Return to Video

Svante Paabo: wat DNA vertelt over de Neanderthaler in ons

  • 0:00 - 0:03
    Ik wil met jullie praten
  • 0:03 - 0:05
    over wat we kunnen leren van het bestuderen
  • 0:05 - 0:07
    van de genomen van levende
  • 0:07 - 0:09
    en uitgestorven mensen.
  • 0:09 - 0:11
    Maar eerst
  • 0:11 - 0:14
    wil ik even in herinnering brengen wat je al weet:
  • 0:14 - 0:16
    dat onze genomen, ons erfelijk materiaal in ons lichaam,
  • 0:16 - 0:19
    in bijna alle cellen in de chromosomen
  • 0:19 - 0:21
    in de vorm van DNA zijn opgeslagen.
  • 0:21 - 0:24
    Dit is de beroemde dubbele-helixmolecuul.
  • 0:24 - 0:26
    De genetische informatie
  • 0:26 - 0:28
    is opgeslagen in de vorm van een reeks
  • 0:28 - 0:30
    van vier basen
  • 0:30 - 0:33
    afgekort voorgesteld met de letters A, T, C en D.
  • 0:33 - 0:35
    De informatie is er dubbel aanwezig -
  • 0:35 - 0:37
    een reeks op elke streng -
  • 0:37 - 0:39
    wat belangrijk is, want als er nieuwe cellen
  • 0:39 - 0:41
    worden gevormd, gaan deze strengen uit elkaar,
  • 0:41 - 0:44
    nieuwe strengen worden gesynthetiseerd met de oude als sjablonen
  • 0:44 - 0:47
    in een bijna perfect proces.
  • 0:47 - 0:49
    Maar niets in de natuur
  • 0:49 - 0:51
    is natuurlijk helemaal perfect,
  • 0:51 - 0:53
    dus wordt er soms een fout gemaakt
  • 0:53 - 0:56
    en een verkeerde letter ingebouwd.
  • 0:56 - 0:58
    We kunnen dan het resultaat
  • 0:58 - 1:00
    van deze mutaties zien
  • 1:00 - 1:02
    wanneer we DNA-sequenties,
  • 1:02 - 1:05
    bij ons hier bijvoorbeeld, vergelijken.
  • 1:05 - 1:08
    Als we mijn genoom vergelijken met jullie genoom
  • 1:08 - 1:12
    dan zal er ongeveer om de 1200, 1300 letters
  • 1:12 - 1:14
    een verschil tussen ons opduiken.
  • 1:14 - 1:16
    Deze mutaties zullen zich bijna evenredig
  • 1:16 - 1:19
    in de loop van de tijd ophopen.
  • 1:19 - 1:22
    Vergeleken met een chimpansee zullen we meer verschillen zien.
  • 1:22 - 1:25
    Ongeveer een letter per honderd
  • 1:25 - 1:27
    zal verschillen van een chimpansee.
  • 1:27 - 1:29
    Als je dan geïnteresseerd bent in de geschiedenis
  • 1:29 - 1:31
    van een stukje DNA, of het hele genoom,
  • 1:31 - 1:34
    kan je de geschiedenis van het DNA
  • 1:34 - 1:36
    uit deze waargenomen verschillen reconstrueren.
  • 1:36 - 1:40
    Meestal beelden we onze ideeën over deze geschiedenis af
  • 1:40 - 1:42
    in de vorm van bomen zoals deze hier.
  • 1:42 - 1:44
    In dit geval is het heel simpel.
  • 1:44 - 1:46
    De twee menselijke DNA-sequenties
  • 1:46 - 1:49
    gaan terug naar een vrij recente gemeenschappelijke voorouder.
  • 1:49 - 1:53
    Verder terug is er een gemeenschappelijke met de chimpansees.
  • 1:53 - 1:56
    Omdat deze mutaties
  • 1:56 - 1:58
    zich min of meer gelijkmatig in de tijd voordoen,
  • 1:58 - 2:00
    kan je deze verschillen
  • 2:00 - 2:02
    herleiden naar schattingen van de tijdsduur.
