Religie is meer dan geloof.
Het is macht en het is invloed.
Die invloed raakt ons allemaal,
iedere dag, wat je ook gelooft.
Ondanks de enorme invloed
van religie op de wereld,
hanteren we voor religie andere maten
van nauwkeurigheid en aansprakelijkheid
dan in andere sectoren
van onze maatschappij.
Als er bijvoorbeeld vandaag de dag
een internationale organisatie,
een overheid of een bedrijf zou zijn
waar geen enkele vrouw
een managementpositie kon krijgen,
waar geen enkele vrouw
beslissingsbevoegd kon zijn,
waar geen enkele vrouw
zich met de financiën mocht bemoeien,
zou iedereen woedend zijn.
Ze zouden worden vervolgd.
Toch is dit de normale gang van zaken
bij bijna elke wereldreligie.
We accepteren dingen
in ons religieuze leven
die we niet accepteren
in ons seculiere leven.
Ik weet dit omdat ik het
drie decennia lang heb gedaan.
Ik was vroeger zo'n meisje dat inging
tegen elke vorm van seksediscriminatie.
Ik speelde basketbal met de jongens
en drong mezelf op.
Ik wou de eerste vrouwelijke president
van Amerika worden.
Ik heb me ingezet
voor de wet gelijke behandeling,
die nu al 40 jaar dood is.
Ik ben de eerste vrouw
aan beide kanten van mijn familie
die buitenshuis werkt
en hoger onderwijs heeft gevolgd.
Ik heb nooit geaccepteerd dat ik dingen
niet mocht omdat ik een vrouw was.
Behalve in mijn geloof.
Gedurende al die tijd
was ik lid van een zeer patriarchische
orthodoxe mormonenkerk.
Ik ben opgegroeid
in een heel traditioneel gezin.
We waren met acht kinderen,
moeder was altijd thuis.
Mijn vader is zelfs religieus leider
in de gemeente.
Ik ben opgegroeid in een wereld waarin
ik geloofde dat mijn waarde en reputatie
lag in het volgen van de regels
die ik mijn hele leven had gekend.
Je gaat als maagd het huwelijk in,
je drinkt geen alcohol,
je rookt niet,
doet altijd aan liefdadigheid,
je bent een braaf kind.
Sommige van de regels
die we hadden waren streng,
maar je volgde de regels,
want je hield van de mensen
en je hield van de religie
en je was gelovig.
De mormoonse leer bepaalde alles:
wat voor kleren je droeg,
met wie je uitging
en met wie je ging trouwen.
Het bepaalde wat voor ondergoed je droeg.
Ik hoorde bij een religie
waar iedereen die ik kende
10 procent van zijn inkomsten
aan de kerk gaf,
en dat deed ik zelf ook.
Ik doneerde 10 procent
van mijn krantenwijk en mijn oppasbaantje.
Ik hoorde bij een religie
waar ouders tegen hun kinderen zeiden,
voordat ze voor twee jaar
op zendingsmissie gingen,
dat ze liever hadden
dat hun kinderen stierven
dan dat ze zondigden
en terug zouden komen zonder eer.
Ik hoorde bij een religie
waar ieder jaar opnieuw
kinderen zelfmoord plegen
omdat ze doodsbang zijn
de gemeente te vertellen dat ze homo zijn.
Maar ik hoorde ook bij een religie
waar het niet uitmaakte
waar ter wereld ik woonde,
ik vond altijd vriendschap,
onmiddellijke onderlinge hulp.
Ik voelde me er veilig.
Dit leven bood zekerheid en duidelijkheid.
Ik had hulp bij het opvoeden
van mijn dochter.
Daarom accepteerde ik zonder meer
dat alleen mannen leidinggeven
en accepteerde ik zonder twijfel
dat vrouwen God's spirituele autoriteit
hier niet kunnen vertegenwoordigen,
dus geen priesterschap.
Ik stond toe dat mannen en vrouwen
ongelijk behandeld werden in budgetten,
disciplinaire raden,
in besluitvormende functies --
ik liet mijn religie haar gang gaan
omdat ik ervan hield.
Totdat ik er eens bij stilstond
en me realiseerde
dat ik mezelf had laten gebruiken
ter ondersteuning
van het echte werk van de mannen.
Ik zag deze tegenstelling
in mijzelf onder ogen
en sloot me aan bij activisten
binnen de gemeenschap.
We hebben meer dan een decennium
heel erg hard gewerkt.
We hebben eerst gewerkt aan bewustwording.
