Ik moet iets bekennen.
Ik ben verslaafd aan het avontuur.
Als klein jongetje
keek ik liever naar buiten,
naar de vogels in de bomen en
naar de hemel,
in plaats van naar het tweedimensionale,
met krijt besmeurde schoolbord,
waar de tijd stilstaat
en soms zelfs doodgaat.
De onderwijzers dachten dat ik iets
mankeerde omdat ik niet oplette.
Maar ze konden niks vinden,
behalve dat ik dyslectisch was
omdat ik linkshandig ben.
Ze vroegen zich alleen niet af
of ik nieuwsgierig was.
Voor mij staat nieuwsgierigheid
voor onze verbondenheid
met de wereld, met het universum.
Dat je ziet wat zich achter een
stuk koraal of een boom bevindt.
Dat we nieuwsgierig zijn naar
onze omgeving en ook naar onszelf.
Het is mijn ultieme droom
om de oceanen van Mars te onderzoeken.
Maar zolang we nog niet
naar Mars kunnen,
denk ik dat onze oceanen nog steeds
heel wat geheimen herbergen.
Het komt erop neer dat,
als je de aarde beschouwt
als een oase in de ruimte,
waarvan maar een deel bewoonbaar is,
de oceanen 3,4 miljard kubieke kilometer
ruimte innemen,
en daarvan hebben we
nog geen 5% verkend.
Ik kijk ernaar en denk:
we hebben de instrumenten om dieper,
langer en verder te duiken,
onderzeeboten, onderwater-robots en
scuba-duikuitrusting.
Maar als we het laatste
onontdekte gebied op aarde
willen verkennen, moeten we er gaan wonen.
We moeten een boshut bouwen
op de bodem van de zee.
Nieuwsgierigheid dreef me ertoe
om een TED-prijswinnaar op te zoeken:
Dr. Sylvia Earle.
Misschien kennen jullie haar.
Twee jaar geleden postte ze
bij het laatste diepzeelaboratorium
in een poging om het te redden.
Ze begon een petitie
om het te behouden en
niet aan land te brengen.
Ooit lagen er zo'n 12 wetenschappelijke
laboratoria op de zeebodem.
Daarvan is er nog maar één over.
Het ligt 15 kilometer buiten de kust
op een diepte van 20 meter.
Het heet Aquarius.
In zekere zin is Aquarius
een dinosaurus,
een oude robot,
vastgeketend op de zeebodem,
een watermonster.
In zekere zin is het een erfenis.
Door mijn verblijf besefte ik
dat ik niet veel tijd heb
om te ervaren
hoe het is om een aquanaut te worden.
Toen we er na maanden zwoegen en
twee jaar voorbereiding naartoe zwommen,
lag Aquarius op ons te wachten.
We voelden ons welkom,
alsof we een nieuw huis betraden.
We waren niet naar Aquarius gegaan
om er te wonen en binnen te blijven.
We wilden niet in een soort schoolbus
gaan wonen
maar ervaren hoe het is
om alle tijd te hebben
om buiten op onderzoek te gaan
en meer over het laatste pioniersgebied
op Aarde te weten te komen.
We kregen bezoek van megafauna.
De gevlekte adelaarsrog komt veel voor
in de oceaan.
Waarom is dat zo belangrijk?
Waarom laat ik deze foto zien?
Omdat hij zijn vrienden meenam.
Stuk voor stuk diepzeedieren
die nieuwsgierig naar ons waren:
vreemdelingen die in de buurt
waren komen wonen
en dingen met plankton deden.
We bestudeerden allerlei soorten dieren.
Ze kwamen steeds dichter bij ons.
Omdat tijd geen rol speelde,
begonnen de bewoners van het koraalrif
aan ons te wennen.
Diepzeedieren zijn meestal onderweg,
maar nu stopten ze.
Dit dier in het bijzonder
zwom 31 dagen lang rond de Aquarius.
Missie 31 ging niet zozeer
over het breken van een record,
als wel over de relatie
tussen de mens en de oceaan.
Omdat we alle tijd hadden,
konden we dieren als haaien
en baarzen in scholen bestuderen,
zoals we nog nooit hadden gezien.
Het waren net honden en katten
die goed met elkaar omgingen.
We konden zelfs contact maken met dieren
die veel groter waren dan wij.
Zoals deze met uitsterven bedreigde
reuzenbaars,
die alleen nog voorkomt
in de Florida Keys.
Net als elke buurman
die na een tijdje moe wordt,
blafte de reuzenbaars naar ons.
Het geblaf is zo hard dat zijn prooi
erdoor wordt verdoofd
voordat hij in een oogwenk
wordt opgezogen.
Voor ons een teken om terug te keren naar
ons woonverblijf en hem met rust te laten.
Het was ons niet alleen te doen
om het avontuur.
Onze missie had ook een serieuze kant.
We deden wetenschappelijk onderzoek,
en omdat we alle tijd hadden,
konden we in 31 dagen meer dan
drie jaar onderzoek doen.