  • 2:02 - 2:04
    Zo kunnen twee mensen
  • 2:04 - 2:08
    een gemeenschappelijke voorouder van ongeveer een half miljoen jaar geleden delen.
  • 2:08 - 2:10
    Met chimpansees
  • 2:10 - 2:13
    zal dat in de orde van vijf miljoen jaar geleden zijn.
  • 2:13 - 2:15
    In de laatste paar jaar zijn er
  • 2:15 - 2:17
    technologieën ontwikkeld
  • 2:17 - 2:21
    waarmee vele, vele stukjes DNA erg snel kunnen worden bekeken.
  • 2:21 - 2:23
    In enkele uren tijd
  • 2:23 - 2:26
    kan een heel menselijk genoom worden bepaald.
  • 2:26 - 2:29
    Ieder van ons heeft natuurlijk twee menselijke genomen -
  • 2:29 - 2:32
    een van onze moeders en een van onze vaders.
  • 2:32 - 2:36
    Ze zijn ongeveer drie miljard van dergelijke letters lang.
  • 2:36 - 2:38
    We zullen zien dat de twee genomen in mij
  • 2:38 - 2:40
    of een genoom van mij dat we willen gebruiken,
  • 2:40 - 2:43
    ongeveer drie miljoen verschillen
  • 2:43 - 2:45
    of iets van die orde zal bevatten.
  • 2:45 - 2:47
    Ook wordt het mogelijk
  • 2:47 - 2:49
    om te zeggen hoe deze genetische verschillen
  • 2:49 - 2:51
    verspreid zijn over de hele wereld.
  • 2:51 - 2:53
    Zo vind je
  • 2:53 - 2:57
    een zekere mate van genetische variatie in Afrika.
  • 2:57 - 3:00
    Buiten Afrika
  • 3:00 - 3:03
    vind je minder genetische variatie.
  • 3:03 - 3:05
    Dit is natuurlijk verrassend
  • 3:05 - 3:08
    omdat er zes tot acht keer minder mensen
  • 3:08 - 3:11
    in Afrika dan buiten Afrika leven.
  • 3:11 - 3:14
    Maar de mensen in Afrika
  • 3:14 - 3:17
    vertonen meer genetische variatie.
  • 3:17 - 3:19
    Bovendien hebben bijna al deze genetische varianten
  • 3:19 - 3:21
    die we buiten Afrika zien
  • 3:21 - 3:23
    nauw verwante DNA-sequenties
  • 3:23 - 3:25
    met die in Afrika.
  • 3:25 - 3:27
    Maar als je in Afrika kijkt,
  • 3:27 - 3:30
    is er een onderdeel van de genetische variatie
  • 3:30 - 3:33
    dat geen naaste verwanten erbuiten heeft.
  • 3:33 - 3:36
    Het model om dit uit te leggen
  • 3:36 - 3:39
    is dat een deel van de Afrikaanse variatie, maar niet alles,
  • 3:39 - 3:43
    is vertrokken en de rest van de wereld heeft gekoloniseerd.
  • 3:43 - 3:47
    Samen met de methoden om deze genetische verschillen te dateren,
  • 3:47 - 3:49
    heeft dit geleid tot het inzicht
  • 3:49 - 3:51
    dat de moderne mens -
  • 3:51 - 3:54
    mensen die in wezen niet te onderscheiden zijn van jou en mij -
  • 3:54 - 3:57
    vrij recent in Afrika evolueerde,
  • 3:57 - 4:01
    tussen de 100.000 en 200.000 jaar geleden.
  • 4:01 - 4:05
    Later, tussen 100.000 en 50.000 jaar geleden of zo,
  • 4:05 - 4:07
    gingen ze weg uit Afrika om
  • 4:07 - 4:09
    de rest van de wereld te koloniseren.
  • 4:09 - 4:11
    Ik zeg vaak
  • 4:11 - 4:13
    dat wij, vanuit genomisch perspectief,
  • 4:13 - 4:15
    allemaal Afrikanen zijn.
