Wat zou je doen als je
informatie moet vergaren
uit 11,5 miljoen documenten,
dit moet verifiëren en ordenen?
Dat was een uitdaging
die een groep journalisten
vorig jaar aanging.
Een anoniem persoon,
die zichzelf John Doe noemde,
was erin geslaagd om archieven
tot wel 40 jaar terug te kopiëren
van een Panamees advocatenkantoor,
genaamd Mossack Fonseca.
Dit is één van vele firma's in de wereld
actief in het opzetten van rekeningen
in offshore-belastingparadijzen,
zoals de Britse Maagdeneilanden,
voor rijke en machtige mensen
die graag geheimen houden.
John Doe lukte het alle overzichten
van dit kantoor te kopiëren;
elk klantenbestand,
elke e-mail,
vanaf 1977 tot aan vandaag.
Het was de grootste verzameling
van interne informatie over het systeem
van de belastingparadijzen.
die iemand ooit had gezien.
Maar het was ook een enorme uitdaging
voor de onderzoeksjournalistiek.
Stel je voor: 11,5 miljoen documenten
met geheime informatie over mensen
afkomstig uit meer dan 200 landen.
Waar begin je met zoeken
in zo'n grote informatiebron?
Hoe moet je beginnen met een verhaal
dat kan leiden naar
elke uithoek van de wereld
dat bijna elke persoon
in elke taal kan beïnvloeden,
soms op manieren
waar ze nog geen weet van hebben.
John Doe gaf de informatie
aan twee journalisten
van de Duitse krant Süddeutsche Zeitung.
Hij stelde gemotiveerd te zijn
door -- en ik citeer --
"De omvang van het onrecht
dat de documenten zouden openbaren."
Maar één persoon alleen kan nooit
zo veel informatie ordenen.
Daarom vroeg de Suddeutsche Zeitung hulp
aan mijn organisatie in Washington, DC,
het Internationaal Consortium
van Onderzoeksjournalisten.
We beslisten om iets heel anders te doen
dan wat we als journalisten gewend waren:
delen.
(Gelach)
Onderzoeksjournalisten
zijn van aard eenzame wolven.
We beschermen onze geheime informatie,
soms zelf tegen onze uitgevers,
omdat zodra wij hen
vertellen wat we hebben,
ze het verhaal onmiddelijk willen.
En om eerlijk te zijn,
als je een goed verhaal hebt
wil je de eer daarvan
graag zelf opstrijken.
We leven echter in een
steeds kleiner wordende wereld,
en de media lopen
goeddeels achter de feiten aan.
De problemen die we melden
zijn steeds vaker transnationaal.
Gigantische corporaties werken
op een globaal niveau.
Milieu- en gezondheidcrisissen
zijn wereldwijd verspreid.
Evenals geldstromen
en financiële crisissen.
Het lijkt dus onthutsend
dat de journalistiek zo lang wachtte
met verslag doen
op een werkelijk mondiale wijze.
Het lijkt onthutsend
dat de journalistiek pas zo laat besefte
welke mogelijkheden
deze technologie brengt
in plaats van er bang voor te zijn.
Dit is waarom journalisten
bang zijn voor technologie:
de grootste instituties van dit beroep
maken moeilijke tijden mee
vanwege de veranderende manier
waarop mensen nieuws consumeren.
De reclame-bedrijfsmodellen
van de journalistiek werken niet meer.
Hierdoor is de journalistiek
in een crisis beland
en moesten deze instellingen
reëvalueren hoe ze functioneren.
Maar een crisis biedt ook mogelijkheden.
De eerste uitdaging van wat uiteindelijk
de 'Panama Papers' zou worden genoemd,
was om die documenten
vindbaar en leesbaar te maken.
Er waren bijna vijf miljoen emails,
twee miljoen PDF's die gescand
en gesorteerd moesten worden,
en nog miljoenen bestanden
en andere soorten documenten.
Ze moesten allemaal
veilig opgeborgen worden
in de cloud.
Daarna nodigden we verslaggevers uit
om naar de documenten te kijken.
Ze waren afkomstig uit
meer dan 100 mediaorganisaties
uit 76 landen --
van de BBC in Groot-Brittanië,
tot Le Monde in Frankrijk,
tot de Asahi Shimbun in Japan.
"Eigen ogen op eigen namen",
noemden we het.
Want wie zou je beter kunnen vertellen
wie van belang voor Nigeria was,
dan een Nigeriaanse journalist?
Wie kan dat beter in Canada,
dan een Canadees?
