Ik heb recentelijk
veel nagedacht over de wereld
en hoe die veranderd is
de afgelopen 20, 30, 40 jaar.
Als twintig of dertig jaar geleden
een kip verkouden werd en doodging
in een afgelegen dorp in Oost-Azië,
was dat een tragedie voor de kip
en haar naaste verwanten.
Maar wij zouden niet snel vrezen
voor een wereldwijde pandemie
met miljoenen doden.
Als twintig of dertig jaar geleden
een bank in Noord-Amerika
teveel had uitgeleend aan mensen
die niet konden terugbetalen
en de bank ging failliet,
dan was dat slecht voor de geldschieter
en de ontlener
maar wij zouden nooit denken dat dit
de wereldeconomie bijna een decennium lang
aan de grond kon brengen.
Dit is globalisering.
Dit is het wonder waardoor wij
onze lichamen, onze geesten, onze woorden,
onze beelden, ideeën en ons onderwijs
steeds sneller en steeds goedkoper
over de wereld kunnen verplaatsen.
Het bracht ons slechte dingen,
zoals wat ik zojuist beschreef,
maar ook veel goeds.
Weinigen van ons zijn zich bewust
van de buitengewone successen van de
millenniumdoelstellingen,
waarvan er meerdere
ruim voor de streefdatum
gerealiseerd zijn.
Dat bewijst dat de menselijke soort
in staat is tot buitengewone vooruitgang
als men echt samenwerkt en zijn best doet.
Maar, in een notendop,
ik heb het gevoel dat globalisering
ons overrompeld heeft
en dat we traag waren met onze respons.
Als je de nadelen
van globalisering bekijkt,
lijkt het soms echt overweldigend.
Alle grote uitdagingen waarvoor we
tegenwoordig staan,
zoals klimaatverandering, mensenrechten,
demografie, terrorisme, pandemieën,
drugssmokkel, slavernij
en uitstervende soorten,
ik kan nog doorgaan...
We boeken niet erg veel vooruitgang
op veel van deze terreinen.
Kortom, dat is de uitdaging
waarvoor we tegenwoordig staan
op dit interessante punt
in de geschiedenis.
Dat is duidelijk onze volgende taak.
We zullen moeten aanpoten
en bedenken hoe we
de oplossingen
beter kunnen globaliseren,
zodat we als soort
niet simpelweg
het slachtoffer worden van
de globalisatie van problemen.
Waarom zijn we zo traag
om dit te bereiken?
Wat is de reden?
Uiteraard zijn er meerdere redenen,
maar de voornaamste is wellicht
dat we als soort nog steeds
georganiseerd zijn
zoals we dat 200 of
300 jaar geleden waren.
Er is nog één supermacht op aarde
en dat zijn de 7 miljard mensen
die al deze problemen veroorzaken.
Dezelfde 7 miljard overigens
die ze allemaal gaan oplossen.
Maar hoe zijn die 7 miljard georganiseerd?
Ze zijn nog steeds georganiseerd
in zo'n 200 verschillende naties.
Die naties hebben overheden
die regels maken
en ons gedrag beïnvloeden.
Dat is een heel efficiënt systeem,
maar het probleem is
dat de wijze van wetgeving
en de denkwijze van die overheden
absoluut verkeerd is voor
het oplossen van mondiale problemen,
want het is allemaal
naar binnen gericht.
De gekozen politici
en de niet gekozen politici
hebben doorgaans
een microscopisch blikveld.
Geen telescopisch blikveld.
Ze kijken naar binnen.
Ze doen net alsof ze geloven
dat elk land een eiland was
dat vrij en blij
en onafhankelijk
van alle andere bestaat
op zijn eigen kleine planeet
in zijn eigen kleine zonnestelsel.
Dit is het probleem.
Landen die met elkaar concurreren.
Landen die met elkaar vechten.
Ook deze week weer
proberen mensen anderen
uit andere landen te vermoorden,
maar zelfs als dat niet aan de gang is,
beconcurreren landen elkaar
en proberen ze elkaar te flessen.
Dit is duidelijk geen goede zaak.
We moeten het veranderen.
We moeten manieren vinden
om landen aan te sporen
tot betere samenwerking.
Waarom doen ze dat niet?
Waarom zijn onze leiders
nog steeds naar binnen gericht?
Voornamelijk komt dat
omdat we hen vragen dat te doen.
Dat is wat we hen opdragen.
Wanneer wij regeringen kiezen,
of ongekozen regeringen tolereren,
dragen we hen in feite op
om in ons land te zorgen
voor een paar dingen.
We willen dat ze zorgen voor welvaart,
groei, concurrentievermogen,
transparantie, recht, enzovoort.