  • 4:15 - 4:18
    We leven vandaag de dag ofwel in Afrika
  • 4:18 - 4:20
    of in vrij recente ballingschap.
  • 4:20 - 4:22
    Een ander gevolg
  • 4:22 - 4:25
    van deze recente oorsprong van de moderne mens
  • 4:25 - 4:27
    is dat de genetische varianten
  • 4:27 - 4:29
    over het algemeen
  • 4:29 - 4:31
    wijd verspreid zijn in de wereld.
  • 4:31 - 4:34
    Ze hebben de neiging te variëren als gradiënten,
  • 4:34 - 4:38
    vanuit vogelperspectief tenminste.
  • 4:38 - 4:40
    Aangezien er vele genetische varianten bestaan
  • 4:40 - 4:43
    en ze verschillende dergelijke gradiënten vertonen,
  • 4:43 - 4:46
    betekent dit dat als we een DNA-sequentie bepalen -
  • 4:46 - 4:49
    een genoom van een individu -
  • 4:49 - 4:51
    we vrij nauwkeurig kunnen inschatten
  • 4:51 - 4:53
    waar die persoon vandaan komt,
  • 4:53 - 4:55
    op voorwaarde dat de ouders of grootouders
  • 4:55 - 4:58
    niet te veel hebben rondgereisd.
  • 4:58 - 5:00
    Maar betekent dit dan,
  • 5:00 - 5:02
    zoals veel mensen de neiging hebben om te denken,
  • 5:02 - 5:05
    dat er enorme genetische verschillen bestaan tussen groepen mensen -
  • 5:05 - 5:07
    op de verschillende continenten, bijvoorbeeld?
  • 5:07 - 5:10
    Nu kunnen we deze vragen ook beginnen te stellen.
  • 5:10 - 5:13
    Er is bijvoorbeeld een project gestart
  • 5:13 - 5:15
    om de sequentie op te stellen van een duizendtal individuen -
  • 5:15 - 5:18
    hun genoom - uit verschillende delen van de wereld.
  • 5:18 - 5:21
    Ze hebben dat gedaan voor 185 Afrikanen
  • 5:21 - 5:24
    van twee populaties in Afrika.
  • 5:24 - 5:27
    En voor ongeveer evenveel mensen
  • 5:27 - 5:30
    in Europa en in China.
  • 5:30 - 5:33
    We kunnen beginnen te zeggen hoeveel variantie we vinden,
  • 5:33 - 5:36
    hoeveel letters die variëren
  • 5:36 - 5:39
    in ten minste een van die afzonderlijke sequenties.
  • 5:39 - 5:43
    Het zijn er veel: 38 miljoen variabele posities.
  • 5:43 - 5:46
    Maar we kunnen vragen: zijn er absolute verschillen
  • 5:46 - 5:48
    tussen Afrikanen en niet-Afrikanen?
  • 5:48 - 5:50
    Misschien was dat wel het grootste verschil
  • 5:50 - 5:52
    waaraan de meesten van ons zouden denken.
  • 5:52 - 5:54
    En met absoluut verschil -
  • 5:54 - 5:56
    en ik bedoel een verschil
  • 5:56 - 5:59
    waar de mensen in Afrika op een bepaalde positie,
  • 5:59 - 6:02
    waar alle individuen - 100 procent - een letter hebben,
  • 6:02 - 6:06
    en iedereen buiten Afrika een andere letter zou hebben.
  • 6:06 - 6:09
    Het antwoord daarop is dat op die miljoenen van verschillen
  • 6:09 - 6:12
    er niet één enkele dergelijke positie is.
  • 6:14 - 6:16
    Dit kan verrassend zijn.
  • 6:16 - 6:19
    Misschien werd een enkel individu of zo onjuist geclassificeerd.
  • 6:19 - 6:21
    Misschien kunnen we het criterium een beetje
  • 6:21 - 6:23
    minder streng maken en zeggen: hoeveel functies vinden we
  • 6:23 - 6:25
    waarop 95 procent van de mensen in Afrika
  • 6:25 - 6:27
    één variant hebben,
  • 6:27 - 6:29
    en 95 procent een andere variant,
  • 6:29 - 6:31
    en het aantal is 12.
