Return to Video

De 4 verhalen die we vertellen over de dood

  • 0:00 - 0:02
    Ik heb een vraag:
  • 0:02 - 0:06
    wie van jullie herinnert zich
    wanneer je voor het eerst besefte
  • 0:06 - 0:09
    dat je dood zou gaan?
  • 0:09 - 0:12
    Ik wel. Ik was een kind
  • 0:12 - 0:15
    en mijn grootvader was net gestorven.
  • 0:15 - 0:19
    Ik herinner me dat ik een paar dagen later
    ’s nachts in bed lag
  • 0:19 - 0:22
    en probeerde te begrijpen
    wat er gebeurd was.
  • 0:22 - 0:25
    Wat betekende het dat hij dood was?
  • 0:25 - 0:27
    Waar was hij naartoe?
  • 0:27 - 0:30
    Het was alsof er een gat
    in de werkelijkheid was opengegaan
  • 0:30 - 0:32
    en hem had verzwolgen.
  • 0:32 - 0:35
    Maar toen kwam een echt schokkende vraag
    bij me op:
  • 0:35 - 0:38
    als hij kon sterven,
    kon mij dat dan ook overkomen?
  • 0:38 - 0:42
    Kon dat gat in de werkelijkheid
    mij ook verzwelgen?
  • 0:42 - 0:44
    Zou het opengaan onder mijn bed
  • 0:44 - 0:47
    en me in mijn slaap opslokken?
  • 0:47 - 0:51
    Op een gegeven moment wordt elk kind
    zich bewust van de dood.
  • 0:51 - 0:53
    Het kan natuurlijk
    op verschillende manieren gebeuren
  • 0:53 - 0:55
    en meestal gaat het in fasen.
  • 0:55 - 0:58
    Ons idee van de dood ontwikkelt zich
    naarmate we ouder worden.
  • 0:58 - 1:01
    Als je teruggaat naar de donkere hoeken
  • 1:01 - 1:03
    van je geheugen,
  • 1:03 - 1:06
    kan je je misschien voorstellen wat ik voelde
  • 1:06 - 1:08
    toen mijn grootvader stierf
  • 1:08 - 1:11
    en ik besefte dat het mij
    ook zou kunnen overkomen,
  • 1:11 - 1:13
    het gevoel dat achter dit alles
  • 1:13 - 1:17
    de leegte wacht.
  • 1:17 - 1:19
    Deze ontwikkeling tijdens de kinderjaren
  • 1:19 - 1:22
    weerspiegelt de ontwikkeling van onze soort.
  • 1:22 - 1:25
    Net zoals er een punt is
    in je ontwikkeling als kind
  • 1:25 - 1:29
    wanneer je gevoel van eigenwaarde en tijd
  • 1:29 - 1:31
    geavanceerd genoeg werd
  • 1:31 - 1:35
    om je te realiseren dat je sterfelijk bent,
  • 1:35 - 1:38
    zo werd op een bepaald punt
    in de evolutie van onze soort
  • 1:38 - 1:41
    iemands gevoel van eigenwaarde en tijd
  • 1:41 - 1:44
    geavanceerd genoeg
  • 1:44 - 1:47
    om zich als eerste mens te realiseren:
  • 1:47 - 1:50
    "Ik ga doodgaan."
  • 1:50 - 1:52
    Dat is, als je wil, onze vloek.
  • 1:52 - 1:56
    Het is de prijs die we betalen
    om zo verdomde verstandig te zijn.
  • 1:56 - 1:59
    We moeten leven in de wetenschap
  • 1:59 - 2:01
    dat het slechtste ding
    dat ons ooit kan overkomen
  • 2:01 - 2:03
    op een dag zeker zal gebeuren.
  • 2:03 - 2:04
    Het einde van al onze plannen,
  • 2:04 - 2:08
    onze hoop, onze dromen,
    van onze individuele wereld.
  • 2:08 - 2:11
    We leven allemaal in de schaduw
  • 2:11 - 2:13
    van een persoonlijke apocalyps.
  • 2:13 - 2:16
    Dat is beangstigend.
    Het is verschrikkelijk.
  • 2:16 - 2:18
    Dus zoeken we een uitweg.
  • 2:18 - 2:21
    Toen ik 5 jaar oud was,
  • 2:21 - 2:24
    was dat vragen aan mijn moeder.
