Mensen stoppen elkaar in hokjes
zodra ze elkaar ontmoeten --
Is die persoon gevaarlijk? Zijn ze aantrekkelijk?
Zijn zij een potentiële partner?
Zijn zij een potentiële netwerkkans?
Deze vragen stellen we als we mensen ontmoeten
om een mentaal cv van hen te maken.
Hoe heet je? Waar kom je vandaan?
Hoe oud ben je? Wat voor werk doe je?
Daarna wordt het persoonlijker.
Heb je ooit ziektes gehad?
Ben je ooit gescheiden?
Stinkt je adem nu je mijn vragen beantwoordt?
Wat vind je leuk? Wie vind je leuk?
Met welk geslacht ga je naar bed?
Ik snap het.
Wij zijn neurologisch ingesteld
om mensen zoals onszelf uit te zoeken.
We beginnen kliekjes te vormen
zodra we oud genoeg zijn
om te weten hoe het voelt geaccepteerd te worden.
We trekken naar elkaar toe op basis van wat dan ook --
muziekvoorkeur, ras, geslacht, de buurt waar we opgroeiden.
Wij kiezen omgevingen
die onze persoonlijke keuzes versterken.
Maar soms voelt de vraag "wat doe je?"
alsof iemand een klein hokje opendoet
en vraagt of je jezelf erin wilt proppen.
Want ik heb vastgesteld dat de categorieën
te beperkend zijn.
De hokjes zijn te smal.
Dat kan echt gevaarlijk worden.
Hier een disclaimer over mij,
voordat we hier te diep op in gaan.
Ik ben opgegroeid in een zeer beschermde omgeving.
Ik ben opgegroeid in het centrum van Manhattan
in de vroege jaren 1980,
om de hoek van het centrum van punkmuziek.
Ik was afgeschermd van de bekrompenheid
en de sociale beperkingen
van een religieuze opvoeding.
Waar ik vandaan kom, gold dat als je geen travestiet was
of radicale denker,
of een of andere performancekunstenaar,
je vreemd was.
(Gelach)
Het was een onorthodoxe opvoeding
maar als kind op straat in New York,
leer je te vertrouwen op je eigen instincten,
om te gaan met je eigen ideeën.
Dus toen ik zes jaar was,
besloot ik dat ik een jongen wilde zijn.
Op een dag ging ik naar school en de kinderen
wilden niet met me basketballen
Ze zeiden dat meisjes niet mee mochten doen.
Dus ik ging naar huis, en ik schoor mijn hoofd,
en kwam de volgende dag terug en zei: "Ik ben een jongen."
Ik bedoel, je weet maar niet?
Op je zesde kun je dat misschien doen.
Ik wilde dat niemand wist dat ik een meisje was,
en ze wisten het niet.
Ik hield deze poppenkast acht jaar vol.
Hier ben ik 11.
Ik speelde een kind, Walter,
in een film genaamd "Julian Po".
Ik was een straatschoffie dat Christian Slater
achtervolgde en lastigviel.
Ik was dus ook een kindacteur,
waardoor ik de lagen van mijn toneelspel verdubbelde
omdat niemand wist dat ik eigenlijk een meisje was
dat een jongen speelde.
In feite wist niemand in mijn leven
dat ik een meisje was --
niet mijn leraren op school, niet mijn vrienden,
niet de regisseurs met wie ik heb met gewerkt.
Vaak kwamen kinderen naar me toe in de klas
en grepen me bij de keel om te controleren
of er een adamsappel was
of in mijn kruis om te controleren
wat daar voor zaakje zat.
Als ik naar de wc ging draaide ik
mijn schoenen om in het hokje
zodat het eruitzag alsof ik staand plaste.
Tijdens logeerpartijen had ik paniekaanvallen
om meisjes zover te krijgen dat ze me niet zouden kussen
zonder mezelf te verraden.
Het is belangrijk om te zeggen
dat niet ik mijn lichaam of mijn genitaliën haatte.
Ik voelde me niet alsof ik in het verkeerde lichaam zat.
Ik voelde me alsof ik een ingewikkelde show opvoerde.
Ik zou niet hebben in aanmerking komen als transgender.
Als mijn familie echter van het soort was geweest
dat gelooft in therapie,
zouden ze me waarschijnlijk hebben gediagnosticeerd
met zoiets als genderdysforie
en me hormonen hebben voorgeschreven
om de puberteit uit te stellen
Maar in mijn specifieke geval
werd ik gewoon op een dag wakker toen ik 14 was,
en besloot ik dat ik weer een meisje wilde zijn.
De puberteit was beginnen, ik wist niet wat het was
om een meisje te zijn
en ik was klaar om erachter te komen wie ik echt was.
Wanneer een kind zich gedraagt zoals ik,
hoeft het niet echt uit te kast te komen, toch?