  • 6:31 - 6:33
    Dit is dus zeer verrassend.
  • 6:33 - 6:35
    Het betekent dat wanneer we kijken naar mensen
  • 6:35 - 6:38
    en je ziet een persoon uit Afrika
  • 6:38 - 6:41
    en een persoon uit Europa of Azië,
  • 6:41 - 6:45
    we voor één enkele positie in het genoom met 100 procent nauwkeurigheid,
  • 6:45 - 6:47
    niet kunnen voorspellen welk gen de persoon zou hebben.
  • 6:47 - 6:49
    En alleen voor 12 posities
  • 6:49 - 6:53
    kunnen we hopen dat we voor 95 procent goed zouden zitten.
  • 6:53 - 6:55
    Dit kan verrassend zijn,
  • 6:55 - 6:57
    omdat we door te kijken naar deze mensen
  • 6:57 - 7:01
    heel gemakkelijk kunnen zeggen waar zij of hun voorouders vandaan kwamen.
  • 7:01 - 7:03
    Dit betekent nu
  • 7:03 - 7:05
    dat die eigenschappen waar we naar kijken
  • 7:05 - 7:07
    en zo gemakkelijk herkennen -
  • 7:07 - 7:10
    gelaatstrekken, huidskleur, haarstructuur -
  • 7:10 - 7:14
    niet bepaald worden door enkele genen met grote effecten,
  • 7:14 - 7:17
    maar bepaald worden door veel verschillende genetische varianten
  • 7:17 - 7:19
    die lijken te variëren in frequentie
  • 7:19 - 7:21
    tussen de verschillende delen in de wereld.
  • 7:21 - 7:24
    Er is nog iets met deze eigenschappen
  • 7:24 - 7:27
    die we zo gemakkelijk observeren bij elkaar
  • 7:27 - 7:29
    waarvan ik denk dat het de moeite waard is om te overwegen.
  • 7:29 - 7:32
    Dat is dat, in een zeer letterlijke zin,
  • 7:32 - 7:35
    ze echt aan de oppervlakte van ons lichaam zitten.
  • 7:35 - 7:37
    Ze zijn wat we net hebben gezegd -
  • 7:37 - 7:40
    gelaatstrekken, haarstructuur, huidskleur.
  • 7:40 - 7:42
    Er zijn ook een aantal kenmerken
  • 7:42 - 7:44
    die variëren tussen de continenten, zoals
  • 7:44 - 7:48
    die te maken hebben met hoe we voedsel verteren,
  • 7:48 - 7:50
    of die te maken hebben
  • 7:50 - 7:53
    met hoe ons immuunsysteem omgaat met microben
  • 7:53 - 7:55
    die proberen om ons lichaam binnen te vallen.
  • 7:55 - 7:57
    Maar dat zijn allemaal delen van ons lichaam
  • 7:57 - 8:00
    waar we heel direct contact maken met onze omgeving,
  • 8:00 - 8:04
    in een directe confrontatie, als je wil.
  • 8:04 - 8:06
    Het is gemakkelijk je voor te stellen
  • 8:06 - 8:08
    hoe vooral die delen van ons lichaam
  • 8:08 - 8:11
    snel werden beïnvloed door selectie uit de omgeving
  • 8:11 - 8:13
    en de frequenties van genen veranderden
  • 8:13 - 8:15
    die erbij betrokken waren.
  • 8:15 - 8:18
    Maar als we kijken naar andere delen van ons lichaam
  • 8:18 - 8:20
    zonder directe interactie met de omgeving -
  • 8:20 - 8:23
    onze nieren, onze lever, ons hart -
  • 8:23 - 8:25
    dan is er geen manier om te zeggen,
  • 8:25 - 8:27
    door alleen te kijken naar deze organen,
  • 8:27 - 8:30
    waar ter wereld ze vandaan zouden komen.
