Dit verhaal begint met deze twee -- mijn kinderen. We maakten een boswandeling toen mijn dochter een plastic kattenbak in een kreek zag liggen. Ze keek me aan en zei: "Pap? Die hoort daar niet." Toen ze dat zei, dacht ik aan het zomerkamp. De ochtend van de bezoekdag, vlak voor ze onze bezorgde ouders het kamp binnenlieten, zei onze kampdirecteur: "Snel! Raap allemaal vijf stukken afval van de grond." Een paar honderd kinderen die allemaal afval oprapen, zorgen algauw voor een veel schoner kamp. Dus ik dacht: waarom zouden we dat schoonmaakmodel niet toepassen op de hele planeet? En dat was de inspiratie voor Litterati. Het doel is om een afvalvrije wereld te creëren. Kijk maar naar hoe het begon. Ik nam een foto van een sigaret, met Instagram. Toen nam ik nog een foto ... en nog een foto ... en nog eentje. En ik zag twee dingen. Eén: afval werd artistiek en toegankelijk. En twee: na een paar dagen had ik 50 foto's op mijn telefoon en ik had ieder stuk opgeraapt, en realiseerde me dat ik bijhield wat voor positieve invloed ik op de planeet uitoefende. Dat zijn 50 dingen minder die jij ziet of waar jij op stapt, of die een vogel opeet. Dus ik begon mensen te vertellen waar ik mee bezig was en zij begonnen mee te doen. Op een dag kwam deze foto uit China tevoorschijn. En toen realiseerde ik me dat Litterati méér was dan gewoon mooie plaatjes; we waren bezig een gemeenschap te worden die gegevens verzamelde. Iedere foto vertelt een verhaal. Over wie er wat opraapte, een geotag vertelt ons waar en een tijdstempel vertelt ons wanneer. Dus ik bouwde een Google map en begon de punten te verbinden waar er afval was opgeraapt. En gedurende dat proces groeide de gemeenschap en de gegevens eveneens. Mijn kinderen gaan precies in de roos daar naar school. Afval: het verplaatst zich naar de achtergrond van ons leven, maar wat als we het nu eens naar de voorgrond brengen? Wat als we precies begrepen wat er op onze straten ligt, op onze stoepen en onze schoolpleinen? Hoe zouden we die gegevens kunnen gebruiken om een verschil te maken? Dat zal ik laten zien. De eerste is met steden. San Francisco wilde begrijpen hoeveel van het afval sigaretten waren. Waarom? Om een heffing te creëren. Dus ze stuurden wat mensen de straat op met potloden en clipboards, en die liepen rond en verzamelden informatie, wat leidde tot een heffing van 20 cent op alle verkochte sigaretten. En toen werden ze aangeklaagd door de tabaksindustrie, die beweerde dat informatie verzamelen met potloden en clipboards noch precies is, noch te bewijzen valt. De stad belde mij en vroeg of onze technologie kon helpen. Ik denk niet dat ze wisten dat 'onze technologie' mijn Instagramaccount was, (Gelach) maar ik zei: "Jazeker." (Gelach) "En we kunnen aangeven of het een Parliament of een Pall Mall betreft. Plus, iedere foto is gegeotagt en heeft een tijdstempel, waarmee u bewijs heeft." Vier dagen en 5.000 afvalstukken later werden onze gegevens in de rechtbank gebruikt ter verdediging en bovendien verdúbbeling van de heffing, waarmee een jaarlijkse inkomstenbron van 4 miljoen dollar werd gegenereerd om San Francisco mee schoon te houden. Tijdens dat proces leerde ik twee dingen. Eén: Instagram is niet het juiste middel -- (Gelach) dus we maakten een app. En twee: als je erover nadenkt, heeft iedere stad ter wereld een unieke afval-afdruk en die afdruk geeft zowel de kern van het probleem weer als het pad naar de oplossing. Als je een inkomstenstroom kon genereren door enkel het percentage sigaretten te begrijpen, hoe zit dat dan met koffiebekers of frisdrankblikjes of plastic flesjes? Als je San Francisco zo kunt weergeven, hoe zit het dan met Oakland? Of Amsterdam? Of ergens vlakbij huis? En hoe zit het met merken? Hoe kunnen zij deze gegevens gebruiken om hun milieubelangen in balans te houden met de economische? Een wijk in de binnenstad van Oakland is volledig in afval gehuld. De Literati-gemeenschap kwam er samen en raapte 1.500 stukken afval op. En dit is wat wij leerden: het merendeel van dat afval kwam van een zeer bekend tacomerk. Het afval van dat merk was grotendeels hun eigen hete-sausverpakkingen, en die hete-sausverpakkingen waren grotendeels zelfs ongeopend. Het probleem en het pad naar de oplossing: wellicht zou dat merk alleen nog hete saus op verzoek kunnen geven of het de mensen zelf laten toevoegen of duurzamere verpakkingen gebruiken. Hoe maakt een merk van een milieurisico een economische motor en wordt het een held in de industrie? Als je echt verandering wilt zien, is er geen betere plek om te beginnen dan bij onze kinderen. Een groep vijfdeklassers raapte 1.247 stukken afval op, alleen al op hun schoolplein. En ze leerden dat het meest voorkomende soort afval de plastic hoesjes om rietjes uit hun eigen kantine zijn. Daarop stapten zij naar de directeur en vroegen hem: "Waarom kopen we nog steeds rietjes?" En de school stopte daar toen mee. En de kinderen leerden dat zij individueel allemaal een verschil konden maken, maar dat ze tezamen invloed uitoefenden. Het doet er niet toe of je nu een student of wetenschapper bent, of je in Honolulu of Hanoi woont, deze gemeenschap is voor iedereen. Het begon dankzij twee kleine kinderen in het bos van Noord Californië en het is vandaag de dag over heel de wereld verspreid. En weet je hoe we er komen? Stukje bij beetje. Hartelijk bedankt. (Applaus)