Goedenavond, hoe gaat het? Goed? Gemotiveerd, geïnspireerd, geweldige sprekers. Een 'Slumdog Millionaire'-accent heb je vast nog niet gehoord, dus dat voeg ik dan toe, hier in het Middenwesten. Ik kwam naar de VS in 1995. Mijn medische opleiding duurde toen al tien jaar. In het eerste jaar van mijn medische studie, in 1984, was ik getuige van één van de ergste industriële rampen, Bhopal Gas Tragedy, waar we misschien wel tienduizenden mensen mee verloren. Ik was eerstejaars student toen. Gedurende de volgende acht tot tien jaar zag ik een hoop rampen, veel problemen met ondervoeding, infecties etc. Toen ik me voorbereidde om naar de VS te komen in 1995, dacht ik dat ik naar Disneyland zou komen. Ik dacht dat iedereen hier gelukkig was: de kinderen groeien op in Disneyland, de volwassenen gaan gokken in Las Vegas, en gepensioneerden spelen bingo in Florida. Ik had gehoord dat de Amerikanen zo leefden. Ik keek te veel films. Dus toen ik kwam en zag dat hier evenveel stress en lijden was als in andere landen, vond ik dat wel schokkend. Ik was gekomen om kankerspecialist te worden. Ik veranderde van gedachten en nam me voor om te leren begrijpen waarom het menselijk brein niet gelukkig kan zijn. Waarom is dat zo moeilijk? Ik wil wat bijzondere dingen met jullie delen die ik heb geleerd. We hebben een programma samengesteld dat we op dit moment aan meer dan 50.000 mensen per jaar aanbieden. We hebben neurale aanleg die ons kwetsbaar maakt voor lijden. Er zijn natuurlijk externe omstandigheden, maar er is ook een neurale aanleg. Zo dwaalt onze aandacht bijvoorbeeld voortdurend af. Wanneer je de afwas doet, ben je daar in je hoofd niet mee bezig, daar ben je bezig met al die dingen. En je denkt niet: wat heb ik toch een geweldige partner en zulke fijne kinderen. Of: waarom heb ik toch zoveel geld? We richten ons op de onvolmaaktheden, op alle problemen. Onze geest dwaalt. Mensen hebben gemiddeld 150 openstaande taken. Een groot deel van de tijd dwaalt onze aandacht af. Dit is een groot probleem voor de menselijke geest. Raad eens hoeveel tijd we daaraan besteden? 50 tot 80 procent van de tijd, overdag. Onze collega's bij Mayo hebben bij een aantal patiënten de hersenen gescand als die in rusttoestand zijn, in rust, wanneer ze niets doen. Dit is die scan van de hersens in rust. Ik begrijp dat velen hier geen diploma radiologie hebben, maar misschien zie je wel dat het een behoorlijk drukke boel is. Het heeft wat van een vismarkt. (Gelach) Je ziet klodders blauw en rood zich vormen en weer oplossen; dat zijn netwerken in je hersenen. Zo werken de hersenen: het is een gigantisch netwerk van 86 tot 90 miljard zenuwcellen. De netwerken kunnen de hersenen in twee standen zetten. De eerste stand is 'aandacht'. Je aandacht is ingeschakeld wanneer je bezig bent met iets heel interessants, iets nieuws, iets belangrijks. Stel je gaat naar buiten en je ziet een baby-olifantje op het parkeerterrein, daar heeft je geest wel aandacht voor, toch? Of bij het bungeejumpen, midden in je val zeg je echt niet: "Had ik die e-mail al beantwoord?" Boem. Te laat. Met een baby spelen maakt je ook aandachtig. En die baby is maar wat gelukkig met alle aandacht die ze krijgt. Dus dat is de eerste stand voor de hersenen: aandacht. Onze geest is er gek op. Maar we geven onszelf daar te weinig van. Die andere stand van de hersenen, realiseerde ik me, is de standaardstand. Heb je ooit en boek gelezen en je halverwege een pagina afgevraagd: wat heb ik nu gelezen? Waar was je mee bezig? Je gedachten dwaalden af. Je was met al je open eindjes bezig en daar heeft de gemiddelde persoon er altijd ongeveer 150 van. We besteden -- raad eens hoeveel tijd we op een dag zo bezig zijn, met die afdwalende gedachten. 