  • 8:31 - 8:33
    Er is nog een interessant iets
  • 8:33 - 8:36
    af te leiden uit dit besef
  • 8:36 - 8:40
    dat de mens een recente gemeenschappelijke oorsprong heeft in Afrika
  • 8:40 - 8:43
    en dat is dat toen deze mensen
  • 8:43 - 8:45
    ongeveer 100.000 jaar geleden of zo op het toneel verschenen,
  • 8:45 - 8:47
    zij niet de enigen op de planeet waren.
  • 8:47 - 8:50
    Er kwamen andere vormen van mensen voor,
  • 8:50 - 8:53
    de meest bekende misschien de Neanderthalers -
  • 8:53 - 8:55
    deze robuuste vormen van mensen.
  • 8:55 - 8:57
    Vergelijk het skelet links hier
  • 8:57 - 9:01
    met een modern menselijk skelet rechts.
  • 9:01 - 9:04
    Ze bestonden in West-Azië en Europa
  • 9:04 - 9:06
    al enkele honderdduizenden jaren.
  • 9:06 - 9:08
    Een interessante vraag is:
  • 9:08 - 9:10
    wat gebeurde er toen we elkaar ontmoetten?
  • 9:10 - 9:12
    Wat gebeurde er met de Neanderthalers?
  • 9:12 - 9:14
    Om dergelijke vragen te beantwoorden
  • 9:14 - 9:18
    werkt mijn onderzoeksgroep - sinds meer dan 25 jaar -
  • 9:18 - 9:20
    aan methoden om DNA te extraheren
  • 9:20 - 9:22
    van resten van Neanderthalers
  • 9:22 - 9:24
    en uitgestorven dieren
  • 9:24 - 9:27
    die tienduizenden jaren oud zijn.
  • 9:27 - 9:30
    Dit impliceert veel technische problemen,
  • 9:30 - 9:32
    over hoe je het DNA extraheert en
  • 9:32 - 9:35
    hoe je het converteert naar een vorm waarvan je de sequentie kan opstellen.
  • 9:35 - 9:37
    Je moet heel zorgvuldig te werk gaan
  • 9:37 - 9:40
    om te voorkomen dat je de experimenten
  • 9:40 - 9:43
    met DNA van jezelf verontreinigt.
  • 9:43 - 9:46
    Dit, in combinatie met deze methoden
  • 9:46 - 9:50
    die het mogelijk maken dat van heel veel DNA-moleculen zeer snel de sequentie wordt opgesteld,
  • 9:50 - 9:52
    liet ons vorig jaar toe
  • 9:52 - 9:55
    de eerste versie van het Neanderthalergenoom voor te stellen.
  • 9:55 - 9:57
    Jullie kunnen nu op het internet
  • 9:57 - 9:59
    het Neanderthalergenoom terugvinden.
  • 9:59 - 10:02
    Of in ieder geval de 55 procent ervan
  • 10:02 - 10:05
    die we tot nog toe konden reconstrueren.
  • 10:05 - 10:07
    We kunnen het nu vergelijken met de genomen
  • 10:07 - 10:10
    van de mensen van vandaag.
  • 10:10 - 10:12
    Je kan nu
  • 10:12 - 10:14
    vragen:
  • 10:14 - 10:16
    wat gebeurde er toen we elkaar ontmoetten?
  • 10:16 - 10:18
    Zijn we al dan niet met elkaar vermengd geraakt?
  • 10:18 - 10:20
    Daarom kijken we
  • 10:20 - 10:23
    naar de Neanderthaler uit Zuid-Europa
  • 10:23 - 10:25
    en vergelijken zijn genoom met de genomen
  • 10:25 - 10:27
    van de mensen die er vandaag de dag wonen.
  • 10:27 - 10:29
    We beginnen
  • 10:29 - 10:31
    met paren van individuen,
  • 10:31 - 10:33
    te beginnen met twee Afrikanen.
  • 10:33 - 10:35
    We kijken naar twee Afrikaanse genomen,
  • 10:35 - 10:38
    zoeken plaatsen waar ze van elkaar verschillen
  • 10:38 - 10:41
    en vragen in elk geval: hoe ziet dat van een Neanderthaler er uit?