Dus tenzij wij onze regeringen vragen
om eens naar buiten te kijken,
naar de mondiale problemen
die ons allen gaan nekken
als wij ze blijven negeren,
kunnen we hen moeilijk kwalijk nemen
dat ze inwaarts gericht blijven,
met een microscopisch blikveld
in plaats van een telescopisch.
Dat is de eerste reden
waarom dingen niet veranderen.
De tweede reden is
dat deze regeringen,
net als wij allemaal,
culturele psychopaten zijn.
Ik wil niet onbeleefd zijn,
maar je weet wat een psychopaat is.
Een psychopaat is iemand die,
helaas voor hem of haar,
niet in staat is
om werkelijk mee te voelen
met andere mensen.
Om zich heen kijkend
zien ze geen andere mensen
met diepe, rijke, 3-dimensionale
persoonlijke levens
en doelen en ambities.
Zij zien enkel platte silhouetten,
en dat is triest en eenzaam,
en gelukkig zeldzaam.
Maar zijn we feitelijk niet allemaal
slecht in meevoelen?
Natuurlijk, we zijn meevoelend
als het gaat om mensen
die er ongeveer uitzien als wij,
en lopen, praten,
eten en bidden als wij,
maar als het gaat om mensen
die dat niet doen,
die zich anders kleden,
die anders bidden
en anders praten dan wij,
hebben we dan niet ook de neiging
om hen toch enigszins te zien
als inhoudsloze silhouetten?
We moeten ons dit afvragen
We moeten dit volgens mij
constant in de gaten houden.
Zijn wij en onze politici
min of meer culturele psychopaten?
De derde reden
is nauwelijks het vermelden waard
omdat ze zo belachelijk is,
maar regeringen geloven vaak
dat de binnenlandse agenda
en de internationale agenda
altijd onverenigbaar zullen zijn.
Dat is domweg nonsens.
Ik werk overdag als beleidsadviseur.
Ik heb de afgelopen 15 jaar
overal ter wereld overheden geadviseerd
en heb al die tijd nog nooit
één binnenlandse beleidskwestie gezien
die niet vindingrijker,
effectiever en sneller opgelost kon worden
door haar te beschouwen als
een internationaal probleem,
te kijken naar internationale context,
te vergelijken met wat anderen deden,
anderen erbij te betrekken,
extern te werken
in plaats van intern.
Nu zeg je wellicht:
als je dat in aanmerking neemt,
waarom werkt het dan niet?
Waarom kunnen we
onze politici niet veranderen?
Waarom kunnen we het niet eisen?
Zoals velen ben ik vaak aan het klagen
hoe moeilijk het is
om mensen te veranderen.
Maar ik denk dat we
het maar beter kunnen accepteren:
we zijn een inherent conservatieve soort.
We houden niet van verandering.
Daar zijn heel zinnige
evolutionaire redenen voor.
We zouden hier
waarschijnlijk niet zijn
als we verandering
niet zo tegenhielden.
Het is heel simpel:
vele duizenden jaren geleden
leerden we dat we,
door steeds maar
dezelfde dingen te blijven doen,
in leven bleven.
Die dingen waren
per definitie niet dodelijk,
dus als we die bleven doen,
waren we veilig.
Het is zinnig om niets nieuws te doen,
want het kan dodelijk zijn.
Uiteraard zijn er uitzonderingen.
Ander bereik je niets.
Een van de uitzonderingen
is wanneer je mensen kan tonen
dat het in je eigen belang kan zijn
om het risico te nemen
iets te veranderen.
Dus heb ik de afgelopen
10 tot 15 jaar getracht
uit te vinden wat dat eigenbelang
zou kunnen zijn,
waardoor niet alleen politici
maar ook bedrijven en
hele volken, wij allemaal,
wat meer uitwaarts gaan denken,
het grotere plaatje zien,
niet altijd inwaarts kijken,
maar soms uitwaarts kijken.
Toen ontdekte ik iets heel belangrijks.
In 2005 lanceerde ik een onderzoek:
de Nation Brands Index.
In dit zeer grootschalige onderzoek
wordt een groot deel
van de wereldbevolking bevraagd,
een groep die 70% van de mensen
op aarde vertegenwoordigt.
Ik stelde hen een aantal vragen
over hun perceptie van andere landen.
Deze Nation Brands Index
is over de jaren
een zeer grote database geworden.
Het betreft 200 miljard datapunten
die weergeven wat gewone mensen
over andere landen denken
en waarom.
Waarom deed ik dit?
Omdat de landen die ik adviseer
heel graag willen weten
wat men over hen denkt.