Er waren slechts twee regels
voor de genodigden:
we kwamen overeen alles wat we vonden
te delen met iedereen van de groep,
en we kwamen overeen
alles tegelijkertijd te publiceren.
De basis voor de partnerkeuze
was vertrouwen
dat was opgebouwd
door eerdere samenwerkingen
en ook op basis van aanwijzingen
die in de documenten stonden.
In de komende maanden
werd mijn kleine non-profitorganisatie
met minder dan 20 man
versterkt met 350 andere verslaggevers
uit 25 taalgroepen.
Het grootste informatielek aller tijden
leidde tot de grootste journalistieke
samenwerking in de geschiedenis:
376 paar 'plaatselijke' ogen deden
wat journalisten normaal nooit doen,
schouder aan schouder werken,
informatie uitwisselen,
maar dit aan niemand vertellen.
Het werd op dat moment duidelijk
dat om de grootste herrie te maken
we eerst een grootse stilte nodig hadden.
Om het project te beheren
tijdens al die maanden,
bouwden we een veilige,
virtuele redactieruimte.
We gebruikten gecodeerde
communicatiesystemen,
en we bouwden een unieke
zoekmachine.
In de virtuele redactie
kwamen de onderzoekers samen
rondom de thema's
die de documenten bevatten.
Wie bijvoorbeeld geïnteresseerd was
in bloeddiamanten of exotische kunst
kon informatie delen over
hoe de offshorewereld gebruikt werd
om de handel in deze artikelen
te verbergen.
Wie geïnteresseerd was in sport
kon data delen
over hoe bekende sporters
hun portretrechten
onder offshorebedrijven plaatsten,
en daarmee belastingen ontweken
in de landen waar ze speelden.
Maar misschien het spannendst
was het aantal wereldleiders
en gekozen politici
dat opdook in deze documenten --
mensen als Petro Poroshenko in Oekraïne,
naaste medewerkers
van Vladimir Putin in Rusland
en de Britse premier, David Cameron,
gelinkt via zijn overleden vader Ian.
Begraven in de documenten
waren geheime offshorebedrijven,
zoals Wintris Inc.,
een firma in de Britse Maagdeneilanden,
dat in feite eigendom was
van de toenmalige IJslandse premier.
Ik noem Johannes Kristjansson,
de IJslandse journalist die gevraagd werd
mee te doen aan het project,
graag 'de eenzaamste man ter wereld'.
Negen maanden lang
weigerde hij betaald werk
en leefde van de verdiensten
van zijn vrouw.
Hij verduisterde zijn ramen
als maatregel tegen nieuwsgierige ogen
tijdens de lange IJslandse winter.
En zijn afwezigheid
werd steeds lastiger uit te leggen
terwijl zich kapot werkte,
avond na avond,
maand na maand.
Al die tijd bezat hij informatie
die de leider van zijn land
uiteindelijk ten val zou brengen.
Als je een onderzoeksjournalist bent
met een ongelofelijke ontdekking,
zoals een connectie tussen je premier
en een geheim offshorebedrijf,
dat dit bedrijf financiële
belangen heeft in IJslandse banken --
zijn hoofdthema tijdens de verkiezing --
zou je alles direct bekend willen maken.
Als één van de weinigen
met wie hij kon praten,
deelde ik met Johannes
een soort galgenhumor.
"Wintris komt eraan", zei hij vaak.
(Gelach)
(Applaus)
We waren grote fans van 'Game of Thrones'.
Wanneer journalisten zoals Johannes
wilden schreeuwen,
deden ze dat binnen de virtuele redactie,
en maakten dan hun kreten tot verhalen,
door niet alleen de documenten,
maar ook rechtbankdossiers te bekijken,
officiële vennootschapsregisters,
en eventueel vragen te stellen
aan degenen die we in de Papers noemen.
Dankzij Panama Papers konden
de journalisten de wereld bekijken
vanuit een ander perspectief
dan ieder ander.
Tijdens ons onderzoek van het verhaal
vond er, los van ons,
een groot politiek omkoopschandaal
plaats in Brazilië.
Een nieuwe leider werd gekozen
in Argentine.
De FBI diende aanklachten in
tegen ambtenaren van de FIFA,
de organisatie die professionele
voetbalwereld bestuurt.
De Panama Papers gaven ons
een uniek inzicht
in elk van deze gebeurtenissen.
Je kunt je dus de druk voorstellen
en de ego-drama's
die ons werk in gevaar
hadden kunnen brengen.
Elk van deze journalisten
had de overeenkomst kunnen schenden.
Maar dat deden ze niet.