  • 10:41 - 10:44
    Komt het overeen met dat van een van de Afrikanen?
  • 10:44 - 10:47
    We verwachten geen verschil
  • 10:47 - 10:49
    omdat de Neanderthalers nooit in Afrika zijn geweest.
  • 10:49 - 10:52
    Ze moeten gelijk zijn want er is geen reden om dichter
  • 10:52 - 10:55
    bij de ene dan bij de andere Afrikaan te liggen.
  • 10:55 - 10:57
    Dat is inderdaad het geval.
  • 10:57 - 10:59
    Statistisch gezien is er geen verschil
  • 10:59 - 11:03
    in hoe vaak de Neanderthaler overeenkomt met de ene of de andere Afrikaan.
  • 11:03 - 11:05
    Maar het is anders
  • 11:05 - 11:09
    als we kijken naar de Europeaan en een Afrikaan.
  • 11:09 - 11:12
    Dan komt
  • 11:12 - 11:14
    een Neanderthaler significant vaker overeen met de Europeaan
  • 11:14 - 11:16
    dan met de Afrikaan.
  • 11:16 - 11:19
    Hetzelfde geldt als we kijken naar een Chinees
  • 11:19 - 11:21
    en een Afrikaan.
  • 11:21 - 11:25
    De Neanderthaler zal vaker overeenkomen met de Chinees.
  • 11:25 - 11:27
    Dit kan ook verrassend zijn
  • 11:27 - 11:29
    omdat de Neanderthalers nooit in China waren.
  • 11:29 - 11:33
    Het model dat we hebben voorgesteld om dit uit te leggen
  • 11:33 - 11:35
    is dat wanneer de moderne mens uit Afrika kwam
  • 11:35 - 11:38
    ongeveer 100.000 jaar geleden,
  • 11:38 - 11:40
    ze Neanderthalers tegenkwamen.
  • 11:40 - 11:43
    Vermoedelijk eerst in het Midden-Oosten
  • 11:43 - 11:45
    waar Neanderthalers woonden.
  • 11:45 - 11:47
    Nadat ze zich dan met elkaar vermengden,
  • 11:47 - 11:49
    namen die moderne mensen,
  • 11:49 - 11:51
    de voorouders
  • 11:51 - 11:53
    van iedereen buiten Afrika,
  • 11:53 - 11:56
    deze Neanderthalercomponent met zich mee in hun genoom
  • 11:56 - 11:58
    naar de rest van de wereld.
  • 11:58 - 12:01
    Zodat vandaag de dag de mensen buiten Afrika
  • 12:01 - 12:04
    ongeveer twee en een half procent van hun DNA
  • 12:04 - 12:06
    van de Neanderthalers hebben.
  • 12:06 - 12:09
    Nu hebben we een Neanderthalergenoom
  • 12:09 - 12:11
    als referentiepunt
  • 12:11 - 12:13
    en de technologieën
  • 12:13 - 12:15
    om oude restanten te onderzoeken
  • 12:15 - 12:17
    en het DNA te extraheren.
  • 12:17 - 12:21
    We kunnen nu beginnen om deze kennis elders in de wereld toe te passen.
  • 12:21 - 12:24
    Voor het eerst hebben we dat gedaan in Zuid-Siberië
  • 12:24 - 12:26
    in het Altai gebergte
  • 12:26 - 12:28
    op een plaats Denisova genaamd.
  • 12:28 - 12:30
    In een grotsite op deze berg hier,
  • 12:30 - 12:33
    vonden archeologen in 2008
  • 12:33 - 12:35
    een heel klein stukje bot -
  • 12:35 - 12:37
    dit is er een kopie van -
  • 12:37 - 12:41
    uit het laatste kootje
  • 12:41 - 12:44
    van een pink van een mens.
  • 12:44 - 12:46
    Het was goed genoeg bewaard gebleven
  • 12:46 - 12:49
    om het DNA van deze persoon te bepalen.
