Voor ik dermatoloog werd, studeerde ik algemene geneeskunde, net als de meeste dermatologen in Groot-Brittannië. Daarna ging ik naar Australië, ongeveer 20 jaar geleden. In Australië leer je snel dat Australiërs zeer competitief zijn. En niet grootmoedig in de overwinning. Vaak ging het zo: "Jullie ‘pommies’ kunnen geen cricket of rugby spelen." Ik kon daartegen. Maar wat het werk aangaat: elke week hadden we een ‘journal club’. Samen met andere artsen neem je een wetenschappelijke paper door over geneeskunde. Na een week ging het over cardiovasculaire mortaliteit, een droog onderwerp – hoeveel mensen sterven aan hart- en vaatziekten, wat zeggen de cijfers? Ook daar waren ze competitief ingesteld: "Bij jullie pommies zijn de cijfers over hart- en vaatziekten schokkend." En ze hadden gelijk. Bij Australiërs komen hart- en vaatziekten ongeveer een derde minder voor dan bij ons -- minder sterfgevallen aan hartaanvallen, hartfalen, beroertes -- over het algemeen zijn ze gezonder. En natuurlijk zeiden ze dat dit kwam door hun betere morele status, hun lichaamsbeweging, omdat zij Australiërs waren en wij slappe pommies, enzovoort. Maar niet enkel Australië heeft een betere gezondheid dan Groot-Brittannië. In Groot-Brittannië bestaat er een gradiënt van gezondheid. Dit heet gestandaardiseerde sterfte, ofwel je kans op overlijden. Dit zijn gegevens van ongeveer 20 jaar geleden, maar ze gelden ook vandaag nog. Dit vergelijkt sterftecijfers op 50 graden noorderbreedte, het zuiden, rond Londen, met die op 55 graden noorderbreedte. Het slechte nieuws is hier in Glasgow. Ik kom uit Edinburgh. Nog erger. (Gelach) Wat veroorzaakt nu dit afschuwelijke verschil tussen ons hier in het zuiden van Schotland en het zuiden? We kennen roken, gefrituurde Mars-repen, chips: het Glasgow-dieet. Dat soort dingen. Maar deze grafiek blijft over na de beschouwing van al deze bekende risicofactoren. Roken, sociale klasse, dieet, al die andere bekende risicofactoren. Dan nog zitten we met dit verschil in sterfgevallen naargelang we noordwaarts gaan. Hier gaat zonlicht een rol spelen. Vitamine D kreeg veel aandacht. Heel veel mensen zijn hierover bezorgd. We hebben vitamine D nodig. Kinderen hebben een bepaalde dosis nodig. Toen mijn grootmoeder opgroeide in Glasgow, in de jaren 20 en 30 was rachitis een echt probleem. Daarom werd levertraan aanbevolen. Dat voorkwam rachitis welke vaak voorkwam in die stad. Als kind kreeg ik levertraan van mijn grootmoeder. Niemand vergeet levertraan. Maar hoe hoger de bloedspiegels van vitamine D zijn, hoe minder hartziekte we hebben, hoe minder kanker. Een heleboel gegevens suggereren dat vitamine D zeer goed voor je is. Om rachitis te voorkomen, dat wel. Maar als je mensen vitamine D-supplementen geeft, heeft dat geen invloed op dit hoge percentage aan hartziekten. Het bewijs voor de preventie van kanker is nog niet zeer overtuigend. Ik vermoed dat enkel vitamine D niet voldoende is. Het is niet de enige preventieve factor ter voorkoming van hart- en vaatziekten. Ik vermoed dat hoge vitamine D-niveaus wijzen op blootstelling aan zonlicht en zonlicht is goed bij hart- en vaatziekten. Dat wil ik aantonen. Ik kwam terug uit Australië, en ondanks de evidente gezondheidsrisico's verhuisde ik naar Aberdeen. (Gelach) In Aberdeen begon ik mijn stage als dermatoloog. Maar ik raakte ook geïnteresseerd in onderzoek. Ik raakte vooral geïnteresseerd in stikstofmonoxide (NO). Deze drie jongens hier, Furchgott, Ignarro en Murad, wonnen de Nobelprijs voor geneeskunde in 1998. Zij beschreven als eersten deze nieuwe chemische transmitter, stikstofmonoxide. Stikstofmonoxide verwijdt de bloedvaten, en verlaagt dus je bloeddruk. Het verwijdt ook de kransslagaders en stopt zo angina pectoris. Het opmerkelijke was dat we in het verleden bij chemische boodschappers in het lichaam dachten aan ingewikkelde dingen zoals oestrogeen en insuline, of zenuwtransmissie. Zeer complexe processen met zeer complexe chemische