En dit jaar, op 3 april,
precies om 20 uur Duitse tijd,
publiceerden we het rapport
tegelijkertijd in 76 landen.
(Applaus)
Al snel werden de Panama Papers
een van de grootste verhalen van het jaar.
Dit is de situatie in IJsland
de dag na de publicatie.
Het eerste van vele protesten.
De IJslandse premier moest aftreden.
Dit was de eerste
van vele ontslagnemingen.
We hebben veel bekende mensen
in de beeld gebracht, zoals Lionel Messi,
de beroemdste voetballer ter wereld.
Ook waren er onbedoelde gevolgen.
De vermoedde leden van een Mexicaans
drugskartel werden gearresteerd
nadat we de gegevens
van hun schuilplaats publiceerden.
Zij hadden dit adres gebruikt
om hun offshore bedrijf te registreren.
(Gelach)
Er is een soort ironie in ons werk.
De technologie -- het internet --
die ons bedrijfsmodel bedreigt
helpt ons om de journalistiek
opnieuw uit te vinden.
En deze verhouding genereert
ongekende niveaus van
transparantie en impact.
We toonden hoe een groep journalisten
de wereld kan beïnvloeden
door de toepassing van nieuwe
en ouderwetse journalistieke technieken
op grote hoeveelheden gelekte informatie.
Wij plaatsten alle broodnodige context
rondom de informatie van John Doe.
En door de bronnen te delen,
waren we in staat om diep te graven
veel dieper en langer
dan de meeste media-organisaties
dezer dagen toestaan,
om financiële redenen.
Het was een groot risico,
en het zou niet voor elk verhaal werken,
maar we toonden met Panama Papers aan,
dat je vanaf bijna elke plek
over elk land kunt schrijven,
en dan het juiste slagveld kunt kiezen
om je werk te verdedigen.
Probeer maar eens
gerechtelijk te voorkomen
dat een verhaal wordt gepubliceerd
in 76 verschillende landen.
Publicatie was onvermijdelijk.
Kort na de publicatie kreeg ik
van Johannes een sms'je met drie woorden:
"Wintris is gearriveerd."
(Gelach)
Hij was gearriveerd, net als wellicht
een nieuw tijdperk voor de journalistiek.
Dank je wel.
(Applaus)
Bruno Giussani: Gerard, dank je.
Dit applaus stuur je natuurlijk
ook door naar de journalisten
die met je gewerkt hebben, toch?
Nu zou ik graag
een paar vragen willen stellen.
Ten eerste,
je hebt langer dan een jaar
in het geheim gewerkt
samen met zo'n 350 collega's
uit de hele wereld --
was er nooit een moment waarop je dacht
dat het lek misschien zou uitlekken,
dat de samenwerking in gevaar kwam
door publicatie van een verhaal?
Of iemand buiten de groep
die informatie zou vrijgeven
die ze al bezaten?
Gerard Ryle: We hebben aantal
crisissen meegemaakt,
bijvoorbeeld als er in de wereld
iets groots gebeurde,
dat de journalisten van dat land
meteen wilden publiceren.
We moesten hen kalmeren.
Maar de grootste crisis
was een week voor publicatie.
We hebben een aantal vragen gestuurd
naar de medewerkers van Vladimir Putin,
maar in plaats van te reageren,
hield het Kremlin een persconferentie
en beschuldigde ons,
ze verwierpen het
als een complot van het Westen.
Op dit moment dacht Putin
dat het alleen over hem ging.
En, natuurlijk, veel van onze redacteuren
waren hier erg zenuwachtig over.
Ze waren bang dat het verhaal
al uit zou komen.
Stel je voor hoeveel tijd
zij hadden besteed,
alle middelen, geld dat hierin zat.
Dus de laatste week was ik bezig
met iedereen te kalmeren,
als een soort generaal
die zijn troepen terughoudt:
"Blijf kalm."
En dat zijn ze gebleven.
BG: En dan paar weken geleden,
heb je veel documenten gepubliceerd
in een openbare database
die iedereen kan navigeren
middels trefwoorden.
GR: We vinden
dat de basisinformatie
over de offshore-wereld
moet openbaar worden.
De onderliggende documenten
van journalisten zijn niet gepubliceerd.
Maar de basisinformatie,
zoals de naam van de persoon
en de aard en de naam
van hun offshore bedrijf,
is nu online beschikbaar.
De grootste bron van deze aard
is in feite nu beschikbaar.
BG: Gerard, bedankt voor wat je doet.
GP: Dank je.
(Applaus)