  • 2:24 - 2:27
    Toen ik begon te vragen
  • 2:27 - 2:29
    naar wat er gebeurt als we sterven,
  • 2:29 - 2:31
    antwoordden de volwassenen om me heen
  • 2:31 - 2:34
    met een typische Engelse mix van onhandigheid
  • 2:34 - 2:37
    en halfslachtig christendom.
  • 2:37 - 2:39
    Wat ik meestal te horen kreeg,
  • 2:39 - 2:40
    was dat opa nu
  • 2:40 - 2:43
    "van daarboven op ons neer zat te kijken"
  • 2:43 - 2:46
    en dat, mocht ik ook sterven,
    - wat natuurlijk niet zou gebeuren -
  • 2:46 - 2:49
    ik ook naar boven zou gaan.
  • 2:49 - 2:51
    Dat maakte de dood
  • 2:51 - 2:53
    tot een soort existentiële lift.
  • 2:53 - 2:56
    Nu klinkt dit niet zeer aannemelijk.
  • 2:56 - 2:59
    Ik keek toen naar nieuwsprogramma’s voor kinderen.
  • 2:59 - 3:02
    Het was het tijdperk van verkenning van de ruimte.
  • 3:02 - 3:04
    Er gingen voortdurend raketten de lucht,
  • 3:04 - 3:07
    de ruimte in, naar boven.
  • 3:07 - 3:09
    Maar geen van die astronauten
  • 3:09 - 3:12
    zei ooit dat hij daarboven
    mijn opa was tegengekomen.
  • 3:12 - 3:15
    Ook geen andere dode mensen.
  • 3:15 - 3:16
    Maar ik had schrik,
  • 3:16 - 3:18
    en het idee een existentiële lift te nemen
  • 3:18 - 3:20
    om mijn opa te zien,
  • 3:20 - 3:21
    klonk een stuk beter
    dan opgeslokt te worden
  • 3:21 - 3:24
    door de leegte terwijl ik sliep.
  • 3:24 - 3:27
    Dus geloofde ik het maar,
  • 3:27 - 3:29
    ook al leek het niet erg zinnig.
  • 3:29 - 3:32
    Dit denkproces dat ik
  • 3:32 - 3:34
    als kind doormaakte
    en sindsdien al vele malen doormaakte,
  • 3:34 - 3:36
    ook als volwassene,
  • 3:36 - 3:38
    is een product van wat psychologen
  • 3:38 - 3:40
    een vooroordeel noemen.
  • 3:40 - 3:43
    Een vooroordeel is een manier waarop we
  • 3:43 - 3:45
    dingen systematisch verkeerd zien,
  • 3:45 - 3:48
    waarop we fout inschatten,
    ons vergissen,
  • 3:48 - 3:51
    de werkelijkheid verdraaien,
    of zien wat we willen zien.
  • 3:51 - 3:53
    Het vooroordeel waar ik over spreek,
  • 3:53 - 3:55
    werkt zo:
  • 3:55 - 3:57
    als je mensen confronteert met het feit
  • 3:57 - 3:59
    dat ze gaan sterven,
  • 3:59 - 4:02
    zullen ze zowat elk verhaal geloven
  • 4:02 - 4:04
    dat zegt dat het niet waar is
  • 4:04 - 4:06
    en dat ze in plaats daarvan
    voor altijd zullen leven,
  • 4:06 - 4:10
    zelfs als ze dan
    een existentiële lift moeten nemen.
  • 4:10 - 4:14
    Nu weten we dat dit het grootste vooroordeel is
    dat er bestaat.
  • 4:14 - 4:17
    Dat is aangetoond in
    meer dan 400 onderzoeken.
  • 4:17 - 4:19
    Het is aangetoond in
    meer dan 400 onderzoeken.
  • 4:19 - 4:22
    Deze onderzoeken zitten ingenieus in elkaar,
    maar toch zijn ze eenvoudig van opzet.
  • 4:22 - 4:23
    Ze werken zo:
  • 4:23 - 4:25
    neem twee groepen mensen
  • 4:25 - 4:28
    die in alle relevante opzichten
    op elkaar lijken,
  • 4:28 - 4:30
    en je herinnert één groep eraan
    dat ze gaan sterven,
  • 4:30 - 4:33
    maar de andere niet,
    en dan ga je hun gedrag vergelijken.
