Wereldwijd wordt er jaarlijks
meer dan 100.000 ton cafeïne geconsumeerd.
Dat is het gewicht van 14 Eiffeltorens.
De meeste cafeïne
wordt geconsumeerd via koffie of thee,
maar ook via sommige frisdranken,
chocolade,
cafeïne pillen
en zelfs 'cafeïnevrije' dranken.
Cafeïne geeft een gefocust,
blij en energiek gevoel,
zelfs als we niet genoeg geslapen hebben.
Maar het kan ook onze bloeddruk verhogen
en angst veroorzaken.
Het is 's werelds meest gebruikte drug.
Maar hoe houdt het ons wakker?
Cafeïne ontstond in planten
en heeft verschillende functies.
Hoge doses, zoals die in de bladeren
en zaden van bepaalde plantsoorten,
zijn giftig voor insecten.
Maar als die een lagere dosis consumeren,
zoals bijvoorbeeld uit nectar,
versterkt dat hun geheugen
en komen ze terug naar de bloem.
Bij mensen stimuleert cafeïne
het centrale zenuwstelsel.
Het houdt ons wakker door een belangrijke
slaapverwekkende molecule te blokkeren,
namelijk adenosine.
Je lichaam behoeft
een constante energieaanvoer,
en verkrijgt die door het afbreken
van het hoogenergetische molecule ATP.
Bij dit proces komt adenosine vrij,
een chemisch bestanddeel van ATP.
De neuronen in je hersenen hebben
receptoren speciaal voor dit molecule.
Als adenosine die receptoren bezet,
activeert dit een cascade
van biochemische reacties
die ervoor zorgen
dat neuronen trager gaan vuren
en de aanmaak vertragen
van belangrijke brein-molecules.
Met andere woorden: je wordt slaperig.
Cafeïne is een zogenaamde
adenosine-receptor-antagonist.
Dat betekent dat het dit proces
van vertraging saboteert
door de adenosine-receptoren te blokkeren.
Cafeïne en adenosine hebben
een gelijkaardige moleculaire structuur,
waardoor cafeïne in de receptoren
voor adenosine kan kruipen,
maar niet diep genoeg om ze te activeren.
Samengevat: adenosine remt je neuronen.
Cafeïne remt die rem,
dus het stimuleert jou.
Cafeïne kan ook positieve
gevoelens versterken.
In sommige neuronen
zijn de adenosine-receptoren
gelinkt aan receptoren voor dopamine,
een andere molecule.
Dopamine zorgt in het brein
onder meer voor plezierige gevoelens.
Wanneer adenosine
die dubbele receptoren bezet,
wordt het moeilijker voor dopamine
om er nog bij te passen,
wat interfereert met de fijne gevoelens.
Maar wanneer cafeïne adenosines plaats
inneemt, heeft dat niet hetzelfde effect,
en kan dopamine wel naar binnen.
Er is bewijs dat de effecten van cafeïne
op adenosine- en dopamine-receptoren
ook voordelen hebben op lange termijn.
Ze verkleinen het risico op ziektes als
Parkinson, Alzheimer en bepaalde kankers.
Cafeïne kan ook onze vetverbranding
een extra duwtje geven.
Enkele sportorganisaties menen zelfs
dat cafeïne atleten
een oneerlijke voorsprong geeft
en leggen beperkingen op
wat betreft de consumptie ervan.
Tussen 1972 en 2004
mochten Olympische atleten een bepaalde
cafeïne-concentratie in het bloed
niet overschrijden, voor deelname.
Natuurlijk zijn niet alle effecten
van cafeïne even nuttig.
Je wordt er misschien
wat blijer en alerter door,
maar het kan ook je hartslag
en bloeddruk verhogen,
een verhoogde plasfrequentie
of diarree veroorzaken,
en bijdragen aan slapeloosheid
en angstgevoelens.
Bovendien hebben de voedingswaren
en drankjes met cafeïne
hun eigen impact op het lichaam
waar je rekening mee moet houden.
Je brein kan zich aanpassen
aan een regelmatige cafeïne-consumptie.
Als je adenosine-receptoren
voortdurend bezet worden,
zal je lichaam er extra aanmaken.
Zo kan adenosine,
zelfs met cafeïne in de buurt,
het brein aansporen
om het rustig aan te doen.
Hierdoor heb je misschien
meer en meer cafeïne nodig
om even alert te blijven.
Meer en meer adenosine-receptoren
moeten geblokkeerd worden.
Daardoor ga je ook,
als je opeens stopt met cafeïne,
mogelijk afkickverschijnselen vertonen.
Dankzij de vele receptoren
en de weinige competitie,
kan adenosine overuren kloppen,
wat symptomen veroorzaakt
als hoofdpijn, vermoeidheid,
en een slecht humeur.
Maar na een paar dagen
verdwijnen de extra adenosine-receptoren.
Je lichaam herstelt zich
en je voelt je weer alert als vanouds,
zelfs zonder consumptie
van 's werelds populairste oppepper.