Zij weten, deels omdat
ik ze dit hielp beseffen,
dat landen
enorm afhankelijk zijn
van hun reputatie
voor hun overleven en welvaart.
Als een land een positief imago heeft,
zoals Duitsland, Zweden of Zwitserland,
dan is alles makkelijk en goedkoop.
Meer toeristen.
Meer investeerders.
Je verkoopt je producten
tegen een hogere prijs.
Voor een land met
een zwak of negatief imago
is daarentegen alles
moeilijk en duur.
Overheden vinden het imago
van hun land dus erg belangrijk.
Het maakt een direct verschil
in hoeveel geld ze kunnen verdienen,
en dat is wat ze hun bevolking
hebben beloofd.
Enkele jaren geleden
nam ik de tijd
om in dialoog te gaan
met die gigantische database
en te vragen
waarom sommige mensen
een bepaald land prefereren
boven een ander.
Het antwoord van de database
vond ik onthutsend.
Het was 6,8.
Ik kan er vanwege de tijd
niet dieper op ingaan.
Waar het op neerkwam --
(Gelach) (Applaus) --
was dat we de voorkeur geven
aan 'goede' landen.
We bewonderen landen niet
voornamelijk omdat ze rijk zijn,
machtig zijn, of succesvol,
omdat ze modern zijn
of technologisch geavanceerd.
We bewonderen vooral landen die goed zijn.
Wat bedoelen we met goed?
We bedoelen landen die
iets lijken bij te dragen
aan de wereld waarin we leven.
Landen die de wereld veiliger maken,
of beter of rijker of eerlijker.
Van die landen houden we.
Dit is een belangrijke ontdekking --
je ziet waar ik heen wil --
want het maakt het kringetje rond.
Ik kan overheden nu vertellen:
wil je het goed hebben,
dan moet je goed doen.
Wil je meer producten verkopen?
Meer investeringen?
Een betere concurrentiepositie?
Dan zul je je moeten gedragen,
want daarom zullen mensen je respecteren
en zaken met je doen.
Hoe beter je meewerkt,
hoe competitiever je zal zijn.
Dit is een belangrijke ontdekking,
en zodra ik die deed,
voelde ik een index aankomen.
Echt, hoe ouder ik word,
hoe simpeler en kinderlijker
mijn ideeën worden.
Deze heet de 'Goede Landen'-Index,
(Gelach)
en hij doet precies
wat er op het etiket staat.
Hij meet, of probeert te meten,
hoeveel elk land op aarde bijdraagt,
niet zozeer aan zijn eigen bevolking,
maar aan de rest van de mensheid.
Bizar genoeg was niemand
daar ooit eerder op gekomen.
Dus met mijn collega Dr. Robert Govers
heb ik de laatste twee jaar,
met de hulp van vele
serieuze en slimme mensen
wereldwijd alle betrouwbare data verzameld
die we konden vinden,
over wat landen aan de wereld geven.
En jullie zitten te wachten
tot ik je vertel wie op 1 staat.
(Gelach)
Dat zal ik doen, maar eerst:
wat bedoel ik nou precies
als ik het heb over een goed land?
Ik bedoel niet goed in moreel opzicht.
Als ik land X het goedste
land op aarde noem...
en ik bedoel 'goedste',
niet beste.
Beste is iets anders.
Een land kan goed, goeder, en goedst zijn.
Dat is niet hetzelfde als
goed, beter en best. (Gelach)
Dit is een land dat simpelweg
meer voor de mensheid doet
dan de andere landen.
Ik praat niet over hun gedrag thuis.
Dat wordt elders gemeten.
En de winnaar is:
...Ierland.
(Applaus)
Volgens de data hier,
is er geen land op aarde
dat per hoofd, per dollar van het bnp
meer bijdraagt
aan de wereld dan Ierland.
Wat betekent dit?
Dit betekent dat wij 's avonds
bij het slapengaan,
in onze laatste wakkere 15 seconden,
moeten denken:
godnondeju, ik ben blij dat Ierland er is!
(Gelach)
En dat -- (Applaus) --
Middenin een ernstige economische recessie
zit hier volgens mij
een heel belangrijke les.
Je internationale verplichtingen nakomen
tijdens het herbouwen
van je eigen economie,
is niet niks.
Finland eindigt vrijwel even hoog.
Het eindigt alleen lager
omdat zijn laagste score
lager is dan de Ierse.
Wat je verder zal opvallen
aan de top tien
is natuurlijk dat het,
behalve Nieuw Zeeland,
allemaal West-Europese landen zijn.
Ze zijn ook allemaal rijk.
Dit deprimeerde me.