  • 4:33 - 4:37
    Dan kun je observeren
    hoe het hun gedrag gaat beïnvloeden
  • 4:37 - 4:41
    als ze zich hun sterfelijkheid realiseren.
  • 4:41 - 4:44
    Telkens weer krijg je hetzelfde resultaat:
  • 4:44 - 4:47
    mensen die bewust werden gemaakt
    van hun sterfelijkheid
  • 4:47 - 4:49
    geloven gemakkelijker verhalen
  • 4:49 - 4:51
    die hen vertellen
    dat ze aan de dood kunnen ontsnappen
  • 4:51 - 4:52
    om voor eeuwig te leven.
  • 4:52 - 4:55
    Hier een voorbeeld:
    een recente studie
  • 4:55 - 4:57
    nam twee groepen agnosten -
  • 4:57 - 4:59
    dat zijn mensen die onbeslist zijn
  • 4:59 - 5:02
    in hun religieuze overtuigingen.
  • 5:02 - 5:05
    Een werd groep gevraagd
    om na te denken over dood zijn.
  • 5:05 - 5:07
    De andere groep werd gevraagd
    om na te denken over eenzaam zijn.
  • 5:07 - 5:09
    De andere groep werd gevraagd
    om na te denken over eenzaam zijn.
  • 5:09 - 5:11
    Vervolgens werd opnieuw gepeild
    naar hun religieuze overtuigingen.
  • 5:11 - 5:14
    De groep die had nagedacht over dood zijn,
  • 5:14 - 5:18
    had daarna tweemaal zoveel kans
    om te gaan geloven
  • 5:18 - 5:19
    in God en Jezus.
  • 5:19 - 5:21
    Dubbel waarschijnlijk.
  • 5:21 - 5:24
    Hoewel ze voordien
    allen even agnostisch waren.
  • 5:24 - 5:26
    Maar confronteer ze
    met de angst voor de dood
  • 5:26 - 5:30
    en ze lopen naar Jezus.
  • 5:30 - 5:33
    Dit toont aan dat
    als je mensen herinnert aan de dood
  • 5:33 - 5:36
    het hen naar geloof drijft,
    ongeacht het bewijsmateriaal.
  • 5:36 - 5:38
    Dat werkt niet alleen voor religie,
  • 5:38 - 5:41
    maar voor elk soort geloofssysteem
  • 5:41 - 5:44
    dat enige vorm van onsterfelijkheid belooft.
  • 5:44 - 5:46
    Of het nu beroemd worden is
  • 5:46 - 5:47
    of kinderen hebben
  • 5:47 - 5:49
    of zelfs nationalisme.
  • 5:49 - 5:52
    Dat belooft je een voortbestaan
    als onderdeel van een groter geheel.
  • 5:52 - 5:54
    Dat vooroordeel heeft de loop
    van de menselijke geschiedenis bepaald.
  • 5:54 - 5:57
    Dat vooroordeel heeft de loop
    van de menselijke geschiedenis bepaald.
  • 5:57 - 5:59
    De theorie achter dit vooroordeel
  • 5:59 - 6:01
    in de meer dan 400 studies
  • 6:01 - 6:03
    heet de ‘terror management theory’.
  • 6:03 - 6:06
    Het idee erachter is eenvoudig.
  • 6:06 - 6:08
    Wij ontwikkelen onze wereldbeelden:
  • 6:08 - 6:10
    de verhalen die we onszelf vertellen
  • 6:10 - 6:13
    over de wereld en onze plaats erin
  • 6:13 - 6:15
    om ons te helpen
  • 6:15 - 6:18
    omgaan met de angst voor de dood.
  • 6:18 - 6:20
    Deze onsterfelijkheidsverhalen
  • 6:20 - 6:23
    uiten zich op duizenden verschillende manieren.
  • 6:23 - 6:27
    Ik denk echter dat achter de schijnbare diversiteit
  • 6:27 - 6:29
    er slechts vier basisvormen
  • 6:29 - 6:33
    van onsterfelijkheid schuilgaan.
  • 6:33 - 6:35
    We zien die doorheen de geschiedenis
  • 6:35 - 6:38
    telkens weer met lichte variaties opduiken,
  • 6:38 - 6:41
    steeds aangepast aan de actuele woordenschat.