stoffen die pasten in zeer complexe receptoren. En nu dit ongelooflijk eenvoudige molecuul. Alleen maar een stikstof- en een zuurstofatoom, en toch is het enorm belangrijk voor onze lage bloeddruk voor neurotransmissie, voor allerlei zaken, maar vooral voor cardiovasculaire gezondheid. We deden de spannende ontdekking dat de huid stikstofmonoxide produceert. Het komt dus niet alleen voor in het cardiovasculaire systeem. Het ontstaat in de huid. Na de publicatie van deze ontdekking vroeg ik me af wat het deed? Hoe krijg je een lage bloeddruk via de huid? Het is je hart niet. Wat doet het daar? Ik ging naar de VS, zoals vele onderzoekers. Ik bracht enkele jaren door in Pittsburgh. Dit is Pittsburgh. Ik was geïnteresseerd in die zeer complexe systemen. We dachten dat stikstofmonoxide misschien verbonden was met celdood, met hoe cellen overleven, en met hun weerstand tegen andere dingen. Ik begon een onderzoek met celculturen en celgroei. Ik werkte met ‘knock-out’-muismodellen -- met muizen die het gen niet konden maken. Wij werkten een mechanisme uit -- NO hielp cellen te overleven. Daarna ging ik terug naar Edinburgh. In Edinburgh gebruiken we studenten geneeskunde als proefdier. Ze zijn nauw verwant met de mens, met een aantal voordelen tegenover muizen: ze zijn gratis, je hoeft ze niet te scheren, ze voeden zichzelf, en niemand komt voor je kantoor betogen met de kreet ‘Red de student geneeskunde’. Een ideaal model. Maar we konden de gegevens, die wij bij muizen hadden gevonden, bij de mens niet reproduceren. Het leek erop dat we de productie van stikstofmonoxide in de huid van de mens niet konden uitschakelen. We brachten crèmes aan die het enzym blokkeren dat NO aanmaakte. We injecteerden dingen maar konden stikstofmonoxide niet uitschakelen. Na twee of drie jaar werk bleek dat we er in de huid grote voorraden van hebben. Maar niet van stikstofmonoxide zelf, omdat stikstofmonoxide een gas is dat zodra het is aangemaakt --(poef!)— in een paar seconden vervliegt. Het kan in andere stikstofverbindingen worden omgezet -- nitraat (NO3-), nitriet (NO2-) of nitrosothiolen. Die zijn stabieler. Je huid bevat heel veel NO. Toen vroegen we ons af of zonlicht deze voorraden kon activeren en vrijmaken uit de huid, waar de voorraden ongeveer 10 keer zo groot zijn als in de bloedsomloop. Kon de zon deze voorraden activeren naar de bloedsomloop zodat ze goede dingen konden doen voor je cardiovasculaire systeem? Ik ben een experimenteel dermatoloog. We dachten dat we onze proefdieren aan zonlicht moesten blootstellen. Enkele vrijwilligers werden blootgesteld aan ultraviolet licht. Dit zijn een soort zonnelampen. We wisten dat vitamine D wordt aangemaakt door ultraviolet B-stralen. We wilden dit losmaken van het vitamine D-verhaal. Daarom gebruikten we ultraviolet A, dat geen vitamine D aanmaakt. Mensen kregen onder de lamp het equivalent van ongeveer 30 minuten zonneschijn in de zomer in Edinburgh. Wij vonden een verhoogde circulatie van stikstofmonoxide. Als we patiënten onder UV-licht plaatsen, gaan hun NO-niveaus omhoog en daalt hun bloeddruk. Niet veel op individueel niveau, maar genoeg op populatieniveau om het aantal hart- en vaatziekten in een hele bevolking te beïnvloeden. Als we hen bestraalden met UV-lampen of ze evenveel opwarmden als met de lampen, maar zonder dat de stralen op hun huid terechtkwamen, gebeurde het niet. De ultraviolette stralen moeten dus op de huid vallen. We zijn nog steeds bezig met het verzamelen van gegevens. Hier zijn enkele positieve ontdekkingen: Het effect was duidelijker bij oudere mensen. Ik ben niet zeker in welke mate. Een van onderzochten was mijn schoonmoeder en ik weet echt niet hoe oud ze is. Maar bij mensen ouder dan mijn vrouw is het effect zeker markanter. Ook moet ik vermelden dat er geen verandering was in vitamine D. Dit staat los van vitamine D. Vitamine D is goed: ze stopt rachitis. Ze voorkomt calciummetabolisme, belangrijke dingen. Maar dit is een afzonderlijk