Je kunt niet veranderen
wat je niet kunt zien.
We maakten video's online beschikbaar,
gingen bloggen en artikelen schrijven.
Ik heb lijstjes gemaakt
van honderden manieren
waarop mannen en vrouwen
in onze gemeenschap ongelijk zijn.
Vervolgens organiseerden we
belangenorganisaties.
We probeerden dingen te doen
die niet genegeerd konden worden,
zoals in een broek naar de kerk
of naar een bijeenkomst voor mannen gaan.
Dit lijken eenvoudige zaken,
maar voor ons, de organisatoren,
waren ze enorm waardevol.
We raakten relaties kwijt,
we raakten banen kwijt.
We ontvingen elke dag haatmail.
We werden aangevallen
op sociale media en in de landelijke pers.
We ontvingen doodsbedreigingen.
We verloren aanzien binnen de gemeenschap,
sommigen werden geëxcommuniceerd.
De meesten moesten
voor een tuchtcommissie komen
en werden verstoten
uit de gemeentes waar we van hielden,
omdat we ze beter wilden maken,
want we geloofden er in dat dat kon.
Ik begon deze reactie
van mijn eigen mensen te verwachten.
Ik weet hoe het voelt als iemand probeert
om je te veranderen of je bekritiseert.
Maar wat ik echt schokkend vond
is dat ik in die hele periode
evenveel venijn ontving
uit de seculiere linkse hoek.
Dezelfde felheid
als vanuit de religieuze rechtse.
Wat mijn seculiere vrienden niet begrepen,
was dat vijandigheid tegen religie,
die uitspraken als:
"Alle gelovigen zijn gek of dom",
"Besteed geen aandacht aan religie",
"Het zijn allemaal
homohaters en sexisten."
Ze begrepen niet
dat dat soort vijandigheid
religieus extremisme niet tegengaat,
maar religieus extremisme juist voedt.
Die argumenten werken niet
en dat weet ik, want ik kan me herinneren
dat iemand me stom noemde
omdat ik mormoons was.
Mijn reactie was het verdedigen
van mijzelf en mijn mensen
en alles waar we in geloven,
want we zijn niet gek.
Dus kritiek en vijandigheid werkt niet
en ik luisterde niet naar die argumenten.
Hoor ik zoiets, dan staan
mijn haren nog steeds overeind,
want ik heb familie en vrienden.
Ik hoor bij die mensen
en ik zal ze altijd verdedigen,
maar het is wel een gevecht.
Hoe kunnen we iemands
religieuze overtuigingen respecteren
en ze tegelijkertijd aanspreken
op het leed of de schade
die hun overtuigingen kunnen aanrichten?
Moeilijke vraag.
Ik heb nog geen perfect antwoord.
Mijn ouders en ik proberen hierin
al tien jaar lang een balans te vinden.
Ze zijn intelligent, ze zijn lief.
Misschien kan ik jullie helpen
om hun perspectief te begrijpen.
Mormonen geloven dat je na je dood,
als je je aan alle voorschriften houdt
en alle rituelen volgt,
weer samen met je gezin kunt zijn.
Mijn ouders vinden dat iets kleins,
zoals dit topje zonder mouwen,
dat ik blote schouders heb,
mij oneervol maakt.
Ik zal niet tot in de eeuwigheid
samen met mijn familie zijn.
Maar sterker nog, ik had een broer
die op zijn 15de is overleden
en iets kleins als dit betekent
dat we niet als gezin samen zullen zijn.
Mijn ouders begrijpen niet
waarom ik iets kleins,
zoals mode of vrouwenrechten,
verkies boven een weerzien met mijn broer.
Dat is de instelling
waar het hier over gaat
en kritiek kan die niet veranderen.
Dus mijn ouders en ik
proberen een balans te vinden,
ons eigen standpunt uit te leggen,
elkaar te respecteren,
maar eigenlijk ontkrachten we
elkaars fundamentele overtuigingen
door de manier waarop we leven
en dat is heel moeilijk geweest.
Het is ons gelukt
door elkaar te ontmoeten
achter dat defensieve schild
en de zachte kern te zien
van die tegengestelde overtuigingen,
met respect voor elkaar,
terwijl we de grenzen helder houden.
Nog iets wat zowel seculier links,
atheïsten, orthodoxen
en religieus rechts
allemaal niet begrepen,
was: waarom maak je je eigenlijk
druk om religieus activisme?
Honderden mensen zeiden:
"Als je niet van religie houdt,
ga dan gewoon weg."
"Waarom zou je iets proberen te veranderen?"