  • 6:41 - 6:43
    Ik wil deze vier basisvormen
    van onsterfelijkheid
  • 6:43 - 6:45
    nu kort introduceren,
  • 6:45 - 6:47
    om jullie een idee te geven
  • 6:47 - 6:49
    van hoe ze door elke cultuur
  • 6:49 - 6:51
    of generatie worden gebracht
  • 6:51 - 6:53
    aangepast aan de actuele woordenschat.
  • 6:53 - 6:56
    De eerste vorm is het eenvoudigst.
  • 6:56 - 6:58
    We willen de dood vermijden.
  • 6:58 - 7:00
    De droom om dat te doen
    in je huidige lichaam,
  • 7:00 - 7:02
    in deze wereld en voor altijd,
  • 7:02 - 7:05
    is het eerste en eenvoudigste
    soort onsterfelijkheid.
  • 7:05 - 7:08
    Op het eerste zicht niet erg plausibel,
  • 7:08 - 7:12
    maar bijna elke cultuur
    in de menselijke geschiedenis
  • 7:12 - 7:14
    kent mythes of legendes
  • 7:14 - 7:16
    over een levenselixir
    of een bron van eeuwige jeugd
  • 7:16 - 7:19
    of iets dat belooft
  • 7:19 - 7:22
    ons voor altijd aan de gang te houden.
  • 7:22 - 7:24
    Het oude Egypte kende dergelijke mythen,
  • 7:24 - 7:26
    het oude Babylon, het oude India.
  • 7:26 - 7:29
    In de hele Europese geschiedenis vinden we ze
    in het werk van de alchemisten.
  • 7:29 - 7:32
    En natuurlijk ook vandaag nog
    geloven we erin,
  • 7:32 - 7:35
    alleen vertellen wij het verhaal nu
  • 7:35 - 7:36
    in termen van wetenschap.
  • 7:36 - 7:38
    Zo’n 100 jaar geleden,
  • 7:38 - 7:40
    toen de hormonen net waren ontdekt,
  • 7:40 - 7:41
    hoopten mensen dat hormoonbehandelingen
  • 7:41 - 7:44
    veroudering en ziekte zouden genezen.
  • 7:44 - 7:47
    Nu stellen we onze hoop op stamcellen,
  • 7:47 - 7:49
    genetische manipulatie en nanotechnologie.
  • 7:49 - 7:53
    Maar het idee dat wetenschap
    de dood kan genezen
  • 7:53 - 7:56
    is maar een extra hoofdstuk
    in het verhaal
  • 7:56 - 7:58
    van het magische elixir,
  • 7:58 - 8:02
    een verhaal zo oud als de beschaving.
  • 8:02 - 8:05
    Maar alles inzetten op het idee
    om het elixir te vinden
  • 8:05 - 8:06
    om voor eeuwig te blijven leven,
  • 8:06 - 8:08
    is een riskante strategie.
  • 8:08 - 8:10
    Wanneer we terugkijken in de geschiedenis
  • 8:10 - 8:13
    naar al diegenen die in het verleden
    een elixir hebben gezocht:
  • 8:13 - 8:15
    het enige dat ze nu gemeen hebben,
  • 8:15 - 8:18
    is dat ze allemaal dood zijn.
  • 8:18 - 8:21
    We moeten dus een back-upplan hebben,
    en precies dit soort plan B
  • 8:21 - 8:25
    is wat de tweede soort onsterfelijkheid biedt:
  • 8:25 - 8:27
    de verrijzenis.
  • 8:27 - 8:29
    Ze houdt vast aan het idee van dit lichaam,
  • 8:29 - 8:31
    van dit fysieke organisme.
  • 8:31 - 8:33
    Ze aanvaardt dat ik moet doodgaan,
  • 8:33 - 8:35
    maar ondanks dat
  • 8:35 - 8:37
    zal ik verrijzen en weer leven.
  • 8:37 - 8:40
    Met andere woorden: doen wat Jezus deed.
  • 8:40 - 8:42
    Jezus stierf, lag drie dagen in zijn graf,
  • 8:42 - 8:45
    verrees toen en leefde weer.
  • 8:45 - 8:48
    Het idee dat we dat allemaal gaan kunnen,
  • 8:48 - 8:50
    is het orthodoxe geloof,
    niet alleen voor christenen
  • 8:50 - 8:53
    maar ook voor joden en moslims.