50 tot 80% van de tijd. Dus op dit moment lopen er op deze planeet twee tot drie miljard mensen rond die niet weten waar ze zijn. Omdat hun gedachten maar wat ronddwalen. Zo is het wel. Griezelig eigenlijk, niet? Je herkent dit vast wel, of misschien ook niet. Je vertelt je partner drie dingen en zo kijken ze je aan, met een lege blik, alsof je woorden slechts klikgeluiden zijn. Ja, ik zie dat sommigen dat wel herkennen. Heb je ooit een kind een boek voorgelezen en dat je niet wist wat je gelezen had, dat je pagina's oversloeg en daar vervolgens op betrapt werd? Ja, ja, ja? Dat zijn dus de twee standen. Dit is de standaardstand, zo zijn we de meeste tijd. Onderzoek laat zien dat hoe meer we in die standaardstand blijven, hoe groter het gevaar op angst, depressie, aandachtstekort, misschien zelfs dementie. En de hersenen werken zo dat het netwerk dat je veel gebruikt, ook sterker wordt. We raken daarin opgesloten. We switchen de hele dag tussen die twee standen, maar als we met te veel dingen bezig zijn, zo ongeveer iedereen dus -- is er iemand hier met minder dan 20 gebruikersnamen? (Gelach) Ons brein is niet specifiek ontwikkeld om daar mee om te gaan, toch? Het gaat ons om veiligheid en overleven. Dat is een probleem: we zijn gericht op veiligheid en overleven; we verwachten vrede en geluk. Daarom lopen we vast. Dit was het eerste probleem dat ik herkende, die neurale neigingen, de neiging om af te dwalen. Het tweede is dat we ons concentreren op dreiging en onvolmaaktheden. Ik heb persoonlijk veel medische problemen gehad. Een paar hartaanvallen, wat beroertes, verschillende kankers, ging vaak bijna dood -- allemaal in gedachten; niets is echt gebeurd. Ik verzon ze allemaal zelf. Dus ik heb -- naar omstandigheden zie ik er nog best goed uit! Een van mijn oncologen zei dat. Ik ben dus veel bezig met zelfverzonnen angsten. Als je naar dit plaatje kijkt, gaat de aandacht naar de spin, toch? De spin geeft namelijk onmiddellijke dreiging. Maar als ik je vraag: wat is er in 2015 gevaarlijker? Een spin of een donut? Wat denk je? Wie denkt dat het donuts zijn? Merk op dat iedereen donuts zegt. Dus als je naar een feestje gaat en ze serveren donuts en twintig donuts liggen je aan te kijken, moet je dan niet schreeuwen: "O, God, donuts! Ze willen me vermoorden! We gaan nooit meer naar Jansen, want die probeerde me te vermoorden met donuts." Nee, die zijn aantrekkelijk geworden, omdat onze voorvaderen gek waren op calorierijk voedsel. We hebben dus wat evolutionaire neigingen die niet gemakkelijk veranderen. Dat is dus ons tweede probleem: fixatie op het negatieve. Nog een probleem is gewenning. Je kent dat wel: "Ik hou van je, maar nu graag veranderen." Is jou dat ook gebeurd? Het eerste huwelijksjaar is prachtig; het twintigste -- wij zijn 21 jaar getrouwd, mijn vrouw weet dat ik dit zeg -- partners worden na 20 jaar dodelijk vervelend. 30 jaar, nog erger. We raken gewend aan goed. Een patiënt zei: "Ik ben gescheiden van de vrouw waar ik van hou." Dat is triest om te horen, en het komt omdat we wennen aan het goede en alleen de onvolmaaktheden nog zien. Er zijn nog meer neurale neigingen; ik heb er maar een paar genoemd. Die neurale neigingen ondermijnen uiteindelijk ons geluk. Dat realiseerde ik me. Geluk heeft dus weinig te maken met veel dingen hebben, of vrij zijn van ondervoeding of infecties. Geluk is echt een innerlijke welzijn. Hoe cultiveer je dat? Ik geef je een voorbeeld. Ik wil wat strooigoed met jullie delen, wat oefeningen die je direct in je leven kunt gebruiken. We zullen er een paar direct hier doen, zodat je die aan je leven kunt toevoegen. Ik vertel je over ons 5-3-2-programma. De eerste oefening is met vijf mensen. Als je 's morgens wakker wordt, hoe lang duurt het dan voor je geest afdwaalt? Minder dan een paar seconden of min vijf seconden? Min vijf seconden, toch? Wat moet ik doen? Waar zie ik tegenop? Ik zou zeggen: probeer dit. Als je 's morgens wakker wordt, denk dan aan vijf mensen waar je dankbaar voor bent, nog vóór je uit bed stapt. Laten we dat eens oefenen, zodat ik kan uitleggen wat ik bedoel. Laten we even twee