mechanisme los van vitamine D. Een van de problemen bij het kijken naar bloeddruk is dat je lichaam alles in het werk stelt om je bloeddruk constant te houden. Als je been is afgehakt en je bloed verliest, zal je lichaam gaan afklemmen, de hartslag verhogen en alles in het werk stellen om je bloeddruk te behouden. Dat is een fundamenteel fysiologisch principe. Daarom zijn we ook gaan kijken naar uitzetting van de bloedvaten. We hebben gemeten – let op: geen staart en onbehaard, weer een medisch student. In de arm kan je de doorbloeding meten door het opzwellen als er bloed door stroomt. Met een ‘schijnbestraling’ -- die dikke lijn hier -- stralen we UV op de arm zodat hij opwarmt maar bedekken hem zodat de stralen de huid niet raken. Er is geen verandering in de bloedstroom, in de uitzetting van de bloedvaten. Maar met actieve bestraling tijdens de UV en nog een uur erna, is er verwijding van de bloedvaten. Door dit mechanisme verlaag je de bloeddruk, door het verwijden van de kransslagaders die het hart van bloed voorzien. Hier zijn nog meer gegevens die aantonen dat ultraviolet -- of zonlicht -- voordelig is voor de bloedstroom en het cardiovasculaire systeem. De hoeveelheid UV verschilt met de tijd van het jaar en naargelang de plaats op Aarde. Daardoor hebben we nu een idee van de hoeveelheden nitraten, nitrieten, nitrosothiolen in de huid die NO kunnen afgeven. Niet alle golflengten van het licht zijn even effectief. We moeten uitzoeken welke het beste werken. Op de evenaar komt het zonlicht quasi loodrecht naar beneden door een dun laagje atmosfeer. In de winter of zomer is het dezelfde hoeveelheid licht. Hier komt het zonlicht in de zomer ook bijna loodrecht naar beneden. Maar in de winter moet het door een dikke laag atmosfeer, waardoor veel van het ultraviolet weggefilterd wordt. De golflengtes die de Aarde bereiken verschillen naargelang het seizoen. Je kunt deze gegevens vermenigvuldigen met de hoeveelheid NO die wordt vrijgegeven. Daardoor kan je berekenen hoeveel stikstofmonoxide er via de huid overgaat naar de bloedsomloop. Op de evenaar -- de rode lijn en de paarse lijn -- wordt de hoeveelheid stikstofmonoxide die wordt vrijgegeven, voorgesteld door het oppervlak onder de kromme. Het gebied in deze ruimte hier. Op de evenaar, of het nu december of juni is, worden massa’s NO vrijgegeven door de huid. Ventura ligt in Zuid-Californië. In de zomer is het zoals op de evenaar. Het is geweldig. Er wordt veel NO vrijgegeven. In de winter heb je in Ventura nog een aanzienlijke hoeveelheid. In de zomer is in Edinburgh het gebied onder de curve vrij goed. Maar in de winter is de vrijgegeven hoeveelheid NO verwaarloosbaar klein. Wat denken we? We werken nog steeds aan dit onderwerp. We ontwikkelen het nog steeds. We breiden het nog steeds uit. We vinden het zeer belangrijk. Waarschijnlijk verklaart dit het verschil in gezondheid tussen het noorden en het zuiden van ons land. Dat is belangrijk. We weten dat de huid grote voorraden NO heeft onder die verschillende vormen. Wij vermoeden dat veel ervan verbonden is met het dieet: groene bladgroenten, rode biet, sla. Veel NO hiervan gaat vermoedelijk naar de huid. Het wordt daar vermoedelijk opgeslagen. Zonlicht maakt het wellicht vrij met over het algemeen gunstige effecten. We onderzoeken het verder, maar dermatologen -- en ik ben dermatoloog. In mijn werk zeg ik tegen mensen: "U hebt huidkanker, het wordt veroorzaakt door zonlicht, blijf uit de zon." Maar een veel belangrijker boodschap is dat er zowel voordelen als risico's aan zonlicht zijn. Zonlicht is de belangrijkste veranderbare risicofactor voor huidkanker, maar sterfgevallen als gevolg van hartziekten zijn honderd keer frequenter dan sterfgevallen als gevolg van huidkanker. Daar moeten we ons meer bewust van worden. We moeten de juiste kosten-batenverhouding vinden. Hoeveel zonlicht is veilig? Hoe kunnen we dit het beste doseren voor onze algemene gezondheid? Hartelijk dank. (Applaus)