Niemand is echt geschokt.
(Gelach)
Maar mijn ouders vroegen me niet om mezelf te definiëren.
Toen ik 15 was, en mijn vader riep
om te vertellen hem dat ik verliefd was,
kwam het niet bij ons op
om de gevolgen te bespreken
van het feit dat mijn eerste liefde een meisje was.
Drie jaar later, toen ik verliefd werd op een man,
knipperde geen van mijn ouders met hun ogen.
Een van de grote zegeningen
van mijn zeer onorthodoxe jeugd
is dat mij nooit gevraagd werd
mezelf als één ding te definiëren.
Ik mocht gewoon mezelf zijn,
ieder moment groeiend en veranderend.
Vier, bijna vijf jaar geleden,
was er een hoop commotie in het land
rondom Propositie 8, het debat van huwelijksgelijkheid.
Op dat moment was trouwen niet echt iets
waar ik me mee bezighield.
Maar ik werd getroffen door het feit dat Amerika,
een land met een geschiedenis
van burgerrechtenschendingen,
zijn fouten zo schaamteloos zou kunnen herhalen.
Ik herinner me dat ik de discussie op televisie volgde
en bedacht hoe interessant het was
dat de scheiding van kerk en staat
in wezen geografische grenzen trok in het land
tussen waar mensen er wel in geloofden
en plaatsen waar mensen er niet in geloofden.
En dat deze discussie geografische grenzen
om mij heen tekende.
Als dit een oorlog met twee verschillende kanten was,
viel ik standaard in het team homo's,
omdat ik zeker niet 100 procent hetero was.
Op dat moment kwam ik net uit een
acht jaar durende persoonlijke identiteitscrisis
waarin ik veranderde van een jongen
in een vreemd meisje dat eruit zag
als een jongen in meisjeskleren
tot het tegenovergestelde van een overdreven,
over-compenserend mannenjagend meisje-meisje
tot uiteindelijk een voorzichtige zoektocht
naar wat ik echt was,
een jongensachtig meisje
dat jongens en meisjes leuk vond,
afhankelijk van de persoon.
Ik had een jaar foto's gemaakt van een nieuwe generatie meisjes die op mij leken,
die er niet helemaal in pasten --
meisjes die skateboarden in kanten ondergoed,
meisjes met jongenskapsels,
maar meisjesachtige nagellak,
meisjes met oogschaduw die bij hun kapotte knieën paste,
meisjes die meisjes en jongens leuk vonden
die allemaal jongens en meisjes leuk vonden
die er allemaal een hekel aan hadden
in hokjes gestopt te worden.
Ik hield van deze mensen
en ik bewonderde hun vrijheid,
maar ik zag hoe de wereld buiten onze utopische zeepbel
explodeerde in razende debatten
waar experts onze liefde op de nationale televisie
met bestialiteit vergeleken.
Het krachtige besef begon te dagen
dat ik een minderheid was in mijn eigen land,
op basis van één facet van mijn persoonlijkheid.
Ik was wettelijk en onbetwistbaar een tweederangsburger.
Ik was geen activist.
Ik zwaai niet met vlaggen in mijn eigen leven.
Maar ik werd geplaagd door deze vraag:
hoe kan iemand stemmen om rechten te ontnemen
van de grote verscheidenheid aan mensen die ik kende
op basis van één element van hun persoonlijkheid?
Hoe kon ze zeggen dat wij als goep
niet evenveel rechten verdienden als iemand anders?
Waren we zelfs een groep? Welke groep?
En hadden deze mensen ooit bewust een slachtoffer
van hun discriminatie ontmoet?
Wisten zij tegen wie ze stemden en wat de impact was?
Toen bedacht ik:
als ze in de ogen konden kijken
van de mensen die ze tot tweederangsburgers maakten,
zou dit het misschien moelijker voor hen maken.
Het zou ze pauze kunnen geven.
Natuurlijk kon ik 20 miljoen mensen
niet voor een feestje uitnodigen
dus ik bedacht een manier om ze
fotografisch aan elkaar voor te stellen
zonder kunstgrepen, zonder enige belichting
of zonder wat voor manipulatie dan ook van mijn kant.
Want op een foto kun je de snorharen
van een leeuw bekijken
zonder bang te zijn dat hij je gezicht eraf bijt.
Voor mij gaat fotografie niet alleen
over het blootstellen van film,
het gaat er ook om te kijker bloot te stellen
aan iets nieuws, een plek
waar ze nog niet geweest zijn,
maar bovenal aan mensen
voor wie ze misschien bang zijn.
Life magazine heeft generaties mensen
kennis laten maken
met verre, onbekende culturen, door middel van foto's.
Dus ik besloot een serie heel simpele portretten te maken,
politiefoto's als je wil.