minuten onze ogen dichtdoen, dan begeleid ik de oefening en als je dit op een veilige plaats op video bekijkt, kun je ook meedoen. Ik praat je er doorheen. Beeld je in dat je vanmorgen wakker werd. Zie welke kleur de vloer daar had. Denk aan de eerste persoon waar je dankbaar voor bent. Denk aan hoe die persoon je leven heeft beïnvloed. Stuur die persoon je stille dankbaarheid. Tweede persoon. Kijk in de ogen van die persoon en zie welke kleur ze hebben. Stuur je stille dankbaarheid. Derde persoon. Denk aan je oudste herinnering van deze persoon. En stuur je stille dankbaarheid. Vierde persoon. Stel je voor dat deze persoon heel gelukkig is, waar hij of zij nu ook is. En stuur je stille dankbaarheid. Ga terug in de tijd en denk aan jezelf toen je acht was. Hoe zat je haar toen? En stuur stille dankbaarheid naar je achtjarige zelf. Denk aan iemand die is overleden, waar je van hield. Omhels die persoon in gedachten. Stuur hem of haar je stille dankbaarheid. Als je zover bent, doe dan je ogen open. Ik wist niet precies waar ik was, want ik had mijn ogen ook dicht. Ik stond gelukkig nog op het kleed. Dit was de eerste oefening. Het richt je aandacht op wat belangrijk is in je leven. Wie heeft er iemand die miljarden waard is voor je? Iedereen, toch? Ik nodig je uit om je op je maximale waarde te concentreren, wat voor jou het waardevolst is. Begin de ochtend niet met dingen om tegenop te zien. Of met je deadlines. En dan voel je je op een middag om drie uur ineens beoordeeld. Worstelt iemand hier met te veel waardering krijgen? Dat je te veel gewaardeerd wordt; niemand heeft ooit kritiek op je? Dat is het probleem niet, hè? Als je zelfvertrouwen wat dun is en je komt in de gevarenzone, denk dan aan drie mensen die om je geven, dat brengt je weer op de goede weg. Denk niet dat je nooit in de gevarenzone komt, daar komen we allemaal. Het gaat om hoe snel je herstelt, zodat het niet fout afloopt. Dit is dus de eerste oefening. Een tip: neem een post-it, schrijf er 'dankbaarheid' op en plak het op je spiegel. Als je wakker wordt en je vergeet deze oefening en in de badkamer deze notitie ziet, ga dan terug naar bed en begin opnieuw. Zo wordt het een gewoonte. Dit is dus de eerste oefening. Het tweede pro-actieve moment is wanneer je thuiskomt. Stel, je zit met je vrouw en er komt een schoolvriend langs. Wie is er de volgende vijf minuten interessanter? Schoolvriend. Zonder twijfel. Waarom? Omdat het iets nieuws is. Tussen jou en je schoolvriend zijn er nieuwigheden, tussen jou en je vrouw, liefde, neem ik aan. Nieuwigheid wint het van liefde. Altijd. Als je van je privé-leven wilt genieten, vind dan nieuwigheden waar liefde is. Stel je hebt je partner 30 dagen niet gezien. Na zo'n tijd is er weer wat nieuws aan, toch? Het idee is om je gezin aan het eind van de dag, opzettelijk, te begroeten alsof je ze 30 dagen niet gezien hebt. Dus wat ik doe -- ik heb mijn telefoon hier niet me, stel dat dit hem is -- het eerste wat ik doe in de garage is op mijn telefoon kijken en mijn berichten checken. Eigenlijk wil ik niet -- Er stond laatst een plaatje op het internet van een man en vrouw die elkaar omhelzen terwijl ze achter hun rug allebei hun e-mails bekijken. Zo wil ik niet worden. Dat ga ik dus niet doen; ik vertel mezelf dat ik hele bijzondere mensen ga zien die ik al een tijd niet heb ontmoet en drie minuten lang ga ik doen alsof ik ze al heel lang niet heb gezien. Het gaat zo snel, want mijn dochter van tien gaat over 2.000 dagen al naar de universiteit. Onze tijd is beperkt. Ten derde, heel belangrijk, maar heel moeilijk om te doen: de eerste drie minuten met je gezin moet je niemand proberen te verbeteren. Heel erg moeilijk, want we zien altijd de fouten zo goed. Jullie glimlach zegt dat ik gelijk heb. Daar heb ik twee ideeën voor. De eerste is oprechte interesse voor wat zij belangrijk vinden en de tweede is creatief prijzen. Dit is waarschijnlijk mijn meest