  • 8:53 - 8:55
    Onze wens om dit verhaal te geloven,
  • 8:55 - 8:57
    is zo diep ingebed
  • 8:57 - 8:59
    dat we het opnieuw uitvinden
  • 8:59 - 9:01
    voor het wetenschappelijke tijdperk.
  • 9:01 - 9:04
    Bijvoorbeeld met het idee van cryonisme.
  • 9:04 - 9:05
    Dat is het idee dat wanneer je sterft,
  • 9:05 - 9:07
    je jezelf laat invriezen.
  • 9:07 - 9:10
    Als de technologie
  • 9:10 - 9:11
    geavanceerd genoeg is,
  • 9:11 - 9:13
    word je ontdooid, gerepareerd
    en nieuw leven ingeblazen.
  • 9:13 - 9:14
    En ben je dus herrezen.
  • 9:14 - 9:17
    Sommigen geloven in een almachtige god
  • 9:17 - 9:19
    die hen zal laten herrijzen,
  • 9:19 - 9:23
    anderen geloven dat een almachtige wetenschapper
    dat zal doen.
  • 9:23 - 9:26
    Maar voor anderen doet het hele idee van heropstanding,
  • 9:26 - 9:28
    uit het graf klimmen,
  • 9:28 - 9:30
    teveel denken aan een slechte zombie-film.
  • 9:30 - 9:33
    Ze vinden het lichaam
    te slordig, te onbetrouwbaar
  • 9:33 - 9:35
    om eeuwig leven te garanderen.
  • 9:35 - 9:39
    Die hebben hun hoop gesteld op een derde,
  • 9:39 - 9:41
    meer spirituele onsterfelijkheid:
  • 9:41 - 9:43
    het idee dat we ons lichaam achterlaten
  • 9:43 - 9:45
    en verder leven als ziel.
  • 9:45 - 9:47
    De meerderheid van de mensen op Aarde
  • 9:47 - 9:49
    gelooft dat ze een ziel hebben.
  • 9:49 - 9:51
    Het idee staat centraal in veel religies.
  • 9:51 - 9:54
    Maar ook al is het idee van een ziel
  • 9:54 - 9:56
    in zijn traditionele vorm
  • 9:56 - 9:58
    nog steeds enorm populair,
  • 9:58 - 9:59
    toch zijn we ze gaan heruitvinden
  • 9:59 - 10:01
    voor het digitale tijdperk.
  • 10:01 - 10:03
    Bijvoorbeeld met het idee
  • 10:03 - 10:05
    dat je je lichaam kunt achterlaten
  • 10:05 - 10:07
    door het uploaden van je geest, je essentie,
  • 10:07 - 10:09
    je echte jij, op een computer,
  • 10:09 - 10:14
    en zo verder leven
    als een avatar in de ether.
  • 10:14 - 10:16
    Maar dan zijn er weer sceptici
    die zeggen
  • 10:16 - 10:18
    dat we moeten kijken
    naar het bewijs van de wetenschap,
  • 10:18 - 10:19
    vooral de neurowetenschap.
  • 10:19 - 10:21
    Die suggereert dat je geest,
  • 10:21 - 10:23
    je essentie, je echte jij,
  • 10:23 - 10:25
    zeer afhankelijk is van een bepaald deel
  • 10:25 - 10:27
    van je lichaam, te weten: je hersenen.
  • 10:27 - 10:30
    Die sceptici vinden dan weer troost
  • 10:30 - 10:32
    in de vierde soort van onsterfelijkheid,
  • 10:32 - 10:34
    en dat is nalatenschap,
  • 10:34 - 10:36
    het idee dat je kunt verder leven
  • 10:36 - 10:38
    door de echo die je nalaat in de wereld,
  • 10:38 - 10:41
    zoals de grote Griekse krijger Achilles,
  • 10:41 - 10:43
    die zijn leven opofferde
    door te vechten in Troje
  • 10:43 - 10:46
    om onsterfelijke roem te verwerven.
  • 10:46 - 10:48
    Het nastreven van roem
    is nu even wijdverbreid
  • 10:48 - 10:51
    en populair als het ooit was.
  • 10:51 - 10:52
    In ons digitale tijdperk
  • 10:52 - 10:54
    is het zelfs gemakkelijker te bereiken.
  • 10:54 - 10:56
    Je hoeft geen grote krijger als Achilles
  • 10:56 - 10:58
    of grote koning of held meer te zijn.
