Zo'n 12 jaar geleden
heb ik mijn carrière
in het bankwezen opgegeven
in een poging
om de wereld veiliger te maken.
Dit omvatte een reis in nationale
en wereldwijde pleitbezorging,
en ontmoetingen met
de uitzonderlijkste mensen ter wereld.
Ik werd een burgerdiplomaat.
Burgerdiplomaten doen drie dingen:
ze geven de belangen
van het gewone volk een stem,
zijn niet gebonden aan nationale belangen
en werken aan verandering
door burgerinitiatieven,
om minder van de overheid
afhankelijk te zijn.
Als je de wereld wilt veranderen,
heb je behoefte aan meer van zulke mensen.
Toch vragen mensen nog steeds:
"Kan de burgermaatschappij
echt verschil maken?
Kunnen burgers wel invloed uitoefenen
op het nationale en wereldwijde beleid?"
Ik had nooit gedacht
dat ik zelf deze vragen zou stellen,
maar hier sta ik dan om te delen
wat ik heb geleerd
van twee krachtige burgerbewegingen
waar ik aan verbonden was.
Het zijn onderwerpen
die voor mij heel belangrijk zijn:
wapenbeperking en drugsbeleid.
Dat zijn onderwerpen die hier spelen.
Nergens speelt dat zo
als in Latijns-Amerika.
Neem Brazilië --
dit prachtige gastland voor TEDGlobal
houdt het akeligste wereldrecord.
We zijn nummer een in het aantal moorden.
Een op de tien moorden ter wereld
betreft een Braziliaan.
Dat zijn zo'n 56.000 mensen
die ieder jaar sterven door geweld.
Meestal zijn het jonge, zwarte jongens
die worden doodgeschoten.
In Brazilië worden ook
de meeste drugs gebruikt.
Het antidrugsbeleid slaat hier
extreem hardhandig toe.
Zo'n 50 procent van de moorden in Brazilië
hebben te maken met het antidrugsbeleid.
Dat kan ook gezegd worden
van 25 procent van de gevangenen.
En niet alleen Brazilië lijdt onder
de combinatie van wapens en drugs.
Vrijwel alle landen en steden in Centraal
en Zuid-Amerika hebben een probleem.
Latijns-Amerika maakt negen procent
van de wereldbevolking uit,
maar 25 procent
van het wereldwijde moordcijfer.
Van die problemen
kunnen we ons niet afwenden.
Ik niet, in ieder geval.
Dus het eerste initiatief waar ik me
aan verbond, is in 2003 hier gestart
om de wapenwet in Brazilië aan te passen
en een programma te starten
voor het terugkopen van wapens.
In een paar jaar hebben we niet alleen
de nationale wetgeving veranderd,
zodat burgers moeilijker
aan wapens kunnen komen,
maar hebben we ook bijna een half miljoen
wapens ingezameld en vernietigd.
Het was een van de grootste
terugkoopprogramma's in de geschiedenis --
(Applaus) --
maar we kenden ook tegenslagen.
In 2005 hebben we een referendum verloren
om wapenverkopen aan burgers te verbieden.
Het tweede initiatief
kwam ook van eigen bodem
en is nu een wereldwijde beweging om
internationaal drugsbeleid te veranderen.
Ik coördineer het beleid bij
de Global Commission on Drug Policy.
Dit is een organisatie op hoog niveau
van leiders van over de hele wereld
die bij elkaar zijn gebracht
om het drugsprobleem effectiever
en menswaardiger aan te pakken.
Sinds onze start in 2008
is het taboe op drugs doorbroken.
Over het hele Amerikaanse continent,
van de VS en Mexico
tot Columbia en Uruguay,
hangt verandering in de lucht.
Ik vertel hier niet het hele verhaal
over die twee bewegingen,
maar wil vier kernpunten met jullie delen.
Ik noem ze lessen
om de wereld te veranderen.
Het zijn zeker niet de enige,
maar wel die ik het belangrijkst vind.
Als eerste:
het verhaal veranderen en controleren.
Dat lijkt een open deur,
maar een belangrijk bestanddeel
van burgerdiplomatie
is om eerst het verhaal te veranderen
en er dan de leiding over te nemen.
Ervaren politici begrijpen dit heel goed,
maar burgerinitiatieven
beheersen dit meestal niet echt.