bruikbare tip van vanavond. Als je geen aandacht kunt krijgen van je partner, denk hier dan aan, het werkt altijd. Het begint ongeveer zo: "Schat, je had echt gelijk toen je..." En vul dan maar wat in. (Gelach) Het werkt, want iedereen hoort graag dat hij gelijk had. Je hebt dan vijf minuten alle aandacht. "Oh, ja, vertel eens hoe ik gelijk had." Dat doen we niet genoeg. De derde oefening heet 'twee seconden'. Het gaat over hoe we naar elkaar kijken, hoe we met elkaar omgaan. Stel je hebt een barbecue in je achtertuin en deze man komt binnen. Hmm... nodig je hem uit om mee te eten? "Neem mijn eten maar. Eet mij maar." Of zoiets. Je belt de politie, niet? Maar vroeger was er geen politie, dus moesten ze snel beslissen: kan ik hem vertrouwen? Met mijn koeien, mijn huis, mijn gezin? We leerden snel een oordeel vellen. Deze man ziet er goed uit; zo lang had je maar nodig om tot dat oordeel te komen. Het kost maar 30 milliseconden om te beslissen of we iemand vertrouwen of niet. 30 milliseconden, nog voordat we weten wie het is. Maar kijk eens naar hem. Hij heeft dezelfde neurale neigingen. Zijn gedachten dwalen voortdurend af en let op dreiging en onvolmaaktheden, hij is negatief gericht en raakt gewend aan het goede. Hij vergelijkt en beoordeelt zichzelf niet positief. Vriendelijkheid doet dus een hoop. Als je iemand ziet, voordat je ze begint te beoordelen, in de eerste twee seconden, in plaats van ze negatief of neutraal te zien, wens ze dan zwijgend maar hartelijk alle goeds. Ik wens je alle goeds, hoop en heling. Zo moeten we onze wereld vormgeven: door elkaar zwijgend alle goeds te wensen. Je hoeft het niet te zeggen. Het is een persoonlijke intentie. Zie het als een gebedje van twee seconden, als je gelovig bent. Je hele relatie met de wereld verandert erdoor. Je gaat minder dreiging zien. Begin er nou niet mee in de stad om 2 uur 's nachts, als twee grote schaduwen je benaderen. Begin ermee op een veilige plaats etc. Kijk naar de wereld zoals je wilt dat de wereld naar je kinderen kijkt. Het zijn allemaal strooioefeningen. We mediteren niet op de adem of op leegheid. We mediteren op wijsheid, liefde en relaties. Dat hebben we nodig en daar strooien we mee. We gieten geen geen melk bij je melk, we doen er wat cacaopoeder in. Je kwaliteit van leven wordt beter omdat ze samen je hele dag verbeteren. De volgende groep oefeningen, als je je aandacht in de hand hebt, is je problemen anders te zien met principes van een hogere orde en dit zijn die vijf principes in je leven: dankbaarheid, mededogen, aanvaarding, betekenis en vergeving. In ons programma is maandag de dag voor dankbaarheid. Op maandag zijn we als Matthew Henry. Hij werd ooit beroofd in Londen en zei: "Ik ben zo dankbaar. Ik was nog nooit beroofd. Dit is echt heel leuk." En: "Ik werd beroofd hoor, ik was de rover niet." Dinsdag is mededogen. Aardig zijn voor anderen. Woensdag is aanvaarding. Creatief omgaan met wat is. Denken: doet dit ertoe over vijf jaar? Donderdag is diepere betekenis. En vrijdag is vergeving. In ons programma hoef je dus alleen op vrijdag te vergeven, je hoeft niet de hele week te vergeven. (Gelach) Je hoeft op vrijdag nou ook weer niet te zeggen: "Ik kan niet aardig zijn, want mededogen is alleen op dinsdag." Je moet daar wat losjes mee omgaan. Het idee is dat je, door deze principes toe te passen, door wetenschap en spiritualiteit te combineren, een omgeving voor transformatie creëert. Dit is wijsheid, dit is tijdloze wijsheid die wijzen ons vertelden en die wetenschappers bewijzen. Wetenschap is systematische studie van spiritualiteit. Dat geloof ik. Al weet de wetenschap dat niet. Ooit komen ze daar achter. Ik denk dat onze kinderen dit nodig hebben. Ze willen volwassenen zien die dankbaar zijn en vol mededogen, mensen die aanvaarden en een doel hebben in hun leven, die kunnen vergeven, en als we dat doen, maken we een prachtige wereld voor ze. Dankjewel. (Applaus)