Language:
English
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
17:09

Dutch subtitles

Revisions