Bij het drugsbeleid
was onze grootste overwinning
dat we de discussie hebben verlegd
van een agressief antidrugsbeleid
naar het vooropstellen van de gezondheid
en de veiligheid van de bevolking.
In ons meest recente verslag, dat we
net in New York hebben gepresenteerd,
laten we ook zien dat zij die het meeste
verdienen aan deze markt van $320 miljard
de criminele bendes en kartels zijn.
Om de macht van deze groepen
te ondermijnen,
moeten we het gesprek dus veranderen.
We moeten illegale drugs legaal maken.
Maar ik wil niet
het verkeerde beeld scheppen,
ik wil niet zeggen dat iedereen
zomaar drugs moet kunnen kopen.
Waar ik het over heb,
is dat de Global Commission
een sterk gereguleerde markt wil creëren,
waar verschillende drugs
verschillend worden behandeld.
Op het gebied van wapenbeheersing hebben
we het verhaal wel kunnen veranderen,
maar niet zo goed kunnen leiden.
Dat brengt me op het volgende punt:
onderschat nooit je tegenstanders.
Als je de wereld
succesvol wilt veranderen,
dan moet je weten
met wie je te maken hebt.
Je moet weten wat hun motivaties
en inzichten zijn.
Bij het onderwerp wapenbeheersing
hebben we onze tegenstanders
echt onderschat.
Na een erg succesvolle
inzamelingsactie van wapens
waren we in onze nopjes.
We hadden de steun
van 80 procent van de Brazilianen
en dachten daarmee
het referendum te kunnen winnen
om de wapenverkoop
aan burgers te verbieden.
Dat was een grote inschattingsfout.
Gedurende een publiek debat
dat 20 dagen duurde,
keerde de tegenstander
ons eigen betoog tegen ons.
We verloren de steun onder de bevolking.
Het was verschrikkelijk.
De National Rifle Association --
ja, de Amerikaanse NRA --
kwam naar Brazilië.
Ze overspoelden onze campagne
met hun eigen propaganda,
die, zoals bekend,
het recht op wapenbezit verbindt
aan ideeën van vrijheid en democratie.
Ze gooiden echt alles in de strijd.
Ze gebruikten onze nationale vlag
en ons volkslied.
Ze brachten vrouwenrechten naar voren
en misbruikten beelden van Mandela,
het Plein van de Hemelse Vrede
en zelfs Hitler.
Ze wonnen door op de angst
van de bevolking in te spelen.
In hun campagne lieten ze wapens
eigenlijk compleet links liggen.
Hun focus lag op de rechten
van het individu.
Maar ik vraag jullie:
welk recht is belangrijker,
het recht om te leven
of het recht om een wapen te bezitten
dat leven wegneemt?
(Applaus)
We dachten dat mensen zouden stemmen
voor het behoud van leven,
maar in een land met een recent
militair dictatoriaal verleden
vond de anti-overheidsboodschap
van onze tegenstanders veel bijval.
We hadden daar geen antwoord op.
We hebben daarvan geleerd.
Bij het drugsbeleid hadden we meer succes.
Als je 10 jaar geleden mensen vroeg
of het agressieve antidrugsbeleid
te stoppen zou zijn,
dan werd je uitgelachen.
Er bestaan immers
gigantische militaire-politiegevangenissen
en financiële ondernemingen
die goed aan dit beleid verdienen.
Maar vandaag de dag wankelt
het internationale antidrugsbeleid.
Overheden en burgermaatschappijen
experimenteren met een nieuwe aanpak.
Bij de Global Commission on Drug Policy
kenden we onze vijand nu wel goed.
We gingen nu niet het gevecht aan,
maar onze voorzitter, voormalig president
van Brazilië Fernando Henrique Cardoso,
zocht aansluiting bij leiders
over het gehele politieke spectrum,
van liberalen tot conservatieven.
De groep op hoog niveau kwam overeen
om eerlijk te discussiëren
over de goede en slechte punten
van het drugsbeleid.
Het was een beargumenteerde,
geïnformeerde en strategische discussie
die de harde waarheid over
het antidrugsbeleid naar boven bracht.
Het harde antidrugsbeleid
heeft op alle fronten gefaald.
