3.500 jaar geleden was in Egypte
een nobele farao het slachtoffer
van een gewelddadige aanval.
Maar die aanval was niet fysiek.
Deze farao was al 20 jaar dood.
De aanval was historisch,
een daad van damnatio memoriae,
de vervloeking van de nagedachtenis.
Iemand vernielde
de standbeelden van de farao,
probeerde met een beitel diens naam
en beeltenis voorgoed te verwijderen.
Wie was die farao
en waarom die aanval?
Wel hierom:
farao Hatshepsut was een vrouw.
Normaal gesproken had ze
nooit farao kunnen worden.
Hoewel een vrouw wettelijk gezien
monarch kon worden,
ging dit in tegen enkele essentiële
Egyptische overtuigingen.
Ten eerste werd de farao gezien
als de levende verpersoonlijking
van de mannelijke god Horus.
Ten tweede was het verstoren
van het traditioneel mannelijke bestuur
een ernstige aantasting van Maat,
een woord voor 'waarheid' dat het geloof
in orde en gerechtigheid uitdrukt,
cruciaal voor Egyptenaren.
Mogelijk heeft ze geprobeerd om dit geloof
in de link tussen orde en patriarchaat
te eerbiedigen via haar titels.
Zo nam ze de naam Maatkare aan
en verwees ze soms naar zichzelf
als Hatshepsu,
met een mannelijk woordeinde.
Maar blijkbaar kon ze
niet iedereen overtuigen
en misschien is
het beeld van Hatshepsut vernietigd
opdat de wereld de verstoring
van Maat zou vergeten
en Egypte zijn evenwicht zou terugvinden.
Hatshepsut was bovendien niet
de rechtmatige troonopvolgster,
maar een regentes,
een soort plaatsvervangend co-monarch.
Het Egyptische koningschap werd
van oudsher doorgegeven van vader op zoon.
Dus van Thutmose I
naar zijn zoon Thutmose II,
de man van Hatshepsut.
Thutmose II had het rechtstreeks moeten
doorgeven aan zijn zoon Thutmose III,
maar Thutmose III was nog klein
toen zijn vader overleed.
Hatshepsut, de hoogste koningsvrouw
en weduwe van de dode farao,
schoot te hulp
als de regentes van haar stiefzoon,
maar regeerde uiteindelijk aan zijn zijde
als een volwaardige farao.
Misschien was Thutmose III daarom boos.
En heeft hij haar beelden vernietigd.
Misschien wilde iemand
Hatshepsut onteren
omdat ze een slechte farao was.
Maar alles wijst erop dat
ze eigenlijk wel goed was.
Ze voerde de traditionele taken
van het ambt bekwaam uit.
Ze was een geweldige bouwer.
Haar dodentempel Djeser-Djeseru
was destijds een architecturaal wonder
en wordt vandaag nog steeds bewonderd.
Ze heeft de economie van Egypte versterkt
met een erg succesvolle handelsmissie
naar het verre land Punt.
Ze had sterke religieuze banden.
Ze beweerde zelfs de dochter
te zijn van de hoofdgod Amun.
Ze had een succesvolle militaire carrière
met een Nubische veldtocht
en beweert dat ze samen
met haar soldaten heeft gestreden.
Uiteraard moeten we voorzichtig zijn
wanneer we het succes
van haar carrière beoordelen
omdat zij het meeste bewijsmateriaal
zelf heeft geschreven.
Ze vertelt haar eigen verhaal
in tekeningen en geschriften
op de muren van haar dodentempel
en de rode kapel voor Amun.
Dus wie schond
de nagedachtenis van Hatshepsut?
De hoofdverdachte is
haar stiefzoon, neef en co-heerser.
Handelde Thutmose III uit woede
omdat zij zijn troon stal?
Waarschijnlijk niet omdat
de schade pas
20 jaar na haar dood is aangericht.
Dat is lang boos blijven
om dan nog in razernij te handelen.
Mogelijk wilde hij zijn eigen heerschappij
sterker doen lijken.
Maar hoogstwaarschijnlijk heeft hij
of iemand anders de beelden verwijderd
zodat iedereen zou vergeten dat er ooit
een vrouw op de Egyptische troon zat.
De gender-anomalie was gewoon
een te grote bedreiging voor Maat
en moest voorgoed worden gewist.
Gelukkig waren de oude censoren
niet grondig genoeg.
Er bleef genoeg bewaard om
de gebeurtenissen te reconstrueren.
En zo kunnen wij nu het verhaal vertellen
van deze unieke sterke vrouw.