Omdat wat er op sabbatdag
wordt verkondigd,
doordringt tot onze politiek,
ons gezondheidsbeleid,
tot het geweld in de wereld.
Het dringt door tot het onderwijs,
het leger, fiscale besluitvorming.
Deze wetten worden juridisch
en cultureel gecodificeerd.
Mijn eigen religie heeft zelfs
een enorme invloed op dit land gehad.
Tijdens het Prop 8-referendum haalde
mijn kerk meer dan 22 miljoen dollar op
voor het verzet tegen
het homohuwelijk in Californië.
Veertig jaar geleden --
politieke historici zullen zeggen
dat zonder de mormoonse oppositie
tegen de wet gelijke behandeling,
er nu een wet gelijke behandeling
in onze grondwet zou zijn.
Hoeveel levens heeft dat beïnvloed?
We kunnen onze tijd
besteden aan het vechten
tegen iedere afzonderlijke wet en regel,
of we kunnen onszelf afvragen:
waarom is sekseongelijkheid
de standaard over de hele wereld?
Waarom is dat het uitgangspunt?
Omdat religie niet alleen
zorgt voor de wortels van moraliteit,
maar ook voor de kiem van normaliteit.
Religie kan bevrijden of onderwerpen,
kan versterken of uitbuiten,
kan troosten of vernietigen,
en degenen die de nadruk leggen
op ethiek en moraal
zijn meestal niet de baas.
Religies kunnen niet
worden verworpen of genegeerd.
We moeten ze serieus nemen.
Het is niet eenvoudig een religie
te beïnvloeden, dat heb ik al gezegd.
Maar ik zal vertellen
wat wij hebben gedaan.
We zijn maar met een paar honderd,
maar we hebben een enorme impact gehad.
Op dit moment hangen er foto's
van vrouwen naast die van mannen,
voor het eerst.
Vrouwen mogen nu bidden
in bijeenkomsten met de hele kerk,
dat mocht eerder nooit
bij de algemene samenkomsten.
Vorige week was er
een historische ontwikkeling
toen drie vrouwen werden gevraagd
voor posities in leidinggevende raden
die toezien op de gehele kerk.
Er is een verschuiving
van opvattingen bij de mormonen
waardoor sekseongelijkheid
bespreekbaar is geworden.
Er is ruimte gecreëerd,
ook al was er minachting,
voor conservatieve vrouwen om mee te doen
en bij te dragen aan verandering.
De woorden 'vrouw' en 'priesterschap'
kunnen nu in een adem worden genoemd.
Dat is echt nieuw voor mij.
Mijn dochter en mijn nichtjes erven
een religie die ik nooit hebt gekend,
een van meer gelijkheid --
we hebben resultaat geboekt.
Het was niet eenvoudig
om in de rij te staan
om bij de bijeenkomsten
voor mannen binnen te komen.
We waren met honderden,
en een voor een,
als we bij de deur kwamen,
kregen we te horen: "Sorry,
deze bijeenkomst is alleen voor mannen."
We moesten aan de kant gaan
en zien hoe jongens van 12 jaar oud
naar binnen werden geleid
en ons in die rij voorbijliepen.
Geen enkele vrouw in die rij
zal die dag ooit vergeten
en geen enkel jongetje
dat ons voorbij liep zal die dag vergeten.
Als dit gebeurd zou zijn bij een regering
of een internationaal bedrijf
was iedereen woedend geweest,
maar we zijn maar een religie.
We zijn allemaal alleen maar
onderdeel van religies.
We kunnen niet langer
zo naar religie blijven kijken,
want het gaat niet alleen over mij,
maar ook over mijn dochter
en jullie dochters
en de kansen die zij krijgen,
hun kleding, wie ze mogen
liefhebben en trouwen,
of ze toegang krijgen
tot reproductieve gezondheidszorg.
We moeten in een seculiere context
het morele besef terugeisen
voor een ethische verantwoordelijkheid
van religies in de hele wereld,
maar we moeten het doen
op een respectvolle manier
die aanmoedigt tot samenwerking
en niet tot extremisme.
Dat kan door middel van dappere daden
die niet kunnen worden genegeerd,
op de bres staan voor sekseongelijkheid.
Het wordt tijd dat de helft
van de wereldbevolking
een stem en gelijkheid krijgt
binnen onze wereldreligies,
in kerken, synagoges, moskeeën
en heiligdommen over de hele wereld.
Ik ben ermee bezig in mijn eigen kring.
Wat doe jij binnen de jouwe?
(Applaus)