Meer dan 100 jaar na een eerste verschijning in de mistige, gaslampverlichte straten in Victoriaans Londen is Sherlock Holmes wereldwijd herkenbaar. Zelfs zijn garderobe en accessoires zijn iconisch: de Inverness-jas, hertenstalkerhoed en kalebaspijp. Figuren zoals zijn beste vriend en huisgenoot Doctor Watson, aartsvijand Moriarty en huishoudster mevrouw Hudson zijn een deel geworden van het populaire bewustzijn, net als zijn exceptionele, onfeilbare macht van deductie die in naam van de wet wordt toegepast, zijn beruchte drugsgebruik en zijn populaire uitspraak: "Elementair, mijn beste Watson." Toch verschijnen veel van deze herkenbare kenmerken van Holmes niet in Arthur Conan Doyles originele verhalen. Doyles grote detective lost op allerlei manieren misdrijven op en niet enkel door het gebruik van deductie. Hij speculeert, waagt soms zelfs een gok en maakt regelmatig valse aannames. Verder wordt mevrouw Hudson nauwelijks genoemd, niemand zegt: "Elementair, mijn beste Watson" en de detective en zijn partner leven merendeels gescheiden. Moriarty, de grote schurk, verschijnt alleen in twee verhalen, het drugsgebruik van de detective is onregelmatig na de eerste twee romans en Holmes is zelden gefascineerd door het Engels rechtssysteem. Hij bepaalt veel liever zijn eigen vorm van natuurlijke gerechtigheid dan zich te houden aan de letter der wet. Ten slotte: veel van de meest iconische elementen van de Holmesiaanse legende zijn ook niet van Doyle. De hertenstalkerhoed en -jas werden eerst bedacht door Sidney Paget, de oorspronkelijke illustrator van het verhaal. De gebogen pijp werd gekozen door Amerikaanse acteur William Gillette, zodat het publiek zijn gezicht duidelijker op het podium kon zien, en de zin "Elementair, mijn beste Watson", werd bedacht door auteur en humorist P.G. Wodehouse. Wie is Sherlock Holmes nou precies? Wie is de werkelijke grote detective en waar kunnen we hem vinden? Puristen antwoorden waarschijnlijk dat de originele Sherlock geïnspireerd op Arthur Conan Doyles universiteitsbegeleider dokter Joseph Bell de ware is. Maar het feit blijft dat die versie van Sherlock grotendeels werd overschaduwd door het enorme volume aan interpretatie, waardoor Doyles detective grotendeels onherkenbaar blijft. Hier is een ander, ingewikkelder, maar misschien bevredigender antwoord op de vraag, maar om daar te komen, moeten we eerst het enorme aantal interpretaties afwegen van de grote detective. Sinds Conan Doyles eerste verhaal in 1887 waren er duizenden aanpassingen op Holmes, wat hem misschien het meest bewerkte fictieve personage in de wereld maakt. Dit proces begon met Victoriaanse podiumbewerking en nam in rap tempo toe met de opkomst van film. Er waren alleen al in de eerste twee decennia van de 20e eeuw meer dan 100 film-aanpassingen van Holmes. Sindsdien zijn er nog duizenden meer in druk, op film, op televisie, op het podium en op de radio. Holmes is door mensen over de hele wereld geherinterpreteerd op bijzonder verschillende en vaak tegenstrijdige manieren. Deze aanpassingen tonen zowel Holmes populariteit als zijn flexibiliteit. Zo was hij te zien in diverse anti-nazi propagandafilms van de geallieerden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zowel Winston Churchill als Franklin Delano Roosevelt waren enthousiaste liefhebbers, waarbij laatstgenoemde zelfs deelnam aan 'The Baker Street Irregulars', een gemeenschap van Holmesbewonderaars, en 'Baker Street' als bijnaam gaf aan een schuilplaats van de geheime dienst. Toch verscheen Holmes ook tegelijkertijd in diverse Duits-talige film-aanpassingen, waarvan men zei dat het zeer geliefde favorieten waren van Adolf Hitler. Laten we terugkomen op onze vraag. Wil de echte Sherlock Holmes alsjeblieft opstaan? In werkelijkheid lijkt hij door alle aanpassingen wel een Russisch poppetje. Sherlock is een culturele tekst die steeds weer werd gewijzigd en waarbij iedere nieuwe interpretatie als een nieuwe laag over de vorige viel. Dit houdt in dat Sherlock continu evolueert en ideeën en waarden belichaamt die vaak ver afwijken van wat Conan Doyle beschreef. Aan het eind van een bepaald verhaal verschijnt Sherlock weer, misschien ietwat veranderd, met een nieuw gezicht en verfrissende manieren of zinswendingen, maar hij blijft hoofdzakelijk Sherlock, onze Sherlock.