Het is nu goedkoper en makkelijker
om aan drugs te komen dan ooit,
en wereldwijd is het gebruik toegenomen.
Maar wat nog erger is,
zijn de enorme, ongewenste,
negatieve gevolgen.
Dat is weliswaar al eerder aangekaart,
maar wij konden een verschil maken
door op de antwoorden
van onze tegenstanders te anticiperen,
en met krachtige medestanders
aan onze zijde
die tot voor kort verandering
in de weg zouden hebben gestaan.
Ten derde: gebruik informatie
om je argumenten kracht bij te zetten.
Drugs en wapens werken op het gevoel,
wat pijnlijk duidelijk werd
tijdens het wapenreferendum in Brazilië:
soms is het moeilijk
om door de emoties heen te waden
om tot de feiten te komen.
Maar dat betekent niet
dat we het niet moeten proberen.
Tot voor kort
wisten we gewoon niet hoeveel Brazilianen
door wapens om het leven kwamen.
Opmerkelijk genoeg was het een lokale soap
met de naam 'Mulheres Apaixonadas' --
'Verliefde vrouwen' --
die de aanzet gaf voor de campagne
voor wapenbeheersing in Brazilië.
In een veelbekeken aflevering
kwam een van de hoofdrolspeelsters
door een verdwaalde kogel om het leven.
Braziliaanse oma's en huisvrouwen
waren buiten zichzelf,
en in een geval
waar de kunst het leven imiteert
waren in de aflevering ook beelden te zien
van een protestmars voor wapenbeheersing
die we hier hadden georganiseerd,
hierbuiten op het Copacabanastrand.
Deze beelden hadden een grote uitwerking
op de publieke opinie.
Binnen enkele weken had ons nationale
congres de ontwapeningswet gepasseerd,
waar ze al jaren
over aan het steggelen waren.
We konden toen met harde gegevens aantonen
hoe succesvol deze wetsverandering
en het wapeninleverprogramma waren.
Daar bedoel ik het volgende mee:
we konden aantonen dat in één jaar
al meer dan 5.000 levens waren gered.
(Applaus)
In het geval van de drugs,
om de angst en de vooroordelen
die hiermee samenhangen te ondervangen,
konden we gegevens presenteren
die aantonen dat het huidige beleid
meer kwaad doet
dan het drugsgebruik alleen,
en men begint dat in te zien.
Mijn vierde inzicht is:
je moet niet bang zijn om mensen
met uiteenlopende ideeën samen te brengen.
In Brazilië hebben we geleerd --
en dat geldt niet alleen voor mijn land --
over het belang om uiteenlopende
en eclectische lieden samen te brengen.
Als je de wereld wilt veranderen,
helpt het om een goede dwarsdoorsnede
van de maatschappij aan je kant te hebben.
Zowel bij de drugs- als de wapenkwestie
hebben we een fantastische mengeling
van mensen samengebracht.
We hebben de elite gemobiliseerd en hadden
grote ondersteuning van de media.
We brachten slachtoffers, mensenrechten-
activisten en culturele iconen samen.
We activeerden de professionele klasse --
dokters, advocaten, academici en meer.
Ik heb de laatste jaren geleerd
dat je een coalitie moet bouwen
van voor- en tegenstanders
om veranderingen tot stand te brengen.
Bij de drugskwestie
hadden we behoefte aan libertariërs,
anti-prohibitionisten, legaliseerders
en liberale politici.
Die zijn het niet op alle fronten
met elkaar eens;
in feite zijn ze het bijna altijd oneens.
Maar de rechtmatigheid van de campagne is
gebaseerd op hun uiteenlopende inzichten.
Meer dan tien jaar geleden
had ik een comfortabele toekomst
bij een investeringsbank voor me.
Je kunt je voorstellen dat
de wereld van de burgerdiplomatie
ver van mij verwijderd was.
Maar ik nam een gok.
Ik veranderde van richting
en onderweg hielp ik
sociale bewegingen vormen
waarvan ik denk dat zij sommige delen
van de wereld veiliger hebben gemaakt.
Ieder van ons heeft de macht
om de wereld te veranderen.
Het maakt niet uit wat het onderwerp is
of hoe hard het gevecht,
de burgermaatschappij staat centraal
als de blauwdruk voor verandering.
Dankjewel.
(Applaus)