  • 10:58 - 11:03
    Je hebt enkel een internetverbinding nodig
    en een grappige kat. (Gelach)
  • 11:03 - 11:05
    Maar sommige mensen geven de voorkeur
    aan een meer tastbare,
  • 11:05 - 11:08
    biologische nalatenschap: kinderen bijvoorbeeld.
  • 11:08 - 11:10
    Of ze hopen verder te leven
  • 11:10 - 11:12
    als onderdeel van een groter geheel,
  • 11:12 - 11:14
    een natie, familie of stam,
  • 11:14 - 11:17
    hun genenpoel.
  • 11:17 - 11:18
    Maar toch zijn er sceptici
  • 11:18 - 11:20
    die twijfelen of nalatenschap
  • 11:20 - 11:22
    echte onsterfelijkheid is.
  • 11:22 - 11:24
    Woody Allen zei bijvoorbeeld:
  • 11:24 - 11:27
    "Ik wil niet verder leven
    in de harten van mijn landgenoten.
  • 11:27 - 11:29
    Ik wil verder leven in mijn appartement."
  • 11:29 - 11:31
    Dat zijn dan de vier basissoorten onsterfelijkheid.
  • 11:31 - 11:33
    Dat zijn dan de vier basissoorten onsterfelijkheid.
  • 11:33 - 11:34
    Ik probeerde mee te geven
  • 11:34 - 11:37
    hoe ze door elke generatie werden doorverteld
  • 11:37 - 11:38
    met slechts lichte variaties
  • 11:38 - 11:41
    naar de trend van het ogenblik.
  • 11:41 - 11:44
    Het feit dat ze telkens weer in gelijkaardige vorm
  • 11:44 - 11:47
    terugkeren in verschillende geloofssystemen,
  • 11:47 - 11:49
    suggereert dat we sceptisch
  • 11:49 - 11:51
    moeten zijn over de waarheid
  • 11:51 - 11:55
    van elke versie van deze verhalen.
  • 11:55 - 11:57
    Het feit dat sommige mensen geloven
  • 11:57 - 12:00
    dat een almachtige god
    hen zal laten herleven
  • 12:00 - 12:03
    en anderen dat een almachtige wetenschapper
    dat zal doen,
  • 12:03 - 12:06
    suggereert dat niemand dit echt gelooft
  • 12:06 - 12:09
    op basis van bewijsmateriaal.
  • 12:09 - 12:11
    Nee, wij geloven deze verhalen
  • 12:11 - 12:13
    omdat we geprogrammeerd zijn
    om ze te geloven,
  • 12:13 - 12:15
    en we geloven ze
  • 12:15 - 12:19
    omdat we zo bang zijn voor de dood.
  • 12:19 - 12:21
    Dus is de vraag:
  • 12:21 - 12:25
    zijn we gedoemd om het ene leven
    dat we hebben
  • 12:25 - 12:29
    zo te leiden dat het wordt gekenmerkt
    door angst en ontkenning,
  • 12:29 - 12:32
    of kunnen we dit vooroordeel overwinnen?
  • 12:32 - 12:34
    De Griekse filosoof Epicurus
  • 12:34 - 12:36
    dacht dat we dat konden.
  • 12:36 - 12:39
    Hij zei dat angst
    voor de dood wel natuurlijk,
  • 12:39 - 12:42
    maar niet rationeel is.
  • 12:42 - 12:45
    "Dood", zei hij, "betekent niets voor ons,
  • 12:45 - 12:47
    omdat wanneer wij er zijn,
    de dood er niet is,
  • 12:47 - 12:51
    en als de dood er is,
    zijn wij er niet meer."
  • 12:51 - 12:53
    Dit is vaak geciteerd,
    maar het is moeilijk
  • 12:53 - 12:55
    om het echt te begrijpen,
    om het echt in je op te nemen,
  • 12:55 - 12:57
    omdat net dit idee van er niet meer te zijn
  • 12:57 - 13:00
    zo moeilijk voor te stellen is.
  • 13:00 - 13:02
    Een 2000 jaar later
    beschreef een andere filosoof,
  • 13:02 - 13:05
    Ludwig Wittgenstein, het zo:
  • 13:05 - 13:08
    "De dood is geen gebeurtenis in ons leven:
  • 13:08 - 13:12
    we zullen de dood niet levend ervaren.