We maakten gebruik van een PAM:
--even kijken of ik het juist heb--
een Pulse Amplitude Modulated Fluorometer.
Onze wetenschappers van FYU, MIT,
en Northeastern University,
konden ermee meten wat koraalriffen doen
als we er niet bij zijn.
Een PAM-fluorometer
meet de fluorescentie van koralen
in relatie tot vervuilende stoffen,
en ook zaken die met klimaatverandering
te maken hebben.
We gebruikten de allernieuwste
instrumenten,
zoals deze sonde,
die ik de 'sponsproctoloog' noem.
De sonde bepaalt het tempo
van de stofwisseling
van in dit geval een vaasspons,
een van de oudste sponssoorten
in de oceaan.
Hij laat ons zien
wat er onder water gebeurt
op het gebied van klimaatverandering,
en wat voor gevolgen dat voor ons heeft.
We keken ook naar het gedrag
van roofdieren en hun prooi,
een interessant onderwerp.
Als we sommige roofdieren die
op de koraalriffen leven, weghalen,
gedragen de prooidieren zich heel anders.
We observeerden
dat ze het koraal niet langer
schoonhielden
door vlug stukjes alg te pakken
en dan weer in hun hol te kruipen,
maar dat ze zich gingen verspreiden
en van het koraal verdwenen.
In die 31 dagen
schreven we 10 wetenschappelijke artikelen
over elk van deze onderwerpen.
Bij 'avontuur' draait het niet alleen
om kennis vergaren,
maar ook om het delen van die kennis.
Dankzij enkele ingenieurs van het MIT
hadden we een prototype
van een camera, de Edgertronic,
om videobeelden in slow-motion
vast te leggen:
met een snelheid van
20.000 beelden per seconde.
Met een klein doosje,
dat 3000 dollar kost.
Iedereen kan er een kopen.
Zo'n camera geeft ons een inzicht
in het gedrag van gewone dieren,
wat voor ons niet waarneembaar is.
Ik zal met een filmpje laten zien
wat de camera allemaal kan.
Je kunt de zijdeachtige luchtbellen
uit onze helmen zien opstijgen.
Het geeft ons een beeld
van dieren waar we 31 dagen lang
vlak naast leefden,
en waar we normaal gesproken
geen acht op zouden slaan,
zoals heremietkreeften.
Het is niet altijd makkelijk
om een stukje techniek
dat niet voor de oceaan
is ontworpen, te gebruiken.
Soms moesten we de camera
ondersteboven houden,
of hem naar het laboratorium terughalen,
en de aan-en uitknop vanuit
het laboratorium bedienen.
Wat levert het ons op?
Het vooruitzicht op een wetenschappelijk
en technisch onderbouwde analyse
van het meest wonderbaarlijke gedrag dat
door het menselijk oog niet te zien is.
Bij voorbeeld van de bidsprinkhaankreeft,
die zijn prooi probeert te vangen
in ongeveer 0,3 seconden.
Met de kracht van een .22 kaliber kogel.
Het is onmogelijk om met het blote oog
een kogel in de lucht te zien.
Nu kunnen we dingen zien,
zoals deze kerstboomwormen
met uitwaaierende tentakelkronen,
wat het oog niet kan waarnemen.
Of zoals hier,
een vis die zand uitbraakt.
Dit is een zeilvindoktersvis.
Als je er zonder de camera
naar kijkt,
kun je het wuiven van de vinnen
niet zien,
omdat hij zo snel beweegt.
Een van de kostbaarste geschenken
onder water
was dat we over WiFi konden beschikken.
31 dagen lang waren we
vanaf de zeebodem
zonder tijdvertraging
met de wereld verbonden,
en konden we onze ervaringen delen.
Hier ben ik aan het Skypen
met een van de 6 continenten en
enkele van de 70.000 studenten
met wie we dagelijks in contact stonden.
Deze foto heb ik onder water
met mijn smartphone genomen.
Het is een reuzenbaars
op de bodem van de zee.
Zo iets hadden we nog nooit gezien.
Ik droom van de dag
dat we onderwatersteden hebben,
en dat we heel misschien,
als we de grenzen aan kennis en avontuur
kunnen overschrijden,
en als we die kennis met anderen
kunnen delen,
allerlei problemen kunnen oplossen.
Mijn opa zei altijd:
"Mensen beschermen waar ze van houden."
En mijn vader zei: "Hoe kunnen mensen
iets beschermen wat ze niet begrijpen?"
Ik denk daar mijn hele leven over na.
Niets is onmogelijk.
We moeten dromen en creatief zijn,
en we hebben avontuur nodig om in de
donkerste dagen wonderen te verrichten.
Of het nu gaat om klimaatverandering,
het uitroeien van armoede,
of het teruggeven aan nieuwe generaties
van wat wij vanzelfsprekend vinden.
Het gaat om het avontuur.
Wie weet, misschien komen er
onderwatersteden,
en misschien zijn sommigen van jullie
de toekomstige aquanauten.
Hartelijk dank.
(Applaus)