  • 12:49 - 12:51
    Eigenlijk zelfs beter
  • 12:51 - 12:53
    dan voor de Neanderthalers.
  • 12:53 - 12:55
    We begonnen dit DNA te vergelijken met het Neanderthalergenoom
  • 12:55 - 12:58
    en met dat van de huidige mens.
  • 12:58 - 13:00
    We vonden dat de DNA-sequenties van deze persoon
  • 13:00 - 13:03
    een gemeenschappelijke oorsprong
  • 13:03 - 13:07
    hadden met die van de Neanderthalers van rond 640.000 jaar geleden.
  • 13:07 - 13:10
    Verder terug, zo’n 800.000 jaar geleden,
  • 13:10 - 13:12
    is er een gemeenschappelijke oorsprong
  • 13:12 - 13:14
    met de huidige mensen.
  • 13:14 - 13:16
    Deze persoon is dus afkomstig van een populatie
  • 13:16 - 13:19
    van dezelfde oorsprong als de Neanderthalers,
  • 13:19 - 13:22
    maar ver terug en na een lange onafhankelijke geschiedenis.
  • 13:22 - 13:24
    We noemen deze groep van mensen
  • 13:24 - 13:26
    die we dan voor het eerst beschreven
  • 13:26 - 13:28
    aan de hand van dit kleine, piepkleine stukje bot,
  • 13:28 - 13:30
    de Denisovans,
  • 13:30 - 13:33
    naar de plaats waar ze voor het eerst werden beschreven.
  • 13:33 - 13:36
    We kunnen dan dezelfde vragen stellen over de Denisovans
  • 13:36 - 13:38
    als over de Neanderthalers:
  • 13:38 - 13:42
    hebben ze zich vermengd met de voorouders van de huidige mensen?
  • 13:42 - 13:44
    Als we die vraag stellen,
  • 13:44 - 13:46
    en het Denisovangenoom vergelijken
  • 13:46 - 13:48
    met mensen van over de hele wereld,
  • 13:48 - 13:50
    vinden we verrassend genoeg
  • 13:50 - 13:52
    geen bewijs van Denisovan-DNA
  • 13:52 - 13:57
    bij alle mensen vandaag in de buurt van Siberië.
  • 13:57 - 13:59
    Maar we vinden het terug in Papoea-Nieuw-Guinea
  • 13:59 - 14:03
    en in andere eilanden in Melanesië en de Pacific.
  • 14:03 - 14:05
    Dit betekent waarschijnlijk
  • 14:05 - 14:08
    dat deze Denisovans meer verspreid waren in het verleden,
  • 14:08 - 14:11
    omdat we niet denken dat de voorouders van Melanesiërs
  • 14:11 - 14:13
    ooit in Siberië waren.
  • 14:13 - 14:15
    Door het bestuderen van
  • 14:15 - 14:18
    het genoom van uitgestorven mensen,
  • 14:18 - 14:21
    beginnen we te komen tot een beeld van hoe de wereld eruit zag
  • 14:21 - 14:24
    toen de moderne mens uit Afrika kwam.
  • 14:24 - 14:27
    In het Westen waren er Neanderthalers,
  • 14:27 - 14:29
    in het Oosten Denisovans -
  • 14:29 - 14:31
    misschien ook nog andere vormen van mensen
  • 14:31 - 14:33
    die we nog niet hebben beschreven.
  • 14:33 - 14:36
    We weten niet precies waar de grenzen tussen deze mensen lagen,
  • 14:36 - 14:38
    maar we weten dat in Zuid-Siberië
  • 14:38 - 14:40
    er ooit in het verleden
  • 14:40 - 14:43
    zowel Neanderthalers als Denisovans waren.
  • 14:43 - 14:46
    Dan ontstond ergens in Afrika de moderne mens.
  • 14:46 - 14:49
    Hij verliet Afrika, vermoedelijk naar het Midden-Oosten.
  • 14:49 - 14:52
    Ze ontmoeten de Neanderthalers, vermengden zich met hen
  • 14:52 - 14:55
    en verspreidden zich verder over de hele wereld.