Ik wilde met deze index
níet ontdekken
dat het voorbehouden is
aan rijke landen
om arme landen te helpen.
Daar draait het hier niet om.
En als je verderop in de lijst kijkt,
zul je inderdaad zien --
tot mijn grote blijdschap --
dat Kenia in de top 30 zit.
Dat bewijst iets heel belangrijks.
Dit gaat niet om geld.
Het gaat om attitude.
Om cultuur.
Het gaat om een overheid
en volk dat geeft om
de rest van de wereld
en de verbeeldingskracht
en moed heeft
om uitwaarts te denken
in plaats van alleen zelfzuchtig.
Ik loop even snel
door de andere dia's
zodat je wat lager gelegen landen ziet.
Daar is Duitsland op 13,
de VS staat op 21,
Mexico op 66,
en dan hebben we
enkele grote opkomende landen,
zoals Rusland op 95,
China op 107.
Landen als China, Rusland en India,
dat in hetzelfde deel
van de index staat ...
nou, dat is eigenlijk niet zo verrassend.
Ze hebben de afgelopen decennia
veel tijd nodig gehad
om hun eigen economie,
samenleving en beleid
op te bouwen.
Maar we mogen hopen
dat ze de tweede fase van hun groei
wat meer uitwaarts zullen kijken
dan in de eerste fase tot nu.
Dan kun je elk land
gedetailleerd bekijken
op het niveau
van de verschillende datasets.
Dat kan allemaal.
Vanaf middernacht staat het
allemaal op goodcountry.org.
Je kan per land tot op het niveau
van de individuele datasets kijken.
Dat is dus de Good Country Index.
Waarom is die er?
Die is er omdat ik
een woord wil introduceren,
of herintroduceren, in de conversatie.
Ik heb genoeg gehoord
over competitieve landen.
Genoeg over welvarende,
rijke, snel groeiende landen.
Ik heb zelfs genoeg gehoord
over gelukkige landen,
want dat blijft zelfzuchtig.
Dat gaat nog steeds over ons,
en als we aan onszelf blijven denken
komen we in grote problemen.
Ik denk dat we allemaal weten
waarover we meer willen horen.
We willen horen over goede landen,
en dus wil ik jullie om een gunst vragen.
Het is niet veel.
Het is iets dat je wellicht
makkelijk af gaat,
dat je zelfs prettig en behulpzaam vindt.
Begin simpelweg het woord
'goed' te gebruiken
binnen deze context.
Wanneer je denkt aan je eigen land,
of aan andere landen,
wanneer je aan bedrijven denkt,
wanneer je het hebt over
de wereld waarin we leven...
gebruik dat woord
zoals ik dat vanavond heb gedaan.
Niet goed, het tegendeel van slecht,
want dat is een oneindige discussie.
Goed, het tegendeel van zelfzuchtig,
dat noem je een land
dat aan ons allemaal denkt.
Dat zou ik graag willen dat je doet.
Gebruik het als een stok
om je politici mee te slaan.
Wanneer je ze verkiest, herverkiest,
op ze stemt, luistert naar wat ze je bieden,
gebruik dat woord: 'goed'.
Stel jezelf de vraag:
"Is dat wat een goed land zou doen?"
Als het antwoord nee is,
wees op je hoede.
Vraag jezelf af: "Is dit
het gedrag van mijn land?
Wil ik uit een land komen
waar de overheid, in mijn naam,
dergelijke dingen doet?"
Of geef ik er de voorkeur aan
om rond te kunnen lopen
met opgeheven hoofd:
"Ik ben er trots op
uit een goed land te komen."
Iedereen zal je verwelkomen.
En iedereen zal in de laatste 15 seconden
voor het slapen denken:
"Goh, gelukkig dat het land
van die persoon bestaat."
Uiteindelijk zal dat volgens mij
de verandering brengen.
Dat woord, 'goed',
en het cijfer 6,8
en de ontdekking van
wat erachter schuilgaat,
hebben mijn leven veranderd.
Ik denk dat ze jouw leven
kunnen veranderen
en dat we het kunnen gebruiken
om te veranderen hoe onze politici
en bedrijven zich gedragen.
Op die manier kunnen we
de wereld veranderen.
Ik ben heel anders gaan denken
over mijn eigen land
sinds ik hierover nadenk.
Ik dacht altijd dat ik
in een rijk land wilde leven.
Toen in een gelukkig land.
Maar ik besefte: dit is niet genoeg.
Ik wil niet in een rijk land leven,
niet in een snel groeiend
of competitief land.
Ik wil in een goed land leven,
en ik hoop van harte
dat jij dat ook wilt.
Dank je wel.
(Applaus)