  • 13:12 - 13:13
    En daarom kent het leven
  • 13:13 - 13:16
    in deze zin geen einde."
  • 13:16 - 13:19
    Voor mij als kind was het dus natuurlijk
  • 13:19 - 13:22
    angst te hebben om opgeslokt
    te worden door de leegte,
  • 13:22 - 13:23
    maar het was niet rationeel,
  • 13:23 - 13:25
    omdat opgeslokt worden door de leegte
  • 13:25 - 13:27
    niets is dat iemand van ons
  • 13:27 - 13:31
    ooit zal ervaren.
  • 13:31 - 13:33
    Dit vooroordeel overwinnen is niet gemakkelijk
  • 13:33 - 13:36
    omdat de angst voor de dood
    zo diep in ons geworteld is.
  • 13:36 - 13:41
    Maar als we inzien
    dat de angst zelf niet rationeel is,
  • 13:41 - 13:43
    en wanneer we zelf gaan doorhebben
  • 13:43 - 13:46
    hoe die angst onze vooroordelen beïnvloedt,
  • 13:46 - 13:47
    dan kunnen we er op zijn minst
    aan gaan werken
  • 13:47 - 13:50
    om die invloed
  • 13:50 - 13:52
    op ons leven te minimaliseren.
  • 13:52 - 13:55
    Ik vind dat het helpt
  • 13:55 - 13:57
    om het leven te zien als een boek.
  • 13:57 - 13:59
    Net als een boek wordt begrensd
    door zijn omslag,
  • 13:59 - 14:00
    door begin en einde,
  • 14:00 - 14:04
    worden onze levens begrensd
    door geboorte en dood,
  • 14:04 - 14:08
    en al wordt een boek begrensd
    door begin en einde,
  • 14:08 - 14:10
    kan het verre landschappen,
  • 14:10 - 14:13
    exotische beelden
    en fantastische avonturen bevatten.
  • 14:13 - 14:16
    Al wordt een boek begrensd
    door begin en einde,
  • 14:16 - 14:18
    kennen de personages erin
  • 14:18 - 14:21
    geen begrenzingen.
  • 14:21 - 14:24
    Ze kennen alleen de momenten
    die het verhaal uitmaken,
  • 14:24 - 14:27
    zelfs wanneer het boek uit is.
  • 14:27 - 14:29
    De personages van een boek
  • 14:29 - 14:33
    zijn niet bang van de laatste pagina.
  • 14:33 - 14:35
    Long John Silver zit er niet mee
  • 14:35 - 14:38
    dat je jouw exemplaar
    van ‘Schatteneiland’ uit hebt.
  • 14:38 - 14:39
    Zo zou het met ons ook moeten.
  • 14:39 - 14:42
    Stel je het boek van je leven voor,
  • 14:42 - 14:44
    de omslag, begin en einde,
    je geboorte en dood.
  • 14:44 - 14:47
    Je hebt alleen weet van de momenten ertussen,
  • 14:47 - 14:48
    de momenten die jouw leven uitmaken.
  • 14:48 - 14:50
    Het heeft geen zin om angst te hebben
  • 14:50 - 14:53
    voor wat buiten de omslag valt,
  • 14:53 - 14:54
    of het nu vóór je geboorte
  • 14:54 - 14:56
    of na je dood is.
  • 14:56 - 14:59
    Je hoeft er niet mee in te zitten
    hoe lang het boek is,
  • 14:59 - 15:02
    of het nu een stripverhaal of een episch verhaal is.
  • 15:02 - 15:04
    Het enige dat telt,
  • 15:04 - 15:07
    is dat je er een goed verhaal van maakt.
  • 15:07 - 15:09
    Bedankt.
  • 15:09 - 15:13
    (Applaus)
Title:
De 4 verhalen die we vertellen over de dood
Speaker:
Stephen Cave
Description:

Filosoof Stephen Cave begint met een donkere maar boeiende vraag: wanneer realiseerde je je voor het eerst dat je zou sterven? En interessanter: waarom wijzen mensen zo vaak de onvermijdelijkheid van de dood af? In een boeiend gesprek verkent Cave vier verhalen -- die beschavingen gemeen hebben -- die we onszelf vertellen "om ons te helpen om te gaan met de terreur van de dood."

more » « less
Video Language:
English
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
15:33

Dutch subtitles

Revisions