Ik besloot om iedereen in dit land te fotograferen
die niet 100 procent hetero is,
wat een oneindig aantal mensen is.
(Gelach)
Dus dit was een zeer grote onderneming,
en om het te doen hadden we wat hulp nodig.
Dus ik ging naar buiten in de vrieskou,
en ik fotografeerde elke persoon die ik kon bereiken
in februari ongeveer twee jaar geleden.
Ik nam die foto's mee naar de Human Rights Campaign
en ik vroeg hen om hulp.
Zij financierden twee weken fotograferen in New York.
Toen maakten we dit.
(Muziek)
Video: Ik ben iO Tillett Wright, en ik ben een kunstenaar, geboren en getogen in New York City.
(Muziek)
Self Evident Truths is een fotografische opname
van het hedendaagse niet-hetero-Amerika.
Mijn doel is om een simpel portret te maken
van iedereen die iets anders dan 100 procent hetero is
of voelt dat hij op wat voor manier binnen dat spectrum valt.
Mijn doel is om de menselijkheid
die in ieder van ons bestaat, te tonen
via de eenvoud van een gezicht.
(Muziek)
"Voor ons zijn deze waarheden vanzelfsprekend
dat alle mensen gelijk zijn geschapen."
Het staat in de onafhankelijkheidsverklaring.
Het lukt ons niet als natie
om de normen van onze stichters hoog te houden.
Er is geen gelijkheid in de Verenigde Staten.
["Wat betekent gelijkheid voor jou?"]
["Huwelijk"] ["Vrijheid"] ["Burgerrechten"]
["Behandel elke persoon zoals je jezelf zou behandelen"]
Het is wanneer je er niet over na hoeft te denken, simpel.
De strijd voor gelijke rechten draait niet alleen
om het homo-huwelijk.
Vandaag de dag kun je in 29 staten,
meer dan de helft van dit land,
wettelijk ontslagen worden alleen om je seksualiteit.
["Wie is verantwoordelijk voor gelijkheid?"]
Ik heb honderden mensen hetzelfde antwoord horen geven:
"We zijn allemaal verantwoordelijk voor gelijkheid."
Tot nu toe hebben we 300 gezichten gefotografeerd
in New York City.
We hadden het allemaal niet kunnen doen
zonder de genereuze steun
van de Human Rights Campaign.
Ik wil met dit project het land in.
Ik wil 25 Amerikaanse steden bezoeken
en 4.000 of 5.000 mensen fotograferen.
Dit is mijn bijdrage aan de burgerrechtenstrijd
van mijn generatie.
Ik daag je uit om te kijken
naar de gezichten van deze mensen
en hen te vertellen dat ze minder verdienen
dan andere mensen.
(Muziek)
["Vanzelfsprekende waarheden"]
["4.000 gezichten in heel Amerika"]
(Muziek)
(Applaus)
iO Tillett Wright: We waren stomverbaasd
over wat er daarna is gebeurd.
Bijna 85.000 mensen zagen dat filmpje.
Ze begonnen ons uit het hele land te mailen,
om te vragen naar hun steden te komen
en hen te helpen hun gezicht te tonen.
Veel meer mensen dan ik had verwacht
wilden hun gezicht laten zien.
Dus stelde ik mijn doel bij tot 10.000 gezichten.
Dit filmpje is in de lente van 2011 gemaakt.
Tot nu toe ben ik in bijna 20 steden geweest
en heb ik bijna 2.000 mensen gefotografeerd.
Ik weet dat dit een praatje is,
maar ik zou graag een minuut stilte willen
waarin jullie alleen naar deze gezichten kijken
want niets dat ik kan zeggen
kan er iets aan toevoegen.
Want als een plaatje duizend woorden waard is,
dan heeft een plaatje van een gezicht
een hele nieuwe woordenschat nodig.
Na het reizen en praten met mensen
in plaatsen zoals Oklahoma of Texas,
kwamen we erachter dat onze aanname raak was.
Zichtbaarheid is echt de sleutel.
Als je met iemand bekend bent,
zul je empathie hebben.
Zodra er iets aan de hand is in je eigen omgeving
of je familie
zul je er veel sneller sympathie voor opvatten
of er een nieuw perspectief aan ontdekken.
Natuurlijk, op mijn reizen ontmoet ik mensen
die scheidden van hun kinderen
omdat ze niet-hetero waren,
maar ik ontmoette ook baptisten
die naar een andere kerk overstapten
omdat hun kind lesbisch was.
Het oproepen van empathie was het hoofddoel geworden
van 'Self Evident Truths'.
Maar ik leerde nog iets interessants:
'Self Evident Truths' wist de verschillen tussen ons niet uit.
Sterker nog, het benadrukt ze.
Het laat niet alleen de complexiteit zien
die je aantreft in een groep verschillende mensen,
maar ook de complexiteit die je binnen ieder individu vindt.