  • 14:55 - 14:58
    Ergens in Zuidoost-Azië
  • 14:58 - 15:00
    ontmoetten ze de Denisovans en vermengden zich met hen
  • 15:00 - 15:03
    en reisden verder naar de Stille Oceaan.
  • 15:03 - 15:06
    Deze vroegere vormen van de mens verdwenen
  • 15:06 - 15:09
    maar ze leven vandaag een klein beetje verder
  • 15:09 - 15:11
    in sommigen van ons -
  • 15:11 - 15:14
    doordat mensen buiten Afrika twee en een half procent
  • 15:14 - 15:16
    van hun DNA van de Neanderthalers hebben
  • 15:16 - 15:18
    en mensen in Melanesië
  • 15:18 - 15:21
    ongeveer een extra vijf procent
  • 15:21 - 15:24
    van de Denisovans.
  • 15:24 - 15:26
    Betekent dat dan dat er
  • 15:26 - 15:28
    een aantal absolute verschillen zijn
  • 15:28 - 15:31
    tussen de mensen buiten Afrika en binnen Afrika
  • 15:31 - 15:33
    doordat mensen buiten Afrika
  • 15:33 - 15:35
    deze oude component van deze uitgestorven vormen
  • 15:35 - 15:37
    van de mens in hun genoom hebben,
  • 15:37 - 15:39
    terwijl dat niet zo is voor de Afrikanen?
  • 15:39 - 15:42
    Nou, ik denk niet dat dat het geval is.
  • 15:42 - 15:44
    Vermoedelijk ontstond de moderne mens
  • 15:44 - 15:46
    ergens in Afrika.
  • 15:46 - 15:49
    Ze verspreidden zich natuurlijk ook over Afrika
  • 15:49 - 15:52
    en er waren daar ook nog oudere, eerdere vormen van mensen.
  • 15:52 - 15:54
    Omdat we elders vermengd zijn,
  • 15:54 - 15:56
    ben ik er vrij zeker van dat op een dag,
  • 15:56 - 15:58
    wanneer we misschien ook een genoom
  • 15:58 - 16:00
    van deze eerdere vormen in Afrika zullen hebben gevonden,
  • 16:00 - 16:02
    we zullen zien dat ze ook vermengd waren
  • 16:02 - 16:05
    met vroege moderne mensen in Afrika.
  • 16:06 - 16:08
    Dus kort samengevat:
  • 16:08 - 16:10
    wat hebben we geleerd van het bestuderen van het genoom
  • 16:10 - 16:12
    van de huidige mensen
  • 16:12 - 16:14
    en de uitgestorven mensen?
  • 16:14 - 16:16
    We leerden misschien wel veel dingen,
  • 16:16 - 16:21
    maar een ding dat ik belangrijk vind om te vermelden, is
  • 16:21 - 16:24
    de les dat we ons altijd hebben vermengd.
  • 16:24 - 16:26
    We hebben ons vermengd met deze eerdere vormen van mensen,
  • 16:26 - 16:28
    waar we ze ook ontmoetten,
  • 16:28 - 16:32
    en we vermengden ons sinds die tijd altijd met elkaar.
  • 16:32 - 16:34
    Dank voor jullie aandacht.
  • 16:34 - 16:40
    (Applaus)
Title:
Svante Paabo: wat DNA vertelt over de Neanderthaler in ons
Speaker:
Svante Pääbo
Description:

Uit de resultaten van een massieve, wereldwijde studie toont geneticus Svante Pääbo aan de hand van het DNA aan dat de vroege mensen zich met Neanderthalers vermengden nadat wij ons vanuit Afrika hadden verspreid. (Ja, velen van ons hebben Neanderthaler-DNA.) Hij toont ook aan hoe een uiterst klein stukje bot van een babyvinger genoeg was om een geheel nieuwe mensensoort te identificeren.

more » « less
Video Language:
English
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
16:41
Rik Delaet added a translation

Dutch subtitles

Revisions