Het was niet zo dat we teveel hokjes hadden,
het waren er te weinig.
Op zeker moment realiseerde ik me dat mijn missie
om 'homo's' te fotograferen niet klopte,
omdat er een miljoen verschillende tinten van gay zijn.
Hier probeerde ik om te helpen,
en ik had bevestigd
wat ik mijn hele leven had vermeden --
weer een nieuw hokje.
Op een gegeven moment zette ik een vraag
bij het contractje voor de foto's.
Ik vroeg mensen zich een score te geven
op een schaal van één tot 100 procent homo.
En ik zag zoveel mensen in crisis raken.
(Gelach)
Mensen wisten niet wat ze ermee aan moesten
omdat ze die mogelijkheid nooit hadden gehad.
Kunt u uw openheid kwantificeren?
Zodra zij over de schok heen waren,
scoorden de meeste mensen zich
tussen de 70 en 95 procent
of tussen de 3 en 20 procent.
Natuurlijk waren er veel mensen die links- of rechtsom
voor 100 procent kozen,
maar ik vond dat een veel groter deel van de mensen
zich als iets genuanceerders identificeerden
Ik vond dat de meeste mensen vielen binnen een spectrum datt ik 'Grey' ben gaan noemen.
Ik zal hier duidelijk zijn -- en dat is zeer belangrijk --
Ik zeg in geen geval dat voorkeur niet bestaat.
En ik zal het helemaal niet hebben over keuze
tegenover biologische aanleg,
want als iemand van jullie erin gelooft
dat seksuele geaardheid een keuze is,
dan nodig ik je uit om te proberen 'grey' te zijn.
Ik zal je foto nemen omdat je het probeert.
(Gelach)
Wat ik wil zeggen is dat mensen
niet eendimensionaal zijn.
De belangrijkste les uit dit percentagesysteem is dit:
Als homo's hier staan
en hetero's hier,
terwijl de meeste mensen
zich identificeren
als dichter bij deze, of bij deze pool,
dan is er een enorm spectrum
van mensen die ertussenin leven.
En de gevolgen hiervan zijn ingewikkeld.
Als je bijvoorbeeld een wet zou aannemen
waardoor een baas een werknemer mag ontslaan
voor homoseksueel gedrag,
waar trek je dan de lijn?
Hier, bij de mensen die een of twee heteroseksuele ervaringen gehad hebben?
Of is het hier
bij de mensen die maar één of twee homoseksuele ervaringen gehad hebben?
Waar word je precies een tweederangsburger?
Een ander interessant ding dat ik geleerd heb
van mijn project en mijn reizen
is wat een slecht bindmiddel seksuele geaardheid is.
Na zoveel reizen en zoveel mensen te ontmoeten,
kan ik je vertellen, er zijn evenveel eikels als schatten,
evenveel democraten als republikeinen,
en elke andere denkbare polarisatie
binnen de niet-hetero-gemeenschap
als er binnen het menselijk ras zijn.
Afgezien van het feit dat we wettelijk
een hand op onze rug gebonden hebben,
en als je eenmaal voorbij het gedeelde verhaal van vooroordelen en strijd bent,
is er behalve het niet hetero-zijn
niets dat we per se gemeen hebben.
Dus terwijl de gezichten van Self Evident Truths
steeds blijven toenemen,
en hopelijk binnen meer en meer platformen opduiken,
bushokjes, billboardsbus, Facebook-pagina's, screensavers,
terwijl we deze stoet van mensen bekijken,
zal er misschien iets interessants en nuttigs gebeuren.
Hopelijk zullen deze categorieën, deze tegenstellingen,
deze niet-passende hokjes
nutteloos worden en beginnen te verdwijnen.
Want ze beschrijven niets dat we zien
en niemand die we kennen en niets dat wij zijn.
Wat we zien, zijn menselijke wezens
in al hun gelaagdheid.
En door ze te zien, wordt het moelijker
hun menselijkheid te onkennen
Ik hoop op zijn minst dat het moeilijker wordt
hen hun mensenrechten te ontnemen.
Ben ik de persoon die je zou uitkiezen
om het recht op huisvesting te ontnemen,
het recht om kinderen te adopteren, het recht op het huwelijk,
de vrijheid om hier te winkelen hier, hier te wonen,
hier te kopen?
Ben ik de persoon die je bewust niet aanvaardt
als je kind of je broer of je zuster
of je moeder of je vader,
je buurman, je neef, je oom, de president,
je politieagent of brandweerman?
Het is te laat.
Want ik ben al die dingen al.
We zijn al die dingen al, en we zijn het altijd geweest.
Dus groet ons alstublieft niet als vreemden,
groet ons als jullie medemensen, niets